NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
No. 87
Zaterdag 29 October 1910.
Negen-en-dertigste Jaargang.
1
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG
DE WEEK.
Plaatselijk Nieuws.
FEUILLETON.
DE INVASIE DER DÜITSCHERS.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15;
Franco per post door het geheele Rijk 1.25.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER.
BureauLangegtraat 77. Telephoonno. 69.
ADVERTENTIÊN:
Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7'/> Cent.
Advertentiên viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
27 October.
Het dilettantisme neemt, vind ik,
in onze dagen schrikbareriden vorm aan.
Wen vindt 't zooowat op elk gebied
en de grens tusschen «vakmanci en
«liefhebbers begint te verdoezelen,
wat nog 't ergst van al is. Zoolang
't zich tot onschuldige, onschadelijke
dingen bepaalt, kan men volstaan met
erom te glimlachen. Wenschen, die
zich verbeelden, in hunne vrije uurtjes,
Talma's te zijn (ik bedoel nu den
vermaarden tooneelspeler, niet Zijne
Excellentie van Landbouw) och, hunne
strooptochtjes op Thalia's gebied rich
ten zooveel kwaad niet aan. Brave
zielen, die alle denkbare muziek
instrumenten bespelen; door Kring
van zachtmoedig-bewonderende mede
dilettanten stormachtig worden toe
gejuicht, wie ter wereld benadeelen
zei... Wanneer op bepaalde tijden
de courant hetgebruikelijke «berichtjes
bevat. van niet-onverdienstelijk
applaus, welnu: ze zijn bevredigd
hun eerzucht is voldaan, schilders
teekenaars, redenaars vindt rnen onder
de dilettanten, o, bij de vleet!
Ze verrassen u met schilderstukken,
waar gij vergeten hoekje voor moet
opschommelen; ze tartten de.u'terste
rekbaarheid van uw geauid. De lief
hebberende Cicero's kan men de
opvolgers noemen van het nagenoeg
uitgestorven ras der reciteerders. Wie
in de Tweede Kamer der Staten-
Generaal komt, zal daar een longo-
bardus Van der Molen aantreffen,
die nog de echte, zwaie, geweldig-
brullende stem heeft om een «Over-
winterings of een «Ka'in en Abels
voor te dragen om gansch 'n ouder-
wetsch «Nutss auditorium te doen
sidderen van heerlijke emotie... Ook
in broeder Elkorst's klanken vindt men
't een en ander, dat hem reciteer-
succes kon hebben verschaft, hier
nu in de vrome, de preekende richting
Over dilettanten had ik 't...
De heer De Waal Malefijt gold, op
het gebied der koloniale staatkunde
en wat daarmee samenhangt, tot be
trekkelijk kort geleden ook als «lief
hebbers. Plots ontpopte hij zich als
leider, opperchef. althans wat den
oflïcieelen titel betreft.
En de heer Talma, de minister van
Landbouw, Handel en Nijverheid in
het Kabinet-Heemskerk dan, is hij
op sociaal-oeconomisch terrein al dan
niet dilettant, hij, de oud-predi
kant
Een vraag, welke ik mij in de jonste
dagen, naar aanleiding van de behan
deling der Bakkerswet in ons Parle
ment, bij herhaling heb gesteld!...
Een der eigenaardigheden van vele
dilettanten is, dat zij de beteekenis
hunner gaven, de waarde van hun
kunnen overschatten. Het rusteloos-
zoekende, het onbevredigd zijn over
eigen praestatiehet besef van eigen
nietigheid tegenover den reusachtigen
omvang van kunst of wetenschap,
't blijft hun vreemd. Zij meenen in
vollen ernst en in volmaakte eerlijk
heid, met een «caup d'essais een
«caup de maitres te kunnen leveren-
Wie betoogt, dat dergelijke wonderen
slechts door genieen van den eersten
hoogsten rang kunnen gewrocht wor
den, wordt allicht door hen verdacht
van naijver, boosaardigheid, afgunst
en soortgelijke drijfveeren. Met een
dilettant is daardoor vaak veel lastiger
redeneeren, overleggen, dan met een
«vakmans... En halsstarrigheid, naast
kinderlijke eigenliefde, ontwikkelen zich
in weelderigen bloei en wasdom...
Ik heb mij, deze week, afgevraagd,
of de heer A. S. Talma, had hij in
kring van theologen eene stelling te
verdedigen tegen overmacht van te
genstanders, bij niet een gansch
ander, veel plooizamer man zou blijken
dan hier, op het terrein der sociale
wetgeving?... Van alle kanten bassen
ze hem aan. De oud-liberalen, de
Unie-liberalen, de Chr.-historischen.
Van deze laatsten maakt de heer Van
Idsinga 't het ergst. Deze afgevaar
digde ontziet zich niet om, in de
eene hand een glas water en in de
andere z'n lorgnet geklemd, de elle
bogen ongeveer ter hoogte van de
schouders gestrekt houdend; stram-
correct en stokstijf als een Pruisisch
luitenant uit de »Fliegende,« den
minister dingen toe te voegen, die...
waren ze in het Palais Bourbon tot
een «monsieur Ie ministre« gezegd,
binnen het etmaal de degens zouden
doen kruisen of de revolvers ketsen...
Een contrast met den man uit
Bodegraven vormt iemand als de heer
Snoek Henkemans. Men denkt zich
het snoezig-zoetige, bloemzoete gelaat
van een engeltje uit een plafond
decoratie stijl-Louis XV. Zoo'n honnig
engeltje uit de roccoco-dagen... Maar
wat verouderd. De weelderige krulha
ren tikje... Och, niet zoo heel veel!...
gekortwiekt. En voorts gematomer-
foseerd in een meneer in donker
wandelkostuum, met boord en dasje.
Zoo'n beeld van goedertierenheid lijkt
de Rotterdamsche afgevaardigde Hen
kemans, en als bij, in ietwat-
gebogen houding, daar voortschrijdt;
het gladgeschoren, blozend-glimla
chende gelaat naar U wendend,
wel, dan gevoelt ge, hoe zulk-een bij
wereld-wedstrijd van braaf-goedhartige
lieden met gerust hart naar den
eere-prijs kan meedingen. Welnu,
deze afgevaardigde, tegenvoeter
dus, in zoowat elk opzicht van een
krachtigen,stijf afgepasten Vanldsinga
maakte 't den minister niet lastig of
onaangenaam... Weineen, kunt-ge
begrijpen!... Slechts gaf hij, als trouw
hartig vriend in bedenking: Kom,
broeder-Excellentie, zonder u nog eens
of met uwe paperasse. Overdenk,
overweeg!... Wij zijn, helaas, niet
gediend van uwe bepalingen, waarbij
de burger in zijn huis belet wordt
arbeid te verrichten van welken aard
en hoe lang hij verkiest; we wenschen
niet de energie te knotten, te fnuiken,
door te beletten dat jonge onderne
mingen zich vrijelijk kunnen ont
plooien, ontwikkelen, al kost 't dan
ook veel werk van den dag en van
den nacht. We willen misbruiken
trachten te keeren, anders en
verder niet. Daarombeter ten halve
gekeerd dan ten heele gedwaald.
Kostelijke, lief-gemoedelijke vrien-
deraadi... Een heel ander geluid dan
de onverzoenlijke grimmigheid van
een Tydeman of de omstulmige ver
ontwaardiging van choleri schulicbil-
prikkelbaren, opstuivenden. De Savo-
rin Lobman...
Zeker, de toon, de manier van
debateeren verschilt hemelsbreed.
Maar het «ellecta is ongeveer het
zelfde. De Bakkersraden liggen op
sterven, op-apegapen... O, als gij daar
ziet staan Z Exc. Talma, met van
opwinding gloeiend gelaat, met schit
terende oogen, in extase over den
blakenden welstand van zijne ontwer
pen... Ge zoudt in ernst denken, dat
de koortsblos, die de teringlijders in
laatste stadium, genaamd Bakkersraad
op de wangen heeft, pittige gezond
heid vertolkt...
Het alleen werkende Pati oontjemaakt
zich ben ik overtuigd nog vol
strekt niet zoo erg-ongerust. De
amendementen-Borgesius c. s. (het
drieploegen-stelseljfladderdealsonheil-
spellende vleermuizen om de sponde
van den lijder...
De heer Henkemans, met zijn
systeem legt troostend de hand
op een schouder van den patient...
«Heb moed, mijn besteZie met man
nelijke courage naderen wat toch
onvermijdelijk is. Straks zal de ope
ratie beginnen... ze is niet voor de
poes!... Hier een stuk been af daar
een brok arm weg... Inwendig iets
héél-ernstigs, yaarvan 't de vraag is
of patiënt Bakkersontwerp 't zal ver
duren. 't Hart is niet alte sterk... 't
Is erop of eronder... Nogmaalswees
machtig
De chirurgen Borgesius en Van
Idsinga zijn van de hard-grimmige
school. En arts Tydeman haalt de
schouders op... Zegt op den ijskouden.
afgemeten toon, hem eigen«Niets
aan verlorenDoe geen moeite, 't Is
zonde en jammer van de kosten en
van den tijd, eraan besteedLaat
den stumper maar voor-goed inslui
meren
En daar staat dan, temidden van
die allen, aartsoptimist.
Talma, die geen gevaar lijkt te
duchten... Weg moet het operatiemes!..
De man komt er best boven op. Mijn
recept, let op, o broeders! zal
wonderen teweeg brengen.
Ik vraag is dit zelfverblinding of
een der eigenaardigheden van dilet
tant, waar ik zooeven op wees?... «De
eierena zullen toch voor het ministeri-
eele geld moeten gekocht. Conedy of
erros
Gelijkend, in den grond der zaak,
op de klucht van het Rapport kust
verdediging, of te welSpel van
Kiekeboe. Slechts over mijn lijk zult
ge de volmacht krijgen om het rap
port, geheel of gedeeltelijk te pubii-
ceeren. Nooit of te nimmer!... Maar;
zyt ge gesteld op eene Nota, waarin
alles vermeld, behoudens dan «enkele
bijzonderheden," accoord! Votre
serviteur, messieurs!...
Zulke wonderlijke dingen hoorend
en aanschouwend, wordt men toch
geneigd om de moderne sterrenwiche
laars te gaan raadplegen, voor wie
de toekomst geen geheimen verbergt...
Mr. ANTONIO.
Agenda voor de vergadering van
den Raad der gemeente Amersfoort
op Dinsdag 1 November 1910, des
namiddags te half twee ure, en, zoo
noodig op Woensdag 2 November 1910
des namiddags te half twee ure.
1. Behandeling van de begrooting
en te verleenen subsidie aan het Bur
gerlijk Armbestuur, dienstjaar 1911.
2. Behandeling van het Burgerwees
huis, dienstjaar 1911.
3. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot beschikking overeen
36) DOOB
_A_. T. Ducïiateaju..
«Dat zou ik niet hebben kunnen
doen, zij hadden niets noodig dan stroo
en water, voor het andere zorgden
zij zeiven."
»Is er hier in de nabijheid niet ge
streden
«Hier I neen, maar bij Naarden moet
het er geducht toegaan, want 's nachts
kunnen wij hen hooren schieten dat
het buldert.»
«Nu. dan zal er hier in 't dorp wel
niets van belang te vernemen zijn,»
prevelde Edmond, onverschillig met
zijn stok de grashalmen terzijde slaande.
«Hoho I niets van belang?" riepen
de boeren als uit een mond, «dat zou
ik denken,» vervolgde de oudste, «of
noemt gij dat niets, als men den bur
gemeester, dan notaris en den heer
Lorbet, dood wil schieten
W"at zegt ge, den notaris vroeg
Edmond ontroerd stilstaande, doch zich
onmiddelijk herstellende, hernam hij,
«notaris Harten is nog zoo wat in
mijn familie moet ge weten; 't was
juist mijn voornemen hem een bezoek
te gaan brengen.»
«Wanneer ge heden nog terugkee-
ren wilt, zou ik je niet raden naai
den notaris te vragen,» gaf een der
boeren tot bescheid.
«Om welke reden niet, als ik 't u
vragen mag hernam Edmond, die
intusschen wel begreep dat Harten
een der gevangen genomen notabelen
was, waarvan de Duitsche soldaat ge
sproken had.
«Ja, dat kan ik u zoo gemakkelijk
niet ophelderen een paar dagen gele
den is daar ginds een trein ontspoord
naar men zegt moesten de burge
meester en de notaris er van weten.
Zij zitten op het kasteel gevangen
en zullen wel doodgeschoten worden,
volgens de soldaten, die wij in kwar
tier hebben. Gisteren is het huis van
een burgemeester doorzocht en later
dat van den heer Hartende soldaten
hebben alle kasten opengebroken en
alles het onderst boven gehaald, zoo
dat de jonge heer van Koppen, die
bij den notaris inwoont, uit vrees dat
men hem ook gevangen nemen zou,
gevlucht is.»
«De soldaten zullen u bang hebben
willen makeD, gij moet niet gelooven,
dat men die notabelen fusilleeren zal,
«Neen, zij meenden het degelijk;
het huis van den notaris wordt nog
door soldaten bewaakt.»
Edmond werd afgetrokken. Indien
het bericht der boeren eens bewaar
heid werd. Bij nader inzien geloofde
hij echter niet, dat men, na hetgeeD
de kapitein dien morgen aan den
vijandelijken hevelbber had laten weten,
de notabelen nog aansprakelijk zou
stellen voor het vernielen van den
spoortrein.
Een andere vraag was het echter,
of het niet gewaagd zou wezen, zijne
begeleiders naar het dorp te volgen.
Hoe licht kon men bemerken, dat hij
daar niet thuis behoorde, vooral, als
de argwaan eenmaal gaande was ge
maakt, door het bericht van de van
de vrijgelaten gevangenen. Wel bestond
er weinig gevaar, dat hij die deze lie
den die te Ede gekantoneerd waren,
te Barneveld ontmoeten zou, doch de
tijding, dat er vrijschutters in den
omtrek waren, zou zich als een loopend
vuur verspreiden en wee hem, indien
hij als zoodanig herkend werd.
Met in het open veld te blijven zwer
ven, zou hij zich echter nog meer
blootstellen, en terugkeeren, zonder
den uitslag van het kort proces af te
wachten, dat over het lot der notabe
len moest beslissen, wilde hij niet. Om
beide gevaren te ontgaan, zou het
mogelijk nog het beste zijn, in de wo
ning, welke aan de grens der heide
sfehter het kasteel gelegen was, den
afloop van het proces af te wachten.
Edmond vroeg daarom den boer of
hij hem dit wilde vergunnen.
«Ga gerust met mij mee heerschap,"
antwoorde deze, «als je er maar van
zwijgt, dat je in de familie van den
notaris ben, want ik wil er niets mee
te doen hebben, dat moeten de hee-
ren zelf maar uitvechtenkom je van
Nijkerk
«Neen, van Harderwijk. Eigenlijk
kwam ik eens hooren of er hier niets
te verdienen zou zijn, ik doe in manu
facturen weet je; daar de soldaten
nog al het een en ander noodig heb
ben, en de zaken bij ons stilstaan,
dacht ik zooik zal maar eens gaan
zien of neef Harten mij ook te paard
kan helpen.»
«Ja, ja, 't is waar, de tijden zijn
droevigbij ons wordt er nog al ver
kocht, maar voor de kooplui elders
ik wil het best geloven.»
Onder dit gesprek was men lang
zamerhand de woning genaderd, waarin
Edmond gastvrijheid zou worden ver
leend men groette dus de boeren die
dorpwaarts trokkeD en trad binnnen.
Om een groote, wit geschuurde ta
fel, in het midden van het vertrek,
zaten drie soldaten, zich met kaartspel
onledig houdende.
Toen de bewoner met zijn gast bin
nen kwam, zagen de fusiliers even op
en beantwoordden hun «goeden mid
dag», doch schonken hun verder geen
aandacht.
Bij het zien van deze onverwachte
gasten was Edmond een oogenblik uit
het veld geslagen, doch weldra had
hij zich weder hersteld en speelde zijn
ro'i op een onverbeterlijke wijzehij
begreep, dat de inzet in het gevaar
lijk spel, niet minder dan zijn leven
gold.
Tegen den avond vertrokken de sol
daten en namen een zestal anderen
hunne plaats in-
Wordt vervolgd).