BINNENLAND.
Plaatselijk Nieuws.
Gemengd Nieuws.
zijn voor het gedeelte tot het station
Eiseneer reeds tien milioen verbruikt.
Maar ook waren er meevallers. In
plaats van de 50,000 verwachte be
zoekers, kwamen ruim 80,000 toe
risten.
Na bereiking van het station Eis-
meer werd bet werk in den beifst
van 1907 na een tweejarigen stilstand
weder hervat. Vier lange jaren werd
op een hoogte van 3000 M. gearbeid,
slechts onderbroken door twee kleine
pauzen, eens toen de groote dyna
miet opslag in de lucht vloog, en nog
eens toen gedurende enkele dagen een
staking uitbrak, trouwens de eenige
in al die jaren. Steeds heerschte een
zeer goede verstandhouding tusscben
leiders en arbeiders. Groote ongelukken
kwamen niet voor.
De opening van het station Jung-
fraujocb, aldus meldt de «Züricher*
correspondent van den »Lokal-An-
zeiger« wordt nog dezen zomer ver
wacht Er blijven tot den top van de
Jungfrau nog drie K.M. te doorboren.
Antirevolutionaire Partijdag.
Op de Vrijdag 1 Maart te houden
Anti-revolutionaire Partijdag zal Dr.
H. Visscher, hoogleeraar te Utrecht,
assessor in het Centraal Comité, naar
aanleiding van zijn onderwerp: «Eenige
beschouwingen over het kerkelijk
vraagstuk,de volgende stellingen
verdedigen
I. De invloed der moderne cultuur
ontwikkeling op het geestelijk leven
des volks heeft als noodzakelijk gevolg
dat de functie van den Staat met
betrekking tot het geestelijk leven in
het algemeen en met betrekking tot
de religie in 't bijzonder in dien zin
is gewijzigd, dat vrijheid van gods
dienst en de daarmede verbonden ge
volgen moeten aanvaard worden.
II. Indien volgens art. 36 der con
cessie de overheid als dienaresse Gods
geroepen is het koninkrijk Jesu Christi
te vorderen, dan kan zij dit in moder
nen cultuurstaat uit den aard der
zaak slechts doen met inachtneming
van het eigen karakter onzer cultuur.
De overheid geeft dus de haar vol
gens art. 36 toegekende roeping op
andere wijze te vervullen dan vroeger,
d. w. z. met ei kenning van bet be
ginsel van volkomen vrijheid van
Godsdienst.
III Ten gevolge van den invloed
door het historich verleden uitgeoefend
op het heden zijn er ook onder ons
volk nog resten van vroegere cultuur
toestanden, die zich met het moderne
leven niet vereenigen laten. Daardoor
ontstaan wanverhoudingen, die ook
op het gebied der politiek verschillende
problemen stellen. De voornaamste
dier problemen zijn die van school
en kerk.
IV. De richting waarin de anti
revolutionaire staatspartij de oplossing
dier probleemen inzonderheid van het
kerkelijk probleem nastreeft, wordt
bepaald door haar algemeene be
ginselen in dien zin
lo. als zij belijden dat God ook de
cultuur-ontwikkeling der menschheid
leidt, de moderne cultuurontwikkeling
aanvaardt en dus onvoorwaardelijk
erkent het beginsel van vrijheid van
godsdienst en de daarmede verbonden
gevolgen
2o. dat zij belijdend, dat de over
heid dienares Gods is, streeft naar
zulk een oplossing der politiek gees
telijke problemen in het algemeen en
van het kerkelijk vraagstuk in het
bijzonder, dat daarbij het waarachtig
belang van Gods Koninkrijk en dus
ook het recht der kerken in het oog
wordt gevat;
3o. dat zij, erkennend dat art. 171
der grondwet, vooral in verband met
de in 1816 geweldig aan de Geref.
Kerken dezer landen opgelegde orga-
mannen ontmoetten elkander en zagen
elkander wederzijds in het gezicht,
beiden hadden dezelfde gedachteieder
hield den andere voor den bevoorrechten
gunsteling van de schoone Sara.
Terwijl Seniawitsch het huis verliet
werd Dewbinsky in de reeds beschreven
kamer gevoerd, waarin de heer des
huizes zich bevond.
«Vergeving dat ik u gisteren een
arme vrouw met haar kind te huis
gezonden en in uw bescherming aan
bevolen heb; maar ik meende dat zij
bij hare geloofsgenooten het best ge
huisvest zou zijn."
«Mijnheer de graaf ik dank u voor
de weldadigheid, welke uw edel hart
een dochter van mijn stam liet weder
varen," antwoorde Baruch Levi buigend
en noodigde den graaf plaats te nemen.
Wordt vervolgd).
nisatie, tot onrecht leidt, streeft naar
losmaking der zilveren koorde;
4o. dat deze losmaking kan geschie
den of onmiddellijk door uitkeeung
aan de rechthebbenden of door het
scheppen van bet subsidiesysteem
voor alle kerken op voet van gelijk
heid, doch met dien verstande, dat in
het laatsie geval het doel der over
heid zijn moet door dit subsidie-sys
teem mee te werken aan het voor
bereiden eener toekomst waarin de
kerken zich in overeenstemming met
haar wezen ook financieel geheel op
eigen levenswortel ontwikkelen kunnen.
De heer J. C. Wirtz, schoolopzie
ner te Winschoten, die spreekt over
«Schoolquaestie en school*, doet dat
aan de hand der volgende stellingen
1. Er moet een geheel nieuw stelsel
voor het lager onderwijs komen:
a. omdat het tegenwoordig stelsel
voert tot al sterker centralisatie;
b omdat het op de maatschappe
lijke toestanden der 20ste eeuw niet
meer past;
c omdat bij bet tegenwoordig stelsel
juist de zwakkeren dreigen om te
vormen, of niet krijgen wat ze noodig
hebben
d. omdat bij het tegenwoordig
stelsel het peil der algemeene ont
wikkeling daalt;
e omdat bet tegenwoordig stelsel
vrijwel aan niemand voldoet;
f omdat de tegenstelling «openbaar
en bijzonder onderwijs* uit den tijd
is en vervangen moet worden door
«neutraal of niet neutraal*, een tegen
stelling die thuis behoort op het ge
bied der opvoedkunde;
g omdat het tegenwoordig stelsel
een deel van ons volk geldelijk zeer
sterk bevoordeeld boven het andere
deel.
2. Bij het nieuwe stelsel der toe
komst moet de gemeente als verzorg
ster van bet onderwijs uitvallen:
a om een eind te maken aan den
onderlingen wedijver der gemeenten,
die het onderwijs niet ten goede en
andere zaken ten nadeele strekt;
b om het mogelijk te maken dat
bij de Gemeenteraadsverkiezingen de
politiek minder op den voorgrond
treedt;
c om te voorkomen dat de ge
meentepolitiek beheerscht wordt door
de onderwijzers;
d om betere verzorging te kitjgen
van het platteland en vooral van op
komende streken.
3 De zorg van de Rijksoverheid
kan onmiddellijk of middellijk dan het
onderwijs ten goede komen. De mid-
dellijke verzorging door gebruikmaking
van bet particulier initiatief verdient
ver de voorkeur:
a omdat het stelsel meer vrijheid
van beweging geeft;
b omdat het onderwijs daardooi
kans loopt bevrijd te worden uit
schoolsche banden en meer practisch
te worden in den goeden zin van het
woord;
c omdat daarbij met het ouderrecht
oerekend kan worden;
d omdat het stelsel der rechtstreek-
sche verzorging fiasco gemaakt beeft,
e omdat de ervaring op schoolgebied
en ook op ander terrein geleerd heeft,
dat ons volk wel in staat is mee te
werken aan de uitvoering van wetten
f omdat dit stelsel veel goedkooppr is.
Kanier van Koophandel en
Fabrieken.
Bovengenoemde Kamer vergaderde
Zaterdag ten Raadhuize onder voor
zitting van den heer J. Ger. Kleber.
Afwezig de beer H. Meursing, wegens
ziekte en de heeren W. van Haselen
en D. H. G. Kleber. Nadat de notulen
van 27 Januari waren gelezen en
goedgekeurd deed de voorzitter me-
dedeeling van de volgende ingekomen
stukken
1. De gewone periodieken, enz.
2. Een verzoek van de Kamer te
Heerlen om toezending jaarverslag.
3. Mededeeling van het Gemeente
bestuur, dat de rekening en verant
woording door den Raad is goed
gekeurd.
4. Een schrijven van den heer L.
R. E. de Bruyn, meldende, dat zijn
bemoeiingen inzake een tram Amers
foortZeist geen gunstig resultaat
hebben gebad.
5. Een verzoek van J. van Hees,
om het adres, verbetering van de Eem
betreffende, te steunen.
De voorzitter wil berichten, dat de
Kamer altijd op de zaak attent is
geweest eri het adres zal steunen na
het eerst ter inzage te hebben ont
vangen.
Hiertoe wordt besloten.
6. Een schrijven van den heer Fryda
te Utrecht om een afschrift van het
adres vroeger door de Kamer ver
zonden inzake cheque- en giro verkeer.
Hieraan is reeds door den secretaris
voldaan.
Nu komt aan de orde het ontwerp
zomerdienstregeling op de spoorwegen.
De heer Eysink wijst er op, dat men
met het locaaltje te 9,02 te Utrecht
aankomt en te 9 08 naar het zuiden
kan vertrekken. Deze tijd is wel kort.
De voorzitter is het hiermede eens.
De trein van 8.19 geeft wei aanslui
ting, doch dan moet men bijna een
half uur te Utrecht wachten om
9.56 in Den Bosch te zijn. Bovendien
heeft deze trein geen 3e klas.
Besloten wordt aan den minister
te vragen of hier niets aan te doen is.
Hierna wordt de vergadering ge
sloten.
De Ned. Slagersgezellenbond hield
Zondag zijn 10e jaarvergadering in de
«Keizerskroon* alhier, welke werd
bijgewoond door afgevaardigden van
alle afdeehngen, benevens door twee
Duitsche collega's
De voorzitter van het hoofdbestuur,
de heer K. Regoor uit Den Haag, sprak
een welkomstwoord en bracht hulde
aan de afdeeling Amersfoort voor de
prachtig versierde zaal.
Daarna ging hij uitvoerig het werk
van den Bond, in het afgeloopen jaar,na.
Het jaarverslag en het financieel
verslag werden, na eenige discussie,
goedgekeurd, terwijl van verschillende
zijden ciitiek werd geleverd op bet
beleid van den redacteur van het
Bondsorgaan. De tegenwooidige redac
teur, de heer G. P. Taverne te Rotter
dam, bad geen lust verder aan te
blijven, waarna als zoodanig gekozen
werd de heer I. S. Arbeid te Amster
dam.
Een voorstel van het hoofdbestuur
om de uitkeering bij overlijden te
verlagen tot f75, werd verworpen,
en een voorstel van Rotterdam om
dit bedrag op f 100 te stellen, aan
genomen.
Eveneens werd verworpen een voor
stel om het ziekengeld te verlagen.
Besloten werd verder om de alge
meene vergadering steeds te Utrecht
te houden, terwijl de zetel van
het hoofdbestuur blijft gevestigd te
's Gravenhage.
Tot leden van het hoofdbestuur
werden gekozen de heerenG. P
Taverne te Rotterdam, H. Knuit te
Breda, J. Alt te Leiden en Th. van
Eijsden te Dordrecht.
Met algemeene stemmen werd nog
aangenomen, de volgende, door de
afdeeling Amsterdam ingediende motie:
«De Ned Slagersgezellenbond, bijeen
ter vergadering op 25 Febr. 1912, te
Amersfoort;
overwegende, dat bet de taak van
den Staat is, om oude en invalide
arbeiders en arbeidsters op 6ü-jarigen
leeftijd te pensionneeren;
kennis nemende van de motie-
Troelstra. waarin de Regeering wordt
uitgenoodigd om een directe uitkeering
te verschaffen aan een deel der oude
arbeiders(-sters), die den leeftijd van
70 jaar bereikt hebben;
spreekt als zijn rneening uit, dat,
hoewel genoemde motie-Troelstra niet
geheel voldoet aan de meest billijke
eischen, het evenwel noodig is, dat
de motie wordt aangenomen.
driDgt bij de Tweede Kamer der
Staten Generaal op aanneming daar
van aan.«
Wegens het late uur (de vergade
ring duurde van 's morgens 11 tot
's avonds 7 uur), kon de agenda slechts
voor een gedeelte worden afgehandeld.
Het eerste Staatspensioentje.
Hierover sprak Maandagavond in
een openbare vergadering de heerA.
B. Kleerekoper in het Valkje.
Spr. begon met te herinneren aan
de motie Troelstra op 5 Dec. '11.
Deze motie is overal aan de orde,
alleen staat ze niet op de agenda der
Tweede Kamer. Spr. zegt verder,
waarom Troelstra twee moties heeft
voorgesteld. 1911 is voor de bezittende
klasse een zeer goed jaar geweest,
voor de arbeiders echter niet. Alles
werd door het kapitalisme duur ge
houden, en de klassenstrijd nam scher
per vormen aan.
De woordvoerder der Soc. Dem.
wilde twee dingen geregeld hebben,
liet wettelijk waarborgen van het
posten en het tegemoetkomen aan de
oudsten en ellendigsten der arbeiders
klasse.
Waar het geld vandaan moet komen,
zegt spr. verder. De iukomsten van
den Staat zijn van 1901 tot '11 ge
stegen van 153 miljoen tot 205 miljoen
en de uitgaven van '152 miljoen tot
213 miljoen. Deze zijn alzoo met hl
miljoen vooruitgegaan. Dit geld is
gegaan aan het onderwijs en het
militairisme. Het wordt verslonden
door het ongelukkige onder wijssysteem,
dat van scholen en schooltjes aan
elkaar hangt.
Door de indirecte belastingen
brengen de arbeiders veel bij tot de
staatsinkomsten. De regeering wil het
tekort halen uit verhooging van drank
accijns, debietrecht op tabak, nieuwe
inkomstenbelastingen en de tariefwet.
Wat nu met de motie-Troelstrazal ge
beuren, hangt van de arbeiders zelf af.
De heer Dam uit Hilversum kwam
in debat. Hij wees op den toeslag door
veel gemeenten en particulieren ver
strekt.
We houden leger en vloot om onze
onafhankelijkheid te handhaven. Het
stelsel van de Sociaal Democraten is
in flagranten strijd met den Christe
lijker! godsdienst.
Spr. geeft toe, dat er misstanden
zijn, maar de middelen ter verbetering
aangegeven verschillen.
De heer Kleerkoper repliceerde uit
voerig en stelde een motie voor, waarin
bij de Tweede Kamer wordt aange
drongen op aanneming van de motie-
Troelstra. Deze werd rnet bijna alge
meene stemmen aangenomen.
Hierna werd de vergadering om
streeks middernacht gesloten.
Tot enquètrice der Amersfoort-
sche Vereeniging tot bestrijding der
Tuberculose is benoemd mej. M. G
Romiju, alhier.
De dirigeerend apotheker (ma
joor) K. Verlaan, van het militair
hospitaal alhier, zal 1 Mei a.s. den
dienst met pensioen verlaten.
De paardenarts op non-activiteit
T. J. van Capelle wordt op 1 Maart
in actieven dienstiersteld en ingedeeld
bij het 1ste regiment huzaren alhier.
Merels.
Voor enkele dagen kon men in tal
van bladen een bericht uit Noord-
Brabant lezen omtrent het wegvangen
van honderden merels in die streken,
hetgeen misschien niet ten onrechte,
zeer betreurd werd. Toch is het wel
licht niet overbodig, eens mede te
deelen, wat we over dezen vogel lezen
in een handleiding van K. Bisschop
van Tuinen, uitgegeven bij een stel
platen van diersoorten, nuttig voor
landbouw en houtteelt Nadat de
schrijver vooraf heeft medegedeeld,
dat de merel zich bijna uitsluitend
voedt met insecten, insecten-larven,
wormen en slakken, en in den herfst
ook met vlier-, lijster- en jenever
bessen, verhaalt hij«In sommige
streken van Duitschland schijnt deze
vogel echter de slechte gewoonte te
hebben aangenomen, om jonge vogel
tjes uit bun nesten te werpen, ja ze
zelfs te verslinden. Geen wonder dus,
dat de zangvogels in die streken,
waar hij veel voorkomt, sterk in aan
tal verminderen. Door de kennis van
dit feit is indertijd professor Semper,
hoogleeraar in de dierkunde te Würz-
burg, die in het najaar van 1879 in
zijn tuin lijsters had geschoten en
door zijn tuinman strikken had laten
zetten, om ze te vangen om welke
reden hij door zijn buurman Stumpf
bij den rechter was aangeklaagd
door de Rechtbank te Würzburg vrij
gesproken. De rechter verzocht name
lijk aan dr. Rindlleiscb, hofraad en
professor in de pathologische anatomie,
om de Rechtbank in deze zaak als
deskundige voor te lichten, en deze
geleerde verklaarde toen, dat de zwarte
lijster (merel, meerle of gieteling) tot
de allerschadelijkste dieren moest wor
den gerekend, omdat hij jonge vogeltjes
verslindt en dat zelfs hier en daar
o. a. in Thüringen waar deze vogel
sterk in aantal was toegenomen, de
nachtegalen waren verdwenen.*
Indien bovenstaande mededeelirigen
van dr Rindfleisch werkelijk op waar»
beid berustten, zou men ook in ons
land om 't wegvangen van merels
waarlijk niet behoeven te treuren.
Wie kan hier met kennis van feiten
meer licht verspreiden? 't Wil er bij
ons toch maar niet in, dat de merels
van Thüringen of elders in Duitsch
land zóó verre in «beschaving* bij de
onze zouden ten achter staan.
Gewogen en te licht bovonden.
Te Veenendaal is tegen alle bakkers,
op een drietal na, proces-verbaal op
gemaakt omdat hun roggebrood niet
aan het gewicht voldeed. Het onder
zoek werd door de marechaussee in
gesteld naar aanleiding van klachten
van de fabrieksbevolking. Onder de
bekeurden behooren de wethouder Bos,
een kerkmeester, enz. Een van hen
verklaarde aan den verbaliseerenden
brigadier dat bij, vanwege zijn ge
weten, al heel wat slapelooze nachten
had doorgebracht, maar tot onderwicht
genoodzaakt werd door de concur
renten van de Coöperatieve Winkel-
vereeniging.
De laak Reinier Koster opgelost.
Het gerechtelijk onderzoek heeft
gisteren voor goed uitgemaakt, dat
de te 's-Gi avendeal door het echtpaar
Koster opgenomen jongen, die eenige
weken geleden te St. Maartensdijk
werd aangetroffen, niet hun voor 12
jaren geleden verloren zoon is, maar
Augustien Janssens, uit Beveren Waes,
in België.
Tot het einde toe echter heeft de
kleine Augustien meesterlijk gesimu
leerd. Maar de confrontatie met zijn
ware ouders en andere getuigen deed
al spoedig de waarheid aan het licht
komen.
Het echtpaar Koster was dan ook
zoodanig overtuigd, dat het zonder
eenige reserve den knaap aan de
familie Janssens afstond.
Onder grooten toeloop van publiek
is hij te drie uur per vigelante uit
het Gerechtsgebouw naar Beveren
Waes vertrokken met zijn vader en
moeder. /Dordt. Cl.)
Voor Huis en Hoi.
Wenken omtrent wielrijden uit een
artikel van Dr. G. A. Ootmar te
Haarlem
Fiets zoolang en zoo hard als ge
wilt, desnoods uren achtereen zoo
lang de ademhaling met gesloten
mond kan plaats hebben, is er geen
gevaar voor overspanning, geen gevaar,
dat het lang uitblijvend vermoeid-
heidsgevoel te veel van onze krachten
doet vergen, geen gevaar te duchten
voor het bart, dat dan nog steeds in
staat is, om aan de meerdere eischen
van de spieren met gemak te voldoen.
En het ligt zoo voor de hand, dat
de ademhaling en het kloppen van
het hart samen moeten gaan, bij
elkander behooren, en de een nauw
af hankelijk is van de andere, dat
inderdaad geen betrouwbaarder en
gemakkelijker te bespeuren middel
te vinden is, om onze hartswerking
te meten.
Het kan ons dan ook geen ver
wondering baren, dat, waar het wiel
rijden blijkbaar zoo'n heerlijken invloed
uitoefent op den gezonden mensch,
men ook getracht heeft, het nuttig
te maken voor den zieke. En inder
daad, hartlijders b.v. heeft men op
bet rijwiel gezet en er later heel wat
verbeterd zien afstappen. Ik noemde
ze «hartlijders", feitelijk om u te
doen zien, hoe de vrees, dat «wiel
rijden" hartgebreken doet ontstaan,
onjuist is, waar het zelfs als genees
middel voor dit lijden kan gelden.
Onmatig fietsen, altijd hollen, of lange
reizen doen zonder behoorlijke rust,
daar kan zelfs het besta hart niet
tegen op.
Wanneer men zoo'n lijder op het
rijwiel zette, dan begon men de ver
snelling zoo gering mogelijk te maken,
opdat hij zoo min mogelijk kracht
zou moeten uitoefenen.
Een kinderrijwiel dus kent alleen
een kleine versnelling. Evenzoo bet
damesrijwiel. Daar de vrouw, wat
vorm van spierenen beenstelsel betreft,
het midden houdt tusschen dien van
het kind en den man, past het haar
ook om snelle, weinig krachtige be
wegingen te maken.
Wanneer aldus bet rijwiel zich aan
gepast heeft aan onzen leeftijd, ons
geslacht, den toestand van ons hart
of van eenig ander verzwakt orgaan,
zal het wielrijden, als geen menscbe-
lijk onverstand, de harmonie tusschen
rijwiel en menschenleeftijd, geslacht
of toestand verstoort, niet anders dan
zegenrijk kunnen zijn. Wie bij het
eindigen van den rit spijt gevoelt,
dat het tochtje of de verre tocht ge
daan is, diens lichaam ondervindt
gewis den heilzamen invloed van het
wielrijden en hoedt zich zelf voor
menige ziekte.
Doch wie op 't rijwiel zit, voorover
gebogen, trappende tegen den wind,
zoo hard hij kan, wie het als het
grootste geluk beschouwt, 20 a 30
K.M. te rijden zonder erg moe te
worden, maar na zoo'n rit zit te
hijgen op zijn stoel, voor dien zal
het rijwiel schadelijker inwerken op
zijn gezondheid dan stof, dan uren