NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
@flfememee
No. 49.
Zaterdag 20 Juni 1914.
43e jaargang
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
PREMIE
BUITENLAND.
FEUILLETON.
HET BABYLON HOTEL
Amersfoortsche Courant.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondageblad 1.15;
Franco per poet door bet geheele Rijk 1.25.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever O. J. SLOTHOUWER
Bureau: Langestraat 77. Telephoonn. 69.
ADVERTENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere reg9l meer 7'/i Cent.
AdvertentiSn viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
voor de lexers van deze courant.
Het heden verschenen 12de nummer
van den zesden jaargang van
AiilliilTiMiHii §Tr> 'i'snh^itn
bevat o.a.:
Bezoek van H. M. de Koningin en
Z. K. H. den Prins a. h. Rijksopvoe
dingsgesticht «Veldzicht". Mooie
kiek van een der vele kerken uit
Mexico. Intern. Roeiwedstrijden op
den Rijn bij Alphen. Opening
Bootenhuis derRoeivereen: DieLeythe.
De verdediging van Durazzo, hoofd
stad van Albanië en een foto van de
voorposten. De trek uit Epirus
(Albanië). Vier mooie foto's van
Sumatra's Westkust. DeGoudsche
pijpen-industrie met drie foto's.
Waaier, vervaardigd aan de Konink
lijke Kantwerkschool «Koningin
Sophie" te Sluis. Aanbieding aan
den Roemeenschen Gezant van het
album voor Carmen Sylva, bij gele
genheid van baar 70ste verjaardag.
Motorrijwiel-wedstrijd doordeprov.
Z.-Holland. Isidora Duncan en haar
danskunst.
Hel Kindernummer «Ons Prinsesje».
De geabonneerde
wonende
wenscht zich te abonneeren op het
weekblad „PAK ME MEE", tegen den
pry's van 3cents thuis bezorgd.
Is de aerdt der Hollanders nog
sodanigh
«Want de aerdt der Hollanders is
sodanigh, gelyk UEd. mede bekend is,
dat als baar de noodt ende periculen
niet zeer claer voor de oogen staan,
zy geenszins gedisponeert worden om
naar behooren te vigeleeren om haar
eigen securiteit
Zoo schreef Joban de Witt aan
Pieter de Groot, gezant bij het Hof
van Lodewijk XIV, kort voor de ge
beurtenissen van het rampspoedjaar
1672, dat de Republiek der Vereenigde
Nederlanden door de veroveringszucht
van den Franschen koning, gesteund
door zijn bondgenooten, maar bovenal
tengevolge van de verwaarloozing der
defensie-middelen, in weinig maanden
op den rand van den afgrond zag
gebracht.
Is nu twee en een halve eeuw later,
de aard der Hollanders nog een zoo
danige, dat zoolang de dreigende ge
varen hun niet zeer klaar voor oogen
staan, zij niet gezind zijn naar be
hooren te waken voor hun eigen
veiligheid?
Zullen de Nederlanders nu niet, zoo
als toen, hun verdeeldheid eerst dan
vergeten, wanneer het water tot de
lippen is gestegen, en zullen zij zoo
lang de nood nog niet zóó hoog is
geklommen, wèl praten maar niet
doen
Het tijdstip is nabij, waarop de
Regeering met een ontwerp tot vloot-
bouw zal en moet komen, omdat
een koloniale en zeevarende mogend
heid het nu eenmaal zonder marine
niet kan stellen. En naarmate de tijd
vordert, wast de woordenvloed, dien
het op ieder punt heerschende ver
schil van inzicht doet zwellenvoor-
loopig in de Pers.
Wat de een te veel vindt, is den
ander te weinig. Oneens is men het
omtrent het aantal, den aard, de
grootte en de bewapening der schepen;
over de als vioolbasis te kiezen plaats;
omtrent het aandeel, dat aan de zee
macht en aan de landmacht in de
verdediging van Indië toekomt; over
de sterkte der marine, die voor de
veiligheid van het Rijk in Europa en
de bescherming der Nederlandsche
belangen buiten Oost-Indië noodzake
lijk moet worden geachtomtrent de
vraag of en in welke verhouding de
kosten over de Indische en Neder
landsche financiën zullen moeten
worden verdeeldover de vlootbe-
mauningen zooveel meer.
Als het meening verschil in de Pers
is de vooruitgeworpen schaduw van
Kamerdebatten, dan zal er zeker heel
veel worden gepraat, doch komt er
niets goeds tot standdan zullen de
Staten van nu althans in dit opzicht
niet onderdoen voor de Staten van
toen en evenmin voor denRomeinscben
Senaat, die zóo lang beraadslaagde
over het behoud van een der koloniën,
tot Saguntum verloren was.
Het gevleugelde woord, dat de
ondergang van deze Romeinsche ko
lonie vermeldt, doet nu welhaast twee
duizeud jaar dienst ter waarschuwing
van de gebeele wereld. En Saguntum
beteekende voor Rome bij geen voeten
of vamen, wat Indië beteekent voor
Nederland
Geen Nederlander, welke zijn inzich
ten overigens ook mogen zijn, heeft
er tot dusver aan gedacht te zeggen
Laten we Indië toch prijsgeven. Het
verschil loopt slechts over de vraag:
Op welke wijze is het te behouden
Ieder wil daarbij in toepassing ge
bracht zien de middelen, die hijzelf
voor de beste houdt. En daarom is
ook bier weer het betere de vijand
van bet goede.
Als alten het eens moeten zijn,
alvorens in dezen tot doeltreffende
maatregelen wordt besloten, zal dit
eerst dan geschieden, als de noodt
ende de periculen haar zeer claer
voor de oogen staan". Dat zal zijn
niet vóór de nood aan den man is.
Maar dan ook zullen de Nederlan
ders ongetwijield gedisponeerd blijken
naar behooren te vigileeren voor hun
securiteit. En dan is het te
laat.
Bijtijds moge het daarom blijken,
dat de aerdt der Hollanders niet
meer is sodanigh
De positie van den vorst van
Albanië.
Ir. Januari schreef Karl Steinmetz
in die Zeit, en men vergete niet,
dat dit geschreven werd, vóórdal prins
Willem naar Albanië vertrok, het vol
gende: «Al zal de nieuwe vorst ook
in Durazzo zijn intocht houden, dan
zal toch zijn macht slechts zoover
reiken, als het geschut draagt van
de oorlogsschepen, die hem vergezellen.
Met welke middelen zal hij Essad
Pasja en de andere beys tot gehoor
zaamheid dwingen? 't ls duidelijk, dat
er veel machtsmiddelen noodig zijn
om de partijgangers van een Mohamme-
daansche regeering, dus twee derden
van het land, tot rede te brengen.
Er zal een militaire bezetting van het
geheele land noodig zijn. Europa beeft
lang geaarzeld, maar bet zal toch door
den zuren appel moeten beenbijten.»
Die voorspelling is prachtig uitge
komen.
Optimisten hebben Albanië ver
geleken met Roemenië, Bulgarije, Grie
kenland, waar ook vreemde vorsten
den troon bezetten en zich hand
haafden. Maar vooreerst was er in
die landen een homogeen volk, met
één godsdienst. In Albanië treft men
drie godsdiensten aan. Maar al waren
de Mohammedanen in Albanië ook
geen d weepers, 'tis zeer waarschijnlijk,
dat zij bet onder den invloed der
agitatoren geworden zijn. En bet uit
spelen door den vorst van de Katho
lieke Mallissoren en Mirdieten tegen
de Mohammedanen, zal een onher
stelbare kloof tusschen Noord- en
Midden-Albanië veroorzaken.
De voornaamste raoeielijkheden zijn
echter inde binnenlandschepartijschap-
pen gelegen. De Albaneezen zijn vrij
wat minder beschaafd dan de Roe
menen enz. Malissoren en Mirdieten
bestrijden elkaar vanoudsbeiden leven
in vijandschap met de Midden-Alba-
neezen en dezen zijn weer tegen de
Zuid-Albaneezen gekant, evenals bijv.
een «Pruis» tegenwoordig nog niet
gezien is in Beieren. Hoeveel eeuwen
zijn niet verloopen, voordat een eenig
Duitschland ontstond; hoe zou dan
in een oogwenk in Albanië een volks
eenheid kunnen worden verkregen?
Een tweede bezwaar was in Albanië
de verhouding van den vorst tot bet
volk. De andere nieuwgevormde stalen,
Roemenië enz., stonden op een zekere
hoogte van cultuur; onder de meer aan
zienlijke standen heerschten Euro-
peesche zeden. De afstand tusschen
volk en vorst was daar niet zoo
groot als in het bovendien voor de
meerderheid Mohammedaansche Alba
nië. De vorst moest daar een vreem
deling blijven, want bet onderscheid
in levensbeschouwing is te groot. Hij
scheen er zich dan ook niet op toe
te leggen de bevolking nader te treden
en men verhaalt zelfs, dat zijn hof
maarschalk Von Trotha, Essad pasja
als een parvenu over den schouder
aanzag, denk eens, den machtigen
heer van Midden-Albanië! Een ander
klein feit. Bij de troonsbestijging van
vorst Wilhelm werden over geheel
Albanië portretten van den vorst en
zjjn gemalin verspreid. Dat van de
vorstin stelde deze als gedecolleteerd
voor. Wat moet dat een veront
waardiging hebben gewekt bij de
Mohammedanen, die hun vrouwen
nooit toelaten in 't openbaar te ver
schijnen dan tot het topje van haar
neus bedekt
Vorst Willem is in Albanië onmo-
32)
door E. Bennett
(uit het Engelsch.)
»0, zeker wel," zei de heer Levy. Ik heb eens een electri-
ache barkas gekocht op de Theems, op vrijwel dezelfde manier
en 't bleek later een van de meeat voordeelige inkoopen te
zijn geweest die ik ooit in m'n leven had gedaan. Dus 't is
een louter toeval, dat u op 't oogenblik eigenaar -is van dit
hotel?"
//Een louter toeval 't is alleen gekomen door een bief
stuk en een flesch stout."
//Hmbromde de heer Sampson Levi, terwijl hij nadenkend
over zijn driedubbele kin streek.
//Om op Prins Eugen terug te komen," zei Racksole, //ik
verwachtte Zijn Hoogheid hier. De Hof-apartementen waren
voor hem in gereedheid gebracht. Denzelfden middag toen de
jonge Dimmock stierf, had hij hier moeten zijn. Maar hij is
niet gekomen en ik heb er niets van gehoord waarom hij is
weggebleven en in de couranten heb ik zijn naam ook niet
gezien. Wat hij hier in Londen kwam doen weet ik niet."
»Ik zal 't u vertellen," zei de heer Sampson Levi, «hij
kwam hier om een leening te sluiten."
//Een Staatsleening
//Neen een particuliere leening."
//Met wien?"
»Met mij, Sampson Levi. U zet een verwonderd gezicht.
Als u wat langer in Londen had gewoond, zou u weten, dat
ik juist de persoon was waar de Prins naar toe zou gaan.
Misschien is 't u onbekend, dat ze me onder de handelslui
triviaal weg den //Hof-geldschieter" noemen, omdat ik leeningen
sluit met de mindere, tweede rangs Prinsen in Europa. Ik
beu effecten-makelaar, maar mijn voornaamste bedrijf is het
onderhandelen met de kleine Europeesche hoven omtrent
geldelijke aangelegenheden. Nu, kan ik u wel in vertrouwen
vertellen, dat de Prins-troonopvolger van Posen heel driDgend
een millioen noodig hadhij had 't noodig op een bepaalden
datum en hij wist dat als de zaak niet binnen een zekeren
tijd was geregeld, hij dat bedrag onmogelijk op dien bepaal
den datum zou kunnen krijgen. Dat is de reden waarom
't me zoo verwondert dat hij niet hier is."
«Waar had hij een millioen voor noodig?"
//Schalden," antwoordde Sampson Levi laconisch.
1/Van hem zelf?"
//Zeker."
//Maar hij is op z'n best dertig jaar oud."
//Wat zou dat? Hij is niet de eeuige Europeesche Prins,
die in een dozijn jaren een millioen of zoo schuld heeft ge
maakt. Voor een Prins is zoo iets net zoo gemakkelijk als
het eten van een sandwich."
ii En waarom heeft hij zoo in eens 't besluit genomen die
schulden af te doen?"
//Omdat de Keizer en de ouders van zijn aanstaande geen
toestemming willen geven tot zijn huwelijk voordat hij dat
heeft gedaan I En daar hebben ze gelijk in. Hij zal met een
schoon blaadje moeten beginnen, of Prinses Anna van Eckstein-
Schwartzhurg zal nooit Prinses van Posen worden. Zelfs nu
weet de Keizer volstrekt niet hoe hoog het bedrag wel is
van Prins Eugen's schulden. Als hij 't wist I"
//Maar zou de Keizer die voorgestelde leening niet te weten
komen
«Neen, althans niet onmiddellijk. Daar zou wel voor gezorgd
kunnen worden. Ik heb die zaakjes wel meer bij de hand
gehad, weet u." De heer Sampsen Levi lachte. //Na het
huwelijk zou 't wel mogen uitlekken. En Prinses Anna heeft
een heel aardig fortuin! Nu, mr. Racksole," ging hij, op eens
van toon veranderend, voort, //waarheen veronderstelt n dat
Prins Eugen verdwenen is? Want als hij vandaag niet voor
den dag komt, kan hij dat millioen niet meer krijgen. Van
daag is de laatste dag. Morgen zal het geld voor een ander
doel worden gebruikt. Natuurlijk ben ik niet alleen in deze
zaak betrokken en mijn vrienden hebben ook iets te zeggen."
nU vraagt me waarheen ik denk dat Prins Eugen verdwe
nen zou zijn?"
//Ja, dat vraag ik."
//Dus u houdt 't voor een werkelijke verdwijning?"
Sampson Levi knikte. «Daarvoor houdt ik 't," zei hij, «als
ik het een met het ander in verband breng. Die Dimmock-
zaak is heel zonderling heel zonderling, dat moet ik zeggen.
Dimmock was eenigszins verwant aan de Posensche familie.
(Wordt vervolgd).