NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht
FEUILLETON.
Nu. 22
Woensdag 19 Maart 1913.
42e jaargang
vERSfHIJIVT WOENSDAG ËN ZATERDAG.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
DE VRIJ-JACHT.
Amersfoortsche Courant
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15;
Franco per post door het geheele Rijk 1.25.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER
Bureau: Langestraat 77. Telephoonu. 69.
ADVERT ENTiËN:
Van 16 regels f 0.50; iedere regïl meer 7Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
De Uuitsche keizer heeft den re
geeringen der bondstaten ter kennis
gebracht, boe hij a.s. regeeringsju-
bileum wil zien gevierd. De 15 Juni,
de sterfdag van keizer Fredeiik,
moet geheel zonder eenig feestelijk
karakter blijven alleen bij de kerke
lijke diensten zal üeze dag in gebed
worden herdacht. Den 16 Juni zullen
de leerlingen van allo scholen vrij-af
hebben en alle openbare gebouwen
vlaggen. Ook de locale feeststelijk-
heden der verschillende vereenigingen
zullen zoo mogelijk op dien dag plaats
hebben Illuminatie wenscht de keizer
echter daarbij niet.
Volgens de »Moruingpost« ii bet
mogelijk, dat de koning en de konin
gin van Engeland het jubileumfeest
zullen komen bijwonen.
Op initiatief van prins-regen t Lud
wig van Beieren zullen in Augustus
te Kelheim alle Duilscbe vorsien
samenkomen, ter gedeuking van
's Keizers jubileum daarbij zal ook
tegenwoordig zijn de Oostenrijksche
troonopvolger aartshertog Fiaris Fer
dinand, prins-regent Ludwig en ko
ning Frederik August van Saksen
zullen het woord richten tot den
keizer en de aanwezige vorsten.
Buiten de beruchte auto-bandieten,
waarvan Bonnot en üarnier de aan
voerders waren, is er in Parijs en
omstreken nog een tweede groote
bende aan het werk geweest. De
leiders van deze heeleD Lacombe,
Nouiry en Ibanez. Zijzelf en hunne
medeplichtigen zijn nu langzamerhand,
meest te Aubrais en Reims, ingere
kend. Evenals de auto-bandieten, be
hoorden zij tot een soort van anar
chistische club, die te Romainville
zetelde. Zij traden als inbrekers ge
weldig op en hebben niet alleen vele
diefstallen, maar ook moorden gepleegd.
De »Temps« dringt er op aan, dat
de justitie deze gevaarlijke roovers
niet man voor man zal doen berech
ten, maar evenals met de auto-ban
dieten geschiedde, als een vereeniging
van kwaaddoeners.
Het weder in het buitenland.
In het noorden van Engeland is
het zeer koud, evenals te Londen. In
Noord-Wales is veel sneeuw gevallen
zoo ook in South Durham en in Noord
Yoi kshire.
Verder wordt een hevige storm uit
Denemarken gemeld. Te Maribo stort
te door den storm een bij een fa
brieksbrand overgebleven muur in,
waarbij 30 arbeiders onder de puin-
hoopen bedolven werden; twee wer
den doodelijk gewond, de anderen
min of meer ernstig.
In Montevideo (Uruguay) heeft een
storm veel schade aangericht. Vijf
personen werden gedood en vele ge
kwetst.
Bij den cycloon die in Noord-Ame-
rika woedde, weiden 90 menscben
gedood. Honderden bekwamen letsel
en zijn zonder dak. Talrijke huizen
zijn omgewaaid. De cycloon die met
aardschokken vergezeld ging, doodde
in den staat Georgia alleen acbt en-
dertig personen. In den staat Ten
nessee woei de school om, waarbij
tahijke kinderen gedood werden. De
schade is niet te schatten.
Op het hoofdpostkantoor te Cal
cutta ontploften heden een aantal
brieven, die gevuld waren met ont
plofbare stollen en geadresseerd aan
redacteuren van verschillende bladen
De schok was uitermate hevig; ver
schillende brievensorteerders werden
gewond, één hunner levensgevaarlijk.
In den laatsten tijd hadden ver
schillende personen van naam hier
ter stede dreigbrieven ontvangen.
Bij Hasselt (België) heeft Zoodag
een ernstig spoorwegongeluk plaats
gehad. Een trein geheel en al bezet
met mijnarbeiders, stiet n.l. op een
goederentrein, die op hetzelfde spoor
stond en door twee locomotieven ge
trokken werd. De locomotieven wer
den geheel en al in elkaar gedrukt,
en de eerste wagen werd totaal ver
brijzeld. Een groot aantal gewonden
werden naar het dichtbij gelegen hos
pitaal gebracht, waar drie hunner
kort na aankomst bezweken.
Eeu Hebreeuwschc staui ontdekt.
Volgens een te Jeruzalem verschij
nend tijdschrift moet in het diepst
van de Arabische woestijn een stam
leven, die een Nomadenbestaan voert.
Het tijdschrift zendt er een corres
pondent heen, om zich hieromtrent
zekerheid te verschaffen. Deze con
stateerde, dat de stam zijn oorsrong
vond bij Rechobiten, die in het 35ste
hoofdstuk van den profeet Jrremia ge
noemd worden. Het stamhoofd ver
telde, dat zijn volkje uit 2500 families
bestaat, en dat de proleet Jeremia
zelf den stam hierheen gevoerd had.
Bijna elke man heeft 5 of 6 vrouwen.
Utrechtsche Tentoonstelling van
Architectuur.
Eere Voorzitter: Mr J. P. Fockema
Andreae.
Wethouder der Gem. Utrecht.
Uit de begrooting voor het hou
den van een Architectuur Tentoon
stelling opgemaakt op de Commissie
vergadering d.d. 26 Febr. j.l. bleek,
dat de uitgaven verre de inkomsten
zouden overtreffen en werd om die
reden besloten een circulaire te rich
ten naar verschillende stadgenooten
met het verzoek een geldelijke bij
drage te willen storten om zoodoen
de deze tentoonstelling de eerste op
dit gebied hier ter stede te doen
slagen.
Het gevolg hiervan is geweest, dat
van vele kanten reeds financieels
bijdragen zijn toegezegd in aanmer
king genomen de zeer groote te ver
wachten inzendingen van verschillen
de architecten, bouwkundigen enz;
werd in de Commissie-vergadering
d.d. 14 Maart I 1. besloten de ten
toonstel li ng in de tweede helft der
maarid April in den Fruitbal aan het
Vredenburg te houden.
Op de begrooting zijn echter ver
schillende posten niet al te ruim be
rekend; zoo zijn b.v. de kosten voor
de betimmering en de decoratie der
tentoonstellingruimte tot het aller
noodzakelijkste beperkt en is niet
tegenstaande de bovengenoemde zeer
gewaardeerde steun de raming der
uitgaven nog steeds hoogor dan die
der inkomsten.
Daar deze tentoonstelling beoogt
een juist overzien te geven van het
werk van Architecten, Bouwkundigen
enz. uit de Prov. Utrecht en levens
kan strekkon tot bevordering der
Bouwkunst in 't algemeen, spreekt
de Commissie den wensch uit dat
niet tevergeefs zal worden aangeklopt
bij hen van wien het inteekenbiljet nog
niet is ingekomen, opdat het beoogde
doel in elk opzicht moge slagen.
De juiste data der tentoonstelling
zal nader worden bekend gemaakt.
De commissie.
A. W. C. Dwars Voorzitter Mij. tot
Beoord. der Bouwk. afd. Utrecht.
C. de Graaf Vice. Voorz. id. id. id.
M. E. Kuiler le seer. id. id. id.
C. J. de Haas le secr. Club Utr.
Leden van het Gen. Architecture
et Amicitiaa Linge Nieuwslraat 89.
P. M. C. Nicola'i Bestuurslid Club. I
Ulr. leden van het Gen. «Archi-1
tectuur et Amicitiaa I
J. J. van Nooile Jansen Afgovaardig-
de Utr. kuustverbond.
H. J. Kalk id.
Wandelclubs.
Over dit onderwerp schrijft J. C. P.
in »HaarI. Dbl.a een artikel, waarin
hij allereerst eeriige beschouwingen
geeft over het vroeg-oud worden. Als
een remedie tegen seniele aftakeling
bepleit bij de wedetoprichting van
wandelclubs.
Kunnen we niet; zou ik willen
vragen het wandelen, het loopen, weer
in eere herstellen? Op die vraag zal
dpor duizend menschen dadelijk met
een wedervraag geantwoord moeten
wordon: sis fietsen niet evengoed?"
Het antwoord is: Neen. Bij wan
delen is de garrg vanzelf rustig en
kalm, op de fiets krijgt men spoedig
een groote vaart zonder het zelf op
le merken, tot schade van de harts-
werking, bij het wandelen is het ge
heele lichaam in beweging, bij fiet
sen rust het bovenlijf; bij wandelen
komt men, als vermoeidheid optreedt
eerder tot rusten dan bij fietsen. Ik
spreek geen kwaad van het wielrij-
den. Als 't nog niet bestond, behoorde
het ten spoedigste uitgevonden te
worden. Als vervoermiddel is 't on
vergelijkelijk, maar dat het den men
schen het ioopen heeft afgeleerd,
most op zijn debetzijde geboekt wor
den.
Maar alléén wandelen gaat niet,
loopt ook binnen veeitien dagen af.
Net als de gymnastische oefeningen
en het werken met halters en het
müllern! Ik zou de ouderwetsche
wandelclub weer ingesteld willen zien.
Om Haarlem heen zijn er prachtige
wandelingen genoeg en voor wie wat
van de natuur weet en in staat is
die te zien, valt er zooveel moois
op te mei ken, dat een wandelclub,
die het voorrecht heeft zoo iemand
onder haar leden te tellen, behalve
gezondheid, ook liefde en waardee-
ritig opdoet voor orize heerlijke
natuur
Geen tijd? Iedereen heeft tijd. Is
't geen uur per dag, dan maar een half
uur. En op den Zondag een dubbele
portie. Hoe die clubs samengesteld
moeten worden, weet ieder voor zich
zelf welleden van vereenigingen,
buien viienden kunnen zich bij
elkaar aansluiten. De eerste club,
die gaat wandelen, zal bekijks heb
ben en de vroolijkheid opwekken van
9)
«Mijn moeder zegt, toen zij een
klein kind was, heeft Usabe reeeds
zoo met haar blauw sloof en de bruids
kroon gestaan. Mijn grootmoeder is
op haar bruiloft geweest, toe zij het
plotseling zoo erg in het hoofd kreeg.
Dat zal nu zoowat vijtig jaar geleden
zijn. Maar Ilsabe gelooft dat het eerst
gisteren is geweest. Zij is bij mijne moe
der in kost en gaat eiken morgen als
de zon opgaat naar het strand en vlecht
dan altoos een nieuwen krans, 's Nachts
vergeet zij immer dat zij reeds langer
dan gisteren hier gisteren hier gestaan
heeft. Zij gelooft ook niet dat Jochim
toen daar buiten verdronken is Slechts
eenige wrakhouten van zijn boot zijn
destijds bij een storm aan strand gedre
ven langzamerhand. Ilsabe weet
ook niet eens dat zij reeds even oud
is als mijne grootmoeder. Maar alles
wat voor haar brui]pft is gebeurd,
weet zij-even "duidelijk-als ieder ver
standig mensch. Wat later is geschied,
is haar itil voorbij gegaan. Het is
alsof zij in een langen slaap is geweest,
's Middags breng ik haar eten naar
buiten en 's avonds haal ik haar
anders blijft zij den geheelen nacht
hier staan
Het kleine meisje nam Ilsabe bij
de hand en ging met haar van de
duinen heen. Op de hoogste duin
stond Ilsabe een oogenblik stil en
legde hare hand als een scherm boven
hare oogen en zag op de door de maan
helder beschenen zee neder na een
langen blik schudde hij treurig het
hoofd en keerde zich om. En beiden
verdwenen.
Eenzaam ging ik op het strand ver
der het hart zoo zwaar en het hoofd
zoo vol.En hier zouden de menschen
gelukkig leven een leven zonder
hartstochten Arme Ilsabe, arm offer
der moederlijke hebzucht... Ja, ook
op dit fraai, half vergeten stukje aarde
leeft de mensch met zijne kwelling
Bij de kromming van den oever zag
ik nog eens om ach, hoe treurig
wapperde het blauwe sloof in den
nachtwind I
Den geheelen zomer bleef ik op
het fraaie Rügen, waar de rijpe beu-
kebessen zoo frisch en vroolijk groeien,
waar de zeewind zoo verkwikkend en
koel waait en waar het zoo wonder
baar stil is om te droomen en te
dichten I
Mijn badplaatsje Sellen ligt dicht
bij MöDchgraben, dat de grens tus-
schen Mönchgut en het eiland Rügen
vormt. Gaarne gingik tegen den avond
langs het stand of door het bosch naar
den»Nord Pehrd»een heerlijk ver
gezicht bij het begin van Möngut,
dicht bij zee, en zag hier de zon on
dergaan. Dan ontmoette ik de oude
Ilsabe regelmatig op haar post aan het
strand vol hoop en vertrouwen
nooit ongeduldig, nooit vermoeid. «O
hoe onuitsprekelijk veeldacht ik dan
wel, «kunt ge met uw hoogmoedig,
wijs verstand van de arme zinnelooze
nog leerenl»
Tegen het einde van September ont
stonden plotselig 's nachts hevige
noordooste stormen, de gevaarlijkste
voor deze kusten. De visschers van
het dorp snelden 's morgens vroeg naar
het strand, om hunne booten voor
de woedende golven in veiligheid te
brengen.
Ook ik voelde mij naar het strand
gedreven, om de schoone zee in hare
wildheid te zien. Ja, zij was ook nu
schoonTreeselijk schoon I Ik zag de
visschers strijden tegen bet ziedende
element tegen hune lement. Zij poog
de hunne booten meestal hun eeni-
gen rijkdom zoo hoog mogelijk op
het strand te brengen. Ja, zij moesten
ze deels op de duinen trekken. Ande
ren, die hunne netten den vorigen
avond uitgelegd hadden, waagden zich,
trots den storm naar buiten om met
levensgevaar te redden, wat nog te red
den was. En verder ging ik laDgs het
strand en luiserde met diepe aandacht
naar het rollen en bulderen, het sis
sen zieden, het bruisen en suisen en
het wild schuimen der hooggaande
zee... Bevend en verstomd zweefde
mijn blik ver in zee: als altoos niewe,
wilde, reuzige, fraaie golfpaaiden met
spattend schuim in de neusgaten en
druipende manen hoog opsteigerend
het een al hooger dan het ander
op mij toerolden en mij het witte,
zilte schuim in het gezicht snoven.
Steeds wilder bruischte de storm
steeds hooger verhieven de golven zich
boven elkander en rolden hooger en
hooger op het strand. Zij joegen mij
opwaarts naar de duinen en de ber
gen van den oever. Zoo kwam ik te
Mönchgut. Ook hier streden de vis-
chersgeheele dorpenmannen, vrou
wen en kinderen met doodsverach
ting en inspanning vaD alle krachten
tegen het heden zoo vijandig element....
De laatste boot was in veiligheid.
Nu kwam over de duinen eeD klein
meisje op ons toeloopen hetzelfde
meisje dat ik op den bewusten avond
de oude Ilsabe van het strand naar
huis huis had zien halen. De kleine
beefde aan al haar leden, weende luid
en kon nauwelijks het woord Ilsabe
uitspreken. Maar wij wisten allen wat zij
meende. Bij den stijd om leven en dood
om have en goed had niemand aan de
oude Ilsabe op hare gevaarlijke plaats
ginder ver aan het strand gedacht.
Wij renden allen in wilden haast over
de duinen daarheen Daar stond zij
nog, de onde Ilsabe, op eeu hoogen
steen, diep in het water, omgeven door
de huishooge woedende golven I Een
kreet wrong zich uit aller borst los
die zelfs het plassen der golven be-
heerschte.
Wordt vervolgd.)