NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie Utrecht. gofememefc BERICHT. Zaterdag 16 December 1011. Veertigste jaargang VERSCHIJNT WOENSDAG EPi ZATERDAG. De Uesehieflenis m eene Verpleegster, BUITENLAND. FEUILLETON. No. 100. Amersfoortsche Courant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15; Franco per post door het geheele Rijk 1.25. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER. Bureau: Langestrnat 77. Telephoomig. 69. ADVERTENTIËN: Van 16 regels 0.50; iedere regel meer Tl, Cent. Advertentièn viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. ii No. 38 16 December 1911. J X* .-.O *^rrT" Dit Nummer bevat als voorplaat' Het Aeroplan-verkeer in de toe komst, en een tweetal zeer actueéle illustraties, omtrent den Italiaansch- Turkscheri Oorlog, zoomede een foto betrekking hebbende op de Chineescbe Revolutie. Voorts de portretten van zes af gevaardigden van de Internationale Opium-conferentie te 's-Gravenhage. Portretten van twee dames, be kroond op de Schoonheidslentoonstel- ling te Philadelphia. De Fransche Opera met bet portret van een der voornaamste danseressen. Afrikaan- sche Schoonheden (met een vijftal foto's). Tentoonstelling van voort brengselen der Grieksche en Romein- sche Kunstnijverheid te Rotterdam (met 2 foto's). Een oud llaagsch gebruik met foto van het Stadhuis. Russische Politie. De Franschen in Marokko. Een Rechtzaak te Amsterdam. Vereeniging van Brand spuitmeesters der Rott. Vrijwillige Brandweer. De Zwemdemonstratie te Rotterdam. Twee fraaie sport- foto's. Portret van den in- en uit breker M. W. de Vos De Tante van den Koning van Spanje. Camille Chevillard, Kapelmeester van het Lamoureux-Orkest. Voorts portret ten van bekende Landgenooten, de Rubriek van Redacteur X, het Kinder nummer »Ons Prinsesje", het vervolg van de Roman De Kroningsdurbar te Delhi. De kroningsdurbar te Delhi, Dinsdag II. waarvan de telegrammen reeds kortelijk hebben bericht, leverde, naar de berichtgevers getuigen, een schouw spel op »zoo wonderbaarlijk en schit terend als er ooit een in Hindoestan werd gezien". Het uur van de plechtigheid was 12 uur; maar in den vroegen morgen stroomde het volk reeds naar het amphitheater, menschen van allerlei geloof en kaste, in bonte kleederdracht. Later kwamen in het kleinere amphi theater de Britsche autoriteiten en ambtenaren, de Indische vorsten en de genoodigden. De vorsten en grooten in kleederen van zijde en fluweel, met goud en flonkerende edelgesteenten van fabelachtige waarde, prachtig gekleede vrouwen En in het midden van de groote arena stonden de troepen geschaard rondom den gouden tioonhemel. Eindelijk kwamen de onderkoning, Lord Haidinge en zijn gemalin, met militaire eerbewijzen en gejuich ont vangen, en niet lang daarna kwarn de koninklijke stoet, die van de ko ningstent, langs de versierde kampen van den opperbevelhebber en den luitenant-gouverneur van de Pundjab, het Burma-kamp en den Kingway naar de »Shamiana« trok. De stoet werd geëscorteerd door huzaien, bereden artillerie, manschap pen van de lijfwacht van den onder koning, in rood en goud, het kadet- tenkorps, in blauw, wit en goud en Indische lansiers. De Koning was gekleed in keizer lijk purper, met een purperen over kleed, korte wit satijnen broek en zijden kousen. Hij droeg de ordeteekenen van den Kouseband en de Ster van Indië en op het hoofd een keizerskroon van diamanten, smaragden, saffiren en robijnen. De Koningin droeg een kleed vari wit satijn, geborduurd met gouden rozen, distels en klaverblaadjes de symbolen van Engeland, Schotland en Ierland en een rand van lotos- bloernen (het symbool van Indië). Haar overkleed was van purper fluweel met hermelijn omzoomd en zij droeg de ordeteekenen van den Kouseband en van de Kroon van Indië. Zij droeg een halssnoer en borstspelden van diamanten en sma ragden. Het koninklijk rijtuig werd, zoodra het bij het amphitheater verscheen met saluutschoten begroet en toen het de arena half rond reed, daverend toegejuicht door de geestdriftige menigte. Toen de Koning en de Koningin bij de Shamiana waren, speelden de muzikanten het volkslied en in een oogenblik wapperde de Koninklijke Standaard in den wind. Het konink lijk paar werd iri de Shamiana ont vangen door den Onderkoning en opgewacht door een aantal kleine Indische Prinsen, die als sleepdragers dienst zouden doen. En zoo ging de schitterende stoet naar de troonzetels. Nadat de Koning en de Koningin plaats hadden genomen, verklaaide de opper-ceremoniemeester, op last van den Koning-Keizer, den sDurbar* voor geopend. Er klonken trompet geschal en tromgeroffel en toen dat was weggestorven, stond de Koning op om zijn toespraak te houden. Daarna begon de schilderachtige plechtigheid van het huldebetoon aan den Koning-Keizer. Het eerst kwam de gouverneur- generaal, daarna volgden de opper bevelhebber en de gewone leden van den uitvoerenden raad, de Oostersche Vorsten in hun prachtige gewaden, de gouverneurs en allerlei autoriteiten vertegenwoordigers van provinciën, enz. enz. Na afloop van de huldiging gingen de Koning en de Koningin hand in hand naar bet koninklijk paviljoen. Kleine Indische Prinsjes liepen als sleepdragers achter hen en staatsie parasols van goud en rood werden hun boven liet hoofd gehouden. Achter hen liepen Lord en Lady Hardinge Lord Crewe, de Hertog van Teek, de Hertogin van Devonshire en de andere leden van bun gevolg. Het was een grootsch schouwspel, toen daar de Koning-Keizer in staatsie stond voor zijn troon, met zijn ge- I malin naast zich. de fraai gekleede i pages achter zich en omgeven door zijn schitterend gevolg, onder deD ver gulden koepel van het paviljoen, die schitterde in de zon. Toen konden velen der Oosterlingen, die bet koningschap zoo hoog ver eeren, hun geestdrift en aandoening schier niet bedwingen. Daar werd door de herauten te paard de kroningsproclamatie voorgelezen, in het Engelsch en in Hindostani, de landstaal van Hindostan. Er volgden saluutschoten, gejuich, fanfares, muziek enz. Aan bet slot van de plechtigheid hield de Koning nog een toespraak, waarin hij mededeelde, dat voortaan Delhi in plaats van Calcutta de zetel der regeering van Britsch Indië zal zijndat er een gouverneurschap van Bengalen wordt ingesteld, een nieuw gouverneurschap van Behar Chota, Nugpur en Crissa en een opper-com- missarisschap en Assam. De onderkoning las daarop een reeks van schenkingen en gunstbe wijzen voor, waartoe de Koning-Keizer bij deze gelegenheid heeft besloten. Nederlanders in Amerika. De stad Boston, naar het zielen aantal iets grooter dan Amsterdam, heeft in Amerika den naam van de wijsheid in pacht te hebben, een soort van Amerikaansch Athene. Uiterlijk merkt men daarvan niet veel. De eigenlijke handelstad is misschien drukker en woeliger dan eenige ter wereld. De interessante oude wijken zijn buitengewoon vuil en het riekt er kwalijk. Daar is nog een historisch gebouwtje, dat doet denken aan het Stadhuis te Naarden. Hierin heeft Washington in 1782 de onafhanke lijkheid der Vereenigde Staten ge proclameerd. Geschiedkundigen archi tectonisch dus eeQ merkwaardig mo nument, maar het staat omringd door torenhooge wolkenkrabbers en het is, echt Amerikaansch, ingericht tot sta tion van den ondergrondschen spoor weg. Tegenover dit kennelijk gebrek aan waardeering voor wat oud en eerbiedwaardig is, kan worden ge wezen op het prachtige museum, waarin schatten aan oude kunst zijn bijeengebracht, Grieksche vazen, Itali- aansch beeldhouwwerk, Perzische tapijten, Chineesch en Japansch, Oud- Hollandscbe schilderijen, waarbij Rem- brandts zoo goed als moderne Fran sche en andere kunst, ongerekend een prachtige bibliotheek. In Boston en trouwens in heel «Nieuw Engeland®, zooals dit deel van Amerika heet, is een groote ver eering voor »Holland«, al zijn de begrippen omtrent »the old country* wel eens een beetje verward De eerwaarde dr. William H. van Allen, rector van de Adventkerk (niet Katho liek, maar Episcopal, Anglikaanseh), is een zeer populair man in Boston. Hij dankt dit niet alleen aan zijn Hollandsche afkomst, waarop hij zeer trotscb is, maar vooral aan een bij zondere studie. Ieder jaar maakt hij groote reizen en brengt dan mooie photo's en vele gegevens mee over kinderen in de verschillende landen die hij bezoekt. In de laatste jaren komt hij geregeld naar Nederland, vooral in Zeeland, waar bij zich als groot kindervriend zeer geliefd heeft gemaakt. Deze vroolijke geestelijke kent honderden spelletjes en aardig heden om de kleinen te vermaken. De groote bladen te Boston van den jongsten tijd, verslag gevende van de lezingen over kinderen die hij iedere week houdt in zijn kerk, voor een gehoor van duizenden, ver- toonen den reverend niet alleen in I2ST DE DIEPTE. EEN AMERIKAANSCHE GESCHIEDENIS. 35) Welk een arm, opgejaagd menschen- vrild ijlt hier beneden in de rondte Ziet ge dat meisje met de blauwe oogen, de blonde lokken en het uitgerafeld kleed, dat daar stil en zwijgend in den hoek zit? Boven haar hoofd brandde lamp dof en de rook die een stillen kring om het licht trekt, vormt om haar voorhoofd tegelijk een zonder lingen stralenkrans. Dat meisje is het niet bij de wieg toegezongen, dat zij eens haar nachten hier zou doorbren gen. Zij woonde aan den fraaien Ohio, waar de katawba groeit, en leerde in de' danslessen een fraai jonkman ken nen. Hij was jong, vurig en walste bekoorlijk. Walzend veroverde hij haar hart, waarmede hij niets wist te be ginnen dan het te verbrijzelen, zooals men een speeltuig verbrijzelt, dat men moede is, en toen verdween hij. Wat zou nu het meisje met het verbrijzeld hart en het levend kloppen er onder te huis beginnen Haar grijze ouders het leven verbitteren? Neen! Zij ging heen, ver heen, naar Chicago, waar men veel verbergen en begraven kan doode hoop en doode kinderen. En hoe zij nu lager en lager zonk, is eene oude, treurige geschiedenis, welke hisr omslachtig te verhalen, de plaats niet is. Hier beneden bevindt zij zich betrekkelijk het best, want hier smoort de muziek het kloppen van haar hai't, de stem van haar geweten, en de whisky bedwelmt hare zintuigen, zoo dat zij tegen den morgen ten minste slaap kan vinden, slaap zonder droomen. Maar nu lustig gedanst! komaan, meisje, het hoofd niet laten zinken, het leven is immers zoo schoonEn altijd walst zij met een langen, ellen- digen kerel, dien ook wij reeds gezien hebben ha j a, preciesop de bank der beschuldigden van het politiegerecht. Hij is een inbreker van de gevaar lijkste soort. Hij heeft leden als van een beer, spieren als van staal, en oogen als van een hyena. Zijne klee ding is gemeen voornaam, het is alsof hij ze uit tien verschillende kasten bijeen heeft gestolen, maar hij walst als een engel met een elegantie, die aan de schitterende danszalen der voor name wereld herinnert. Bij dien wals schijnt bij het meisje de herinnering aan vorige fraaie dageD op te rijzen, hare oogen schitteren, haar voorhoofd gloeit, haar hart klopt bijna hoorbaar onder het zich haastig opheffende en nederdalende doorschijnend wit keurs zij aanschouwt haar danser, op wien zij waarschijnlijk vroeger niet gelet heeft, lang en uitvorschend, toen een scherpe gil de kreet Henry Shaw, een ver pletterende vuistslag op het hoofd van het meisje toegebracht, door de zware hand van haar bleek geworden danser, een val, door elkander schreeuwende stemmen, en de inbreker stormt naar buiten door de opengesloten deur iu den nacht, als door furiën voortge- zweept. Wie weet welke herinnering m bij het noemen van dezen naam in hem ontwaakten, wie weet wat het uiten er van hem deed vreezen! Het meisje echter lag onmachtig op den grond, een smalle bloedstreep vertoonde zich tusschen haar opeen gedrukte bleeke lippen, en naast haar stond Annette met het universeel geneesmiddel whisky. Of zij dood is? Wij gelooven het niet, want zelfs een meisje kan veel vuistslagen van het lot verdragen, voor het er onder bezwijktmaar het ware beter voor haar, zoo zij niet meer ontwaakte, want «in de diepte" i3 het afgrijselijk. De onmachtige werd weggedragen en de dans begint opnieuw. De beide slecht gestemde violen krassen een polka en over de bloedige plaats, waar nog zooeven de ongelukkige lag, veegt de slijkerige sleep der andere meisjes van pleizier. Haynes en Singvul wilden de twee mannen, welke zij hier binnen hadden gevoerd, tot het spel verlokken, maar zij vertoonden hunne ledige zakken en men liet ze alleen. Nauwelijks wa ren de twee spitsboeven weg, of Ham mer en Spack verwijderden zich ook uit het akelige lokaal. «Tot iets heeft onze wandeling toch gediend," zei Hammer, toen beide te huis waren; «wij weten nu dat Eulton zwarigheden ontmoet om het geld te krijgen, en het meisje mijn hart beeft als ik er aan denk hier in een slecht huis is gevoerd." «Het is nn maar de vraag: waar?" antwoordde doctor Spack. «Hierop zal ons de geheime politie antwoorden!" Toen de heeren den volgenden dag hunne zaak den geheimen politie beambte Schouman voordroegen en hun vermoeden te kennen gaven, vroeg deze hen, hoe lang zij dan eigenlijk reeds aan het zoeken waren'. «Omtrent veertien dagen!" ant woordde Hammer. «Nu, mijne heeren, deze veertien dagen hadt gij kunnen sparen, zoo ge dadelijk tot ons waart gekomen, want het resultaat hetwelk gij tot nu toe verkregen hebt, zouden wij dadelijk in de eerste twaalf uren hebben verkregen eerstens, weten wij nauwkeurig, dat hij een slecht, tot iedere schanddaad be kwaam sujet is, tegen wiens sluwheid en hulpmiddelen wij niets vermogen. De geheele geheime politie van Chicago had hem reeds meermalen met hare netten omgeven, maar zoodra wij ge loofden hem te hebben, ontglipte hij ons als een aal. Wij vermoeden dat hij de aanvoerder van een dievenbende is, die over aanzienlijke geldmiddelen beschikt, hare operaties in het groot doet, en wegens haar geld allerlei bescherming geniet, welke ik niet nauw keuriger mag aanduiden. Immers de leden van zijn achtingswaardig dieven- genootschap welke wij vatten konden, zijn er steeds zeer goed afgekomen, en hier loopt bij voorbeeld, ongehin derd een zekere Lobster rond, die ten

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1911 | | pagina 1