NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad
voor de Provincie Utrecht.
aofefflicmefc
FEUILLETON.
fto. 62.
Zaterdag 8 Augustus 1914.
43e jaargang
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG
PREMIE
KENNISGEVINGEN.
BINNENLAND
HET BABYLON HOTEL
Amersfoortsche Courant.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15;
Franco per post door het geheele Rijk 1.25.
Afzonderlijke Nummers 3 Cent.
Ingezonden stnkken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER
Bureau: Langestraat 77. Telephoonu. 69.
ADVER1 ENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere reg9l meer 7*/. Cent.
Advertentiën viermaal geplaatst worden slechts driemaal berekend
Groete letters en vignetten naar plaatsruimte.
voor de lezers van deze courant.
Het heden verschenen 19de nummer
van den zesden jaargang van
ntss.NadL»^»
bevat o.a.
Verschillende interessante foto's be
trekking hebbende op den oorlog tus-
schen Oostenrijk en Servië. De
Onafhankeljjkheidsfeesten te Delfzijl.
Vlootrevue van 400 Engelsche oor
logsbodems de grootste die ooit ge
houden werd. Meeting ter verkrij
ging van Staatspensioen. De vrij
spraak van Mevrouw Caillaux. Mili
taire maatregelen, genomen door de
Fransche regeering, naar aanleiding
van het Europeesch oorlogsgevaar.
Een viertal mooie kiekjes uit Servië.
Uit Nederl.-ludië Copramarkt
te Kendangan. Militaire maatrege
len 'oij de brug aan den Moerdijk,
met twee foto's.
Het Kindernummer »Ons Prinsesje.i
De geabonneerde
wonende
wenscht zich te abonneeren op het
weekblad „PAK ME MEE", tegen den
prijs van 3'/i cents thuis bezorgd.
Publicatie.
Naar mij wordt medegedeeld, dreigt
de werkeloosheid hier ter stede in
omvang toe te nemen, enkel als gevolg
biervan, dat de werkgevers de be
schikking missen over voldoende geld
middelen.
Tevens verneem ik, dat de burgers
en onder hen vooral de gegoeden
weinig geneigd zijn hunne rekeningen
te voldoen, niet tegenstaande de mid
delen daarvoor aanwezig zijn.
Met ernst breng ik onder de aan
dacht, dat door deze handelingen de
toestand slechts kan verergeren en
bij voortduring aanleiding moet geven
tot ingrijpen.
Daarom noodig ik met aandrang
uit, om aan verzoeken tot betaling
zooveel mogelijk te voldoen, om daar
door mede te werken, dat de werk
gevers de loonen kunnen blijven be
talen.
Amersfoort, 5 Augustus 1914.
De Burgemeester,
VAN RANDWIJCK.
De Directeuren der melkinrichtingen
ën zuivelfabrieken
AMERSFORTIA te Amersfoort,
DE KLEINE POL te Bunschoten,
COöP. HOOGLAND te Hoogland,
hebben besloten de volgende MAXI-
MUM-prijzen voor hunne volgende
onvervalscbte zuivelproducten vast te
stellen
Rauwe melk f0.09
Gepasteuriseerde melk fO.10
Karnemelk f 0.04
Boterfl.50
Deze producten kunnen
boeveelheid en voldoende,
eischen van zuiverheid en voedings
waarde door den keuringsdienst hieraan
gesteld, tegen bovenstaande maximum
prijzen iD de geheele gemeente Amers
foort worden geleverd.
Liter.
K.G.
in elke
aan de
Neutraliteitsverklaring.
Een buitengewone nNederl. Staats-
Ct.« bevat de neutraliteitsverklaring
van Nederland in den tusschen de,
met Nederland bevriende mogend
heden, Groot-Brittannië en Duitscb-
land en België en Duitschland uit
gebroken oorlog, overigens bevattende
dezelfde bepalingen als in den Ooslen-
rijkschServischen oorlog.
Stellingen In Staat van Oorlog.
Een Koninklijk Besluit in de »Staats-
Courant <r opgenomen luidt als volgt:
Overwegende dat het noodzakelijk
is, buitengewone maatregelen te nemen
ter voorbereiding van de verdediging
des lands;
Hebben goedgevonden en verstaan
te bepalen, dat met ingang van den
5den Augustus 1914 wordt in staat
van oorlog verklaard:
lo. het gebied, behoorende tot:
de Stelling van den Helder,
de Stelling van de Monden der
Maas en van het Haringvliet,
de Nieuwe Hollandsche Waterlinie;
2o. bet grondgebied der gemeenten
Westervoort en Duiven, rondom bet
verdedigingswerk bij Westervoort,
als voren der gemeenten PaDoerden,
Bemmel en Millingen, rondom het
fort op den Hoofddam, bij Pannerden,
als voren der gemeenten Neuzen,
Hoek en Zaamslag, rondom de kust-
batterij bij Neuzen,
als voren der gemeente Ellewoutsdijk,
rondom bet fort te Ellewoutsdijk.
Voor wie zich naar aanleiding van
dit Koninkl. besluit ongerust maken
zij mede gedeeld, dat de in staat-van-
oorlogverklaring over eenige stellingen
slechts een voorzorgsmaatregel is en
heelemaal niet beteekent, dat Neder
land in oorlog zou zijn.
Het wil zeggen, dat in die gedeelten,
waarvoor de staat van oorlog is afge
kondigd, bet militaire gezag de baas is.
Het militair gezag is voor die streken
bevoegd alle voorzorgsmaatregelen te
nemen, die bet noodig oordeelt om
ze in staat van verdediging te brengen,
als inundeereD, omkappen van bout,
enz.
Vergoeding.
B|j Koninkl. Besluit is bepaald:
Aan alle officieren en onderofile-
eieren die op of na den dag, waarop
de landmacht op voet van oorlog
wordt gebracht (eersten mobilisatie
dag) behooren tot of dienst doen bij
bet algemeen hoofdkwartier en het
hoofdkwartier, de staven en de korpsen
van het veldleger alsmede de bezet
tingstroepen wordt een bijslag voor
eens op het traktement, c.q. de jaar
wedde toegekend bedragende: voor
de officieren en de adjudant-onder
officieren of daarmede gelijkgestelden
f50 en voor de overige onderofficie
ren f 15.
De legerautoriteiten, aan wie een
vaste som als vergoeding voor bureel-
behoeften is toegekend, en die, in
verband met de maatregelen tot hand
having van de neutraliteit verplicht
zijn, buitengewone uitgaven te doen
voor bureelbehoeften, kunnen de meer
dere kosten boven bet hun deswege
toegekend bedrag aan bet Rijk in
rekening brengen.
De legerautoriteiten, wier dienst
betrekking eerst wordt vervuld op
of na den dag, waarop de landmacht
op voet van oorlog wordt gebracht
(eersten mobilisatiedag) en voor wie
geen vergoeding voor bureelbehoeften
is vastgesteld, kunnen hun uitgaven
te dier zake aan het Rijk in rekening
brengen.
Aan alle militairen, die op of na
den dag, waarop de landmacht op
voet van oorlog wordt gebracht
(eersten mobilisatiedag) in hun vaste
standplaatsen moeten verblijven, wordt
boven bun bezoldiging een door onzen
Minister van Ooorlog te bepalen toe
lage per dag toegekend, en wel hoog
stens tot de bedragen, welke ingevolge
het sedert gewijzigde Kon. Besluit
van 5 Januari 1884 ais vergoeding
bij verblijf buiten de vaste standplaats
kunnen worden genoten.
De Minister van Oorlog beeft aan
de hieronder genoemde militairen de
daarbij vermelde toelage per dag
toegekend
Opperofficiercn f8, hoofdofficieren f4,
subalterne officieren f3, onderofficie
ren met den rang boven dien van
sergeant-majoor (opperwachtmeester)
fl.50, overige officieren a. wanneer
de voeding van Rijkswege wordt ver
strekt, inkwartier met voeding inbe
grepen f0.25: b. wanneer dit niet
mogelijk is f 1korporaals en min
derena. als a. hierboven f0.10; b.
als b. hierboven f0.60.
Vrijwilligers van 17 tot 50 jaar.
Bij Koninklijk Besluit is bepaald:
lo. tot een vrijwillige verbintenis
voor onbepaalden tijd, doch tenminste
zoolang de militie buitengewoon onder
de wapenen wordt gehouden, kunnen
worden toegelaten mannelijke Neder
landers van 17 tot 50-jarigen leeftijd,
die overigens aan de vastgesteldeeischen
voldoen
2o. aan hen die, in voege voorschre
ven voor onbepaalden tijd zijn aange
nomen, wordt als premie bij vooruit
betaling toegekend het bedrag waarop
zij recht zouden hebben indien zij
zicb voor twee jaren verbonden hadden
3o. zij, die bij het korps mariniers,
bij het leger bier te lande of bij dat
in de overzeesche bezittingen en ko
loniën in den rang van korporaal of
van onderofficier hebben gediend en
deu dienst op eervolle wijze hebben
verlaten, kunnen ook al zijn sedert
bun ontslag meer dan zes maanden
verloopen, mits zij overigens aan de
eischen voldoen, tot een verbintenis
worden toegelaten.
Gehuwdea worden tijdens den duur
door E. Bennett
44) uit het Engelsch.)
«Goddank dat hij ten minste niet dood isl" zei Aribert.
«Hij zou erger dan dood kunnen wezen," antwoordde
Racksole, met harde, sombere stem.
«Erger dan. Wat bedoelt u?"
«Ik bedoel dat hij krankzinnig zou kunnen zijn."
«Vooruit," riep Aribert op eens, bijna met luider stem. En
de lantaarn Racksole uit de hand rukkende, snelde hij de
donkere kamer in, waar zij juffrouw Spencer en haar bezoek
ster hadden hooren praten. Een oogenblik lang bleef Racksole
onbewegelijk staan. «Vooruit," herbaalde Prins Aribert en
dezen keer klonk er iets gebiedends in dien uitroep: «Waar
is u bang voor?"
«Ik weet 't niet," zei Racksole, die door een zonderling,
onverklaarbaar gevoel van weerzin werd teruggehouden, «ik
weet 't niet." Toen liep bij achter Prins Aribert aan de kamer
in. Op den schoorsteen stonden een paar kandelaars die uit
geblazen waren en op gedachtelooze, werktuigelijke manier
stak Racksole ze aan en beide mannen keken in de kamer
rond. Er viel niets bijzonders aan te zien, 't was een heel
gewone kamer, vrij klein, vrij armoedig ingericht, met een
leelijk behangsel en eenige leelijke platen in leelijke lijsten.
Over een der Btoelen hing een beeren-overjas. De deur was
dicht. Prins Aribert draaide den knop om, maar hij kon de
deur niet open krijgen.
«Ze is van buiten gesloten," zei bij. «Blijkbaar hebben ze
gemerkt dat we bier zijn."
«Onzin," zei Racksole kortaf, «hoe zouden ze dat gemerkt
hebben En den knop grijpende, schudde hij de deur heftig
en ze ging open. «Ik wist wel dat die niet gesloten kon zijn,"
zei hij en dit luttele succes omtrent bet openen van de deur
scheen den man zijn zelfvertrouwen te hebben hergeven,
't Was een eigenaardig verschijnsel, dat twee moedige, vol
wassen mannen zoozeer door een gevoel van ontzetting waren
aangegrepen, alleen bij 't zien van een hulpeloos wezen dat
in een kelder gevangen zat. Langzamerhand herkregen beiden
hun kalmte. In het volgende oogenblik bevonden ze zich in
de gang, die naar de voordeur van het huis leidde. De voor
deur stond open. Ze keken de straat in, naar rechts en links,
maar er was geen sterveling te zien. De heele straat, die
slechts door drie gaslantaarns werd verlicht, leverde een
somberen, geheimzinnigen aanblik op.
«Ze is weg, dat is duidelijk," zei Racksole, op de dame
met den rooden hoed doelende.
«En juffrouw Spencer met haar, zou u denken?" vroeg
Aribert.
«Neen. Die zal wel blijven. Ze zou het huis hier niet alleen
durven laten. Laten we de keldertrap eens zien te vinden."
Die keldertrap was gelukkig niet moeielijk te ontdekken,
want toen Prins Aribert een stap achteruit deed, scheelde
't heel weinig of bij zou de bedoelde trap zijn afgetuimeld,
't Licht van de lantaarn toonde aan dat 't een wenteltrap
was. Zonder verder iets te zeggen nam Racksole de lantaarn
weer in zijn bezit en ging het eerst naar beneden; de Prins
volgde vlak achter hem. Onder aan de trap was een klein,
steenen portaal en op dat portaal zat een vrouw ineengehurkt,
die, toen de mannen naderbij kwamen, juffrouw Spencer bleek
te wezen. Ze staarde de twee bezoekers aan met een tegelijk
angstige en dreigende uitdrukking in haar blik en haar eene
hand omklemde een voorwerp, dat bij het eerste gezicht op
een dolk geleek, maar dat niets romantischer bleek te zijn
dan een vrij lang broodmes.
«Ik hoorde jelui, ik hoorde jelui," riep ze. «Ga terug, jelui
moogt hier niet komen." En bij 't uitspreken van die woorden
werd ze door een heftige siddering aangegrepen.
«Kijk eens hier, juffrouw Spencer," zei Racksole kalm, «ik
zou zeggen dat we van die grappen nu genoeg hebben gehad,
't Zou beter zijn als u nu maar dadelijk opstond en heenging,
anders zullen we genoodzaakt zijn u weg te brengen."
Hij trad bedaard op haar toe, met de lantaarn in de hand.
Zonder een woord te zeggen stak ze hem 't mes in den arm
en de lantaarn viel op den grond en ging uit. Racksole uitte
een kreet, meer van ergernis en verbazing dan van pijn en
hij trad een paar schreden terug.
«Ik zei u al dat ge niet hier moest komen," zei de vrouw.
«Ga terug."
Ondanks het tragische van den toestand begon Racksole
onwillekeurig even hardop te lachen. Het denkbeeld dat deze
vrouw, die bureauliste, de maatregelen van hem en van Prins
Aribert wilde tegenhouden door middel van een broodmes,
werkte op zijn gevoel voor humor. Hij streek een lucifer af,
stak de lantaarn weer aan en richtte op nieuw zijn blik op
juffrouw Spencer.