NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad jÊf voor de Provincie Utrecht. ®ofememefc No. 45. Zaterdag 7 Juni 1913. 42e jaargang VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG PREMIE HET DREIGENDE GEVAAR VOOR HANDEL EN SCHEEPVAART. BINNENLAND. FEUILLETON. Boontje tut 2jjn lontje Amersfoortsche Courant. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15; Franco per post door bet gebeele Rijk 1.25. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER Bureau: Langestraat 17. Telephoonn. 60. ADVERTENTIËN: Van 16 regels f 0.50; iedere regel meer 7'/i Cent. Advertentiën viermaal geplaatst worden slecbts driemaal berekend. Groote letters eD vignetten naar plaatsruimte. voor dc lezers van deze courant. Het heden verschenen 10de nummer van den vijfde jaargang van SftTiiTrSw.7. tJr "laTfrTriV j bevat o.a. GRAAF VAN LIMBURG STYRUM, die in 1813 deel uitmaakte van het Driemanschap. Het portret van wijlen den Heer J. A. Jurgens, den bekenden groot industrieel te Oss. Opening van het Muiderslot, met drie foto's. Opening van het gesticht Land- bouw-Opvoeding te Nijkerk. De leden van den Internationalen Vrou wenraad op de Tentoonstelling 1813. Het Bestuur van het Nederlandsch Tooneelverbond. Bezoek van de Vereeniging mdie Haeghe" aan den Rotterdamschen haven. Oefening in de omstreken van Arnhem, geor ganiseerd door het Nederlandsche Roode Kruis. De uitreiking van bet Ridderkruis aan den Kapitein der In fanterie, H. J. Schmidt te Arnhem. Brand op de tentoonstelling te Gent. Naatje van den Dam gaat verdwijnen. De Honderdste geboor tedag van David Hirsch, den eersten Directeur der Inrichting voor Doof stommen-Onderwijs te Rotterdam, met drie foto's. Tentoonstelling van poppen, in het Hotel »de Witte Brug" te 's-Gravenhage, met dertien foto's. De Bruiloft van Margare- tha van Pruisen, met den Prins von Reuss. De wedstrijd van de Schiet- vereeniging «Wilhelmina" te War mond. De Humorpagina. Ten slotte: Portretten van bekende landgenooten, de Rubriek van Redac teur X. Kindernummer »Ons Prin sesje", met onderhoudende en leer zame lectuur voor de Jeugd. De geabonneerde wonende wenscbt zicb te abonneeren op het weekblad „PAK ME MEE", tegen den prijs van 3'/j cents thuis bezorgd. Gedurende het zestig-jarig tijdperk, waarin Nedorland is gestuurd in den Vrijhandelskoers, is het onzen Handel zeker niet slecht gegaan. Volgens de jaarcijfers, bewerkt door het Centraal-Bureau voor de statis tiek, is (1911) de Invoer (tot ver bruik) ruim achttien-maal grooter ge- woiden en de Uitvoer (uit het vrije verkeer) meer dan v e r t w i n t i g v o u - digd. Ziehier de cijfers. Waarde der goederen iu millioen guldens. hl voer Uitvoer 1847-1851 (gemid. p. jaar) 184 132 1S57-1S61 311 246 1862-1866 378 314 1867-1871 493 392 1872-1876 681 516 1877-1881 843 601 1882-1886 1077 823 1887-1891 1262 1086 1862-1896 1446 1177 1897-1901 1887 1601 1902-1906 2395 1969 1907 2692 2212 1908 2S24 2181 1909 3137 2455 1910 3265 2632 1911 3333 2732 De tonnemaat der in- en uitge- klaarde schepen in onze havens steeg van 6.325.000 M' in 1850 tot 85.560.000 Ms in 1910. Alleen van 1898 tot 1908 is onze scheepvaart met 50 pet. toegenomen. In den wereldhandel neemt ons klei ne land thans (Statische? Jahrbuch für das Deutsche Reicb 1912) de 5e plaats, in. vóór Nederland staan op de ranglijst slechts deze vier groote rij ken Engeland, Duitschland, de V. S. van Noord-A mertka en Frankrijk. In den scheepsbouw is ons land No. 3.' Ons handelsverkeer zal onvermijdelijk de nadeelige gevolgen ondervinden van beschermde rechten, welke leiden tot weerwraak m i d e 1 e n van andere landen, tarieven-oorlogen en er ger. Tegen de Tariefwet hebben zich uitgesproken de voornaamste organen van Handel, Nijverheid en Landbouw. Daaronder zijn nagenoeg alle Kamers van Koophan del en Fabrieken, de Maatschappij van Nijverheid, de Vereeniging van Nederl. Werk gevers, de Holladsche Maatschappij van Landbouw, de Vereeniging Zuivelfabrikanten in Nederland, de Nederlandsche Tuinbouwraad, vele Werklieden-organisaties, de Winkeliersvereenigingen te Am sterdam en *s-Gravenhage. Onder de ruim 300 adressen, tot de Tweede Kamer gericht tegen de Tariefwet, is er een van meer dan 3300 hoofden van de belangrijkste bedrijven in den lande. Toch tracht de Regeering uit sluitend om redenen van partij poli tiek haar heilloos plan door te drijven. Aan de Kiezers thans de beslis sing, of het Tariefontwerp- Kolkman weder op de agenda der Tweede Kamer zal voorkomen en dan wet zal worden, óf voorgoed zal worden begraven. Dit laatste zal beteekenen een ramp van het Nederlandsche Volk afgewend? •In 1909 werden op de Nederlandsche scheeps werven voor 12 verschillende landen, behalve Nedorland en zijn koloniën, 293 schepen gebouwd, waaronder een groot aantal Rijnschepen voor Duitsche rekening van Duitsch staal en met Daitsche kolen. En in Duitschland weet men even zeer uit ervaring, dat de protectie de loonen bij lange na niet doet stijgen in verhouding tot de verhoo ging van de prijzen der levensbehoef ten. Wij kunnen dus zoo ongeveer na gaan, wat ons boven het hoofd hangt, als ook in ons land de Protectionisten het winnen, en het ontwerp-Kolkman wet wordt. Daarbij vergete men niet, dat het geen nu wordt voorgesteld Dog maar een begin is, en dat, naar de onder vinding leert, de bescherming, eens ingevoerd, zich steeds uitbreidt. Want bescherming is nu eenmaal niet onmogelijk dan van den een ten koste van een ander. Wie in het gedrang komt, omdat hij niet beschermd wordt, zal om beschermidg roepen, en wie reeds beschermd is, om meer bescherming. En zoo gaat maar door. Tot welke rotte toestanden het geknoei met tariefgunsten aanleiding geeft, heeft men in de Vereenigde Staten van Noord-Amerika tot zijn schade en schande ervaren, met het gevolg, dat het volk zich tegen de protectie en het daaruit voort vloeiende trust- en monopolie-stelsel heeft uitgesproken door Woodrow Wilson tot president te kiezen. Reeds na enkele maanden is een nieuwe Tariefwet aangenomen door het Huis van afgevaardigden, waarbij de invoerrechten deels geheel worden afgeschaft, deels tot op ongeveer de helft worden verlaagd als de wel ook door den senaat zal zijn aange nomen. Als bewijs van de verwording der politieke zeden in ons land der pro tectie kan dienen, dat president Wil son een krachtig protest heeft moeten doen hooren tegen de pogingen, dooi de belanghebbenden in het werk gesteld om de leden van den senaat om te koopen ten einde hen tegen de Tariefverlaging te doen stemmen. Maar desondanks wordt aanneming van het wetsontwerp verwacht. En niet alleen in de Vereenigde Staten, doch ook in vele andere pro tectionistische landen neemt het ver zet tegen de bescherming toe, of is men reeds overgegaan tot verlaging en afschaffing der invoerrechten. Alleen bij ons wil de Regeering juist de tegenovergestelde richting uit. Niet omdat dit in gemoede kan worden geachfte zijn in 's lands belang, doch uitsluitend omdat de coalitie daarin haar voordeel ziet. Als het ergens geldt, dan geldt het bij de invoering van Protectie: men wachte zich voor den den eersten stap I Iedere nieuwe bescherming betee- kent vermeerdering van invoerrechten, bij gevolg hoogere prijzen, dus meer betalen, voornamelijk door hen, die het niet kunnen misseD. Dit houde men bij de stembus in het oog! Bevolking. Het bevolkingscijfer van de ver schillende provinciën bedroeg op 1 Januari 1913 als volgt: mannen vrouwen totaal Noord-Brabant 324.277 325.029 649.306 Gelderland 334.033 328.227 662.260 Zuid-Holland 717.376 754.386 1.471.761 Noord-Holland 561.606 694.556 1.151.162 Zeeland 117.556 118 593 236.149 Utrecht 147.100 152.267 298 367 Friesland 184.040 182.265 366 305 Overijssel 201.524 195.817 397.341 Groningen 166.923 169.818 336.741 Drente 93.919 87.582 161.501 Limburg 183.152 175.257 328.309 Totaal 3030.505 3083.797 6114.303 In een afzonderlijk bijvoegsel van Stel. is opgenomen een uitsreksel uit de statistiek van den loop der bevol king van het Rijk, de provinciën en de gemeenten met meer dan 20.000 inwoners, in het jaar 1912. Hieruit blijkt, dat de bevolking van Nederland, welke op 31 Dec. 1911 bedroeg 6.022 476, (2.983.415 mannen en 3.019.601 vrouwen) en op 31 Dec. DOOB A. S. II. BOOMS. 21) Juist, papa, eventjes links af! lichtte Mies toe, drukkende op dat «eventjes". En hoe heet dat stadje, kinde ren? vroeg de Overste, doch de glin stering van moedwil in de oogen der meisjes ziende, meende hij te kunnen raden wat zij bedoelden. Ik wed om 'n klapzoen dat ik weet hoe dat stadj e heet dat zoo eventjes linksaf ligt en jelui reislust en nieuwsgierigheid op wekt I Aangenomen, riepen beide kin deren opgewonden uit I Parijsgalmde de Overste zoo triomfantelijk dat de ruiten rin kelden. Ja! ja! juichten de twee meisjes en tegelijk klonken twee har telijke zoenen op de wangen van den zoo innig gelukkigen man I Nou, daar zullen we eens over denken, als jelui heel zoet zijn, meis jes! We gaan I we gaan I We zijn altijd zoet! zongen beiden terwijl zij hand in hand om den Overste dan sten, die zich verkneukelde van de pret. Noem jelui dat zoet zijn Schei nou uit met die aardigheden schertste hij gemaakt brommende, be neden wacht ons 't rijtuig om ons naar Flora en den Zoölogischen Gar ten te brengen waar wij in den tuin zullen dineeren, en al leven meis jes als jelui alleen van choc en pret, ik heb 'n verduivelden honger, en krach tens jelui eed van gehoorzaamheid ge last ik, «opstappen" I Dineerensmullen in 'n tuin! in Flora! Leuk! Verrukkelijk I juichten de beide meisjes en trokken den ouden heer lachende mede de kamer uit naar het rijtuig. En gewillig en overgelukkig liet de Overste zich meêvoeren, want zijn kind zijn lieveling was zalig en verrukt, en dat door hemzij had weer hare vol maakte heerschappij over haar «vader tje" heroverd, en zich zoo mogelijk nog steviger genesteld in dat hart, dat niets anders vroeg dan haar lief te hebben en gelukkig te maken. Geheel geleid door de wenschen en de verlangens der beide meisjes, die steeds, na voorafgaande geheime con ferentie op hun kamer, in dat opzicht eenstemming dachten, gevoelde de Overste zich weêr als 'n jong luite nant «en bonne fortune" door het opwekkende vroolijke gezelschap der lieve zorgelooze schepseltjes; nu en dan echter als de wenschen der kin deren verder gingen dan redelijk toe te staan was en zij dingen wilden zien die niet voor hen geschikt waren, dan liet hij beslist zijn vaderlijk gezag gelden, en de beide meisjes waren te verstandig om niet dadelijk in te zien dat in dat geval gehoorzamen en be rusten 'n eerste plicht was, ook zon der dat hun de redenen voor die vaste weigering werden opgeheven, zoodat zij zich dar. ook altijd dadelijk vrien delijk lachend onderwierpen zonder eenige ontevredenheid te laten blij ken, want zij wisten dat het voor hem een genot was, om hen steeds zooveel mogelijk ter wille te zijn. De band die reeds tusschen den Overste en zijn geliefd pleegkind be stond, was door dien vertrouwelijken omgang des te inniger en zoo moge lijk nog hechter geworden; hij gevoelde zich alsof hij werkelijk de vader was van dat lieve schepseltje, dat zich 't zon netje op zijn levensweg toonde, en zij zou zeker den besten der vaders niet niet meer bemind en geacht kannen hebben, dan zij hem deed, die zich on verplicht zoo in alle opzichten dien naam waardig toonde. De reis was voor de drie levens lustige menschen en vooral voor de meisjes, die nooit zoo iets genoten hadden, één en al verrukking, en toen zij eindelijk veertien dagen later dan oorsponkelijk het voornemen was in in Den Haag terugkeerden, vonden zij dat de tijd omgevlogen was en de reis eigenlijk niet lang genoeg ge duurd had; het kwam hen voor als een heerlijken zaligen droom, die alleen vele zoete herinneringen naliet. Als waardig besluit, verdeelde de Overste de op zijne reis aangekochte en succesievelijk naar Holland over gezonden cadeaux en aaD die uitdee- ling nam natuurlijk ook vriendin Mies deel, die van nu af uit genegenheid en gewoonte even als Non «vadertje» bleef zeggen. VII. Eenige maanden na de heerlijke ge zellige reis met zijn pleegkind en hare vriendin, is de Overste YVyckhens, die eene gemeubileerde suite bij zijne zuster betrokken heeft, waarvoor zij een grooter huis gehuurd had en waar hij nu met zijn pupil «en Pension» is, voor zijne schrijftafel gezeten, in zijne zoogenaamde salon, die door twee ramen uitzicht geeft op 'n breede en d rukke straat, waardoor hij in oogenblikken dat hij zonder bezigheid is aangename afleiding vindt. Op de schrijftafel ligt voor hem een vel postpapier waarop hij een brief begonnen is, welke arbeid hij echter op de helft heeft afgebroken, alsof zijne gedachten zich niet bij den brief konden bepalen, daar zij zich met heel andere zaken bezig hielden, en met het hoofd op de hand geleund, terwijl de elleboog op tafel rust, zit

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1913 | | pagina 1