NIEUWE
Nieuws- en Advertentieblad jjf
voor de Provincie Utrecht. Mg|
FEUILLETON.
PRINSES THEUDESINDE.
No. 5.9.
Zaterdag 24 Juli 1915.
44e jaargang.
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG.
RAADSSTUK.
9)
Amersfoortsche Courant.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15;
Franco per post door het geheele Rijk 1.25.
Afzonderlijke Nnmmers 3 Cent.
Ingezonden stnkken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER
Bureau: Langestraat 77. Telephoonn. 69.
ADVER1 ENTIËN:
Van 16 regels 0.50; iedere reg9l meer 71/, Cent.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Winkelsluiting.
Bij Uwe besluiten van 28 Maart
1913, 22 April 1913 en 27 Mei 1913,
werden in onze banden gesteld om
advies een drietal adressen van den
Ned. R. K. Bond van Handels-, Kan
toor- en Winkelbedienden van het
plaatselijk comité voor vervroegde
winkelsluiting en van de R. K. Mid-
denstandsvereeniging «De Hanze», af-
deeling Amersfoort en de vereeniging
»Handel en Nijverheid», houdende
verzoek maatregelen te willen nemen,
strekkende ter bevordering der Zon
dagsrust en de vervroegde winkel
sluiting.
Naar aanleiding van het tweede
adres, dat de gedwongen winkelslui
ting van 's avonds 9 uur tot 's mor
gens 7 uur bepleitte, hebben wij ons
gewend tot de Kamer van Koophan
del en Fabrieken, het bestuur der
vereeniging Handel en Nijverheid en
de R. K. Middenstandsvereeniging
»De Hanze» met verzoek hieromtrent
advies te willen uitbrengen. De Kamer
van Koophandel en Fabrieken be
richtte, dat zij, hoewel voorstandster
van vervroegde sluiting, zich niet kon
vereenigen met een daartoe dwingende
verordening, maar dat naar haar oor
deel bet particulier initiatief lot een
vrijwillige regeling door de winkeliers
moest leiden.
De beide genoemde vereenigingen
adviseeren tot vaststelling eener ver
ordening, die de 9 uur sluiting voor
schrijft, maar achtten het niet raad
zaam de opening op 7 uur te bepalen,
en wenschten deze eenige uren vroe
ger of wel op dit punt volkomen
vrijheid.
Ten einde een beeld te krijgen van
de gedachten der belanghebbenden
zelf is door ons in October 1914 een
enquête gehouden onderdo winkeliers
en het winkelpersoneel inzake de
wenschelijkheid voor vaststelliog eenei
verordening op de winkelsluiting welke
het volgende resultaat opleverde:
Op de 325 aan de winkeliers
verzonden vragenlijsten kwamen in
247 antwoorden, te verdeelen over
42 rubrieken (zie onderstaande staat).
Hiervan luidden er 172 of 70%
vóór gedwongen winkelsluiting, 69 er
tegen en 6 blanco.
M
a
O
O
el
O
O
P
O
p
EH
5
Slagers
11
6
5
Kruideniers
45
32
13
Brood- en banketbakkers
2S
13
15
Boter, kaas en eieren
5
3
1
1
Melkwinkeh
2
1
1
Comestibels
2
2
Kruit en visch
6
3
3
Groentewinkels
3
3
Koloniale waren
3
3
Grossierder ij
2
1
1
Wijnzaken
1
1
Confectie en kleermakers
5
S
Manufacturen
16
11
5
Schoenwinkels
11
9
1
1
Modeartikelen
8
7
1
Pettenwinkels
1
1
Klompenmakers
2
1
1
Garen en band
2
2
Militaire artikelen.
3
3
Sigarenwinkels
16
9
6
1
Huishoudelijke artikelen
11
8
3
Brandstoffen
1
1
Meubelen en behangerij.
9
5
2
2
Ijzerhandel
5
4
1
Verlichtingsartikelen
1
1
Verfwaren
2
2
Drogisterij
3
2
1
Verbandartikclen
1
1
Kappers en barbiers
7
7
Parapluwinkels
2
1
1
Naaimachines
3
2
1
Lederwaren
2
2
Photografieartikelen
1
1
Boek- en kunsthandel
5
4
Muziekinstrumenten
1
1
Horlogemakers
3
2
1
Electriciens
1
1
Goudsmeden
4
3
1
Handwerkwinkels
2
2
Luxe artik. galanteriën
4
3
1
itijwielzaken
5
5
Water- en vuur winkels
2
1
1
247 172 69 6
Door de voorstemmers voor
zooverre zij hunne meening motiveer
den werden de bekende argumen
ten aangewend, dat de winkeliers die
den gebeelen dag door hunne zaak in
beslag worden genomen, des avonds
recht hebben op eenigen vrijen tijd,
om zich aan den familiekring te wijden
en aan 't maatschappelijk leven te
kunnen deelnemendat hun bij den
bestaanden toestand daartoe de ge
legenheid ontbreekt en de winkelstand
dus lijdt onder een druk op het ge
zinsleven en in eene ongunstige po
sitie verkeert door de onmogelijkheid
zich voldoende aaneen te sluiten tot
krachtige behartiging der onderlinge'
belangen; dat dus daar een vrijwillige'
9 uur-sluiting steeds blijkt af te stuiten
op onwil van enkelen verordenings-
dwang noodzakelijk is.
Slechts een gering aantal voorstan
ders van vioege sluiting veiklaarden
zich tegen dwang en wenschten tot
een vast sluitingsuur alleen te komen
door vrije samenwerking.
De tegenstemmers komen op voor
vrijheid om hunne zaken naar eigen
inzichten te behartigen, zij wenschen
zich geen enkele kans op verdienste
ontnomen te zien.
Een meerderheid tegen de ver
ordening wordt hoofdzakelijk aange
troffen bij de brood- en banketbakkers.
Dezen voorzien belangrijke schade door
sluiting te zullen lijden omdat juist
de avondverkoop in bunne winkels
aanzienlijk is, en niet van dien aard
dat bij gemis daarvan een drukkere
verkoop overdag daar tegen op zou
wegen.
Terwijl in het algemeen ook vooral
op nadeel voor de sigarenwinkels werd
gewezen, blijken de houders daarvan
voor bet meerendeel de verordening
te wenschen.
De bezwaren der tegenstanders
onder ben komen vooral neer op de
vrees voor concurrentie van koffie
huizen en zouden dus ondervangen
kunnen worden door in eene even-
tueele verordening te verbieden den
verkoop van sigaren in koffiehuizen
gedurende den sluitingstijd der winkels.
Een dergelijke bepaling uit te breiden
tot alle artikelen die verkocht worden
in de onder de sluitingsdwang vallende
winkels zou ovei weging verdienen.
Wel werd in enkele beantwoordin
gen uitdrukkelijk de wenscb geuit, dat
ook café's aan de sluiting onderwor
pen zullen zijn, maar deze vallen naar
hun aard niet onder een verordening,
die een regeling geeft voor winkels.
Met een bepaling als bovenbedoeld
zou dan ook volstaan kunnen worden
om de door vele winkeliers gevreesde
benadeeling van de zijde der koffiehui
zen op te heffen.
Als de meest geschikte tijd voor
opening en sluiting werd veelal ge
noemd 7 tot 9 uur.
Met het oog echter op sommige
winkels waarvoor een vroeger ope
ningsuur wenschelijk is, zooals die in
arbeidswijken eri water- en vuurwin-
kels, zal bet wellicht doelmatiger zijo
voor het openen gebeele vrijheid te
laten daar toch het groote motief voor
gedwongen sluitingen,de concurrentie-
vrees, hiervoor niet geldt.
Uitzonderingsbepalingen werden
vooral wenschelijk geacht voor siga
renwinkels, bakkers en banketbakkers
of in bet algemeen consumptiewinkels,
apothekers en winkels van verband
middelen en door enkelen ook voor
slagers, visch en fruitwinkels.
Wat betreft slagers en kruideniers
zou de uitzondering eerder strekken
ten gerieve van bet publiek dan wel
om juist deze winkels te beschermen
tegen de nadeelen van de vroege slui
ting. Over bet geheel brengt deze voor
het publiek, vooral zoolang bet aan
de regeling nog niet gewend is, wel
ongerief mede, maar dit kan alleen
grond opleveren voor uitzondering ten
aanzien van die winkels, die tengevolge
daarvan zelf scbade zouden lijden,
hetgeen bij slagers en kruideniers
hoogstwaarschijnlijk niet bet geval zal
wezen, aangezien de consumptie van
bet publiek vermoedelijk gelijk blijft.
Voor viscb- en fruitwinkelsen brood-
en banketbakkers zou echter vrijstelling
te overwegen zijn.
Ook op apotheken dient een ver
ordening op de winkelsluiting, terwille
van het algemeen belang niet van
toepassing te zijn.
Verder werd vrij algemeen blijk ge
geven van bet vèi langen naar eene
afzonderlijke bepaling voor de dagen,
waarop een bijzonder druk winkel
bezoek pleegt plaats te hebben, n.l. de
Zaterdagen en de dagen voorafgaande
aan Christelijke feestdagen, alsmede
één a twee weken voor St. Nicolaas.
Hiervoor werd gevraagd een later uur te
bepalen of vrijheid te laten.
De stemming van het winkelpersoneel
is gebleken uit 59 antwoorden, inge
komen op pl.m. 90 ter invulling uit
gezonden lijsten er zijn slechts 5, die
gedwongen sluiting niet wenschen wel
zouden deze de arbeidsduur bij ver
ordening geregeld willen zien. De ar
beidstijden zijn grootendeels riog over
matig lang.
Een nauwkeurig onderzoek leverde
het onderzoek hieromtrent niet op,
daar op een aantal staten de des-
betredende vragen niet beantwoord
werden, maar als vaststaande kan wor
den aangenomen, dat door de groote
meerderheid langer dan 10 uur per dag
gewerkt wordt terwijl velen hun werk
toch in kortoren tijd zouden kunnen
afdoen.
Zelfs de tegenstanders van sluitings
dwang ouder de winkeliers bleken vaak
in te zien, dat de toestand der be
dienden in ieder geval verbetering be
hoeft, maar achtten daartoe een bij
verordening vast te stellen maximum
arbeidsduur voor het personeel vol
doende.
Indien tot eene verordening ter rege
ling der winkelsluiting besloten wordt,
zal deze, wil zij inderdaad ook bet
personeel beschermen, moeten inhou
den het verbod, na sluiting bedienden
aan het werk te houden.
Ofschoon ons college de meening is
toegedaan, dat getracht moet worden
de winkelsluiting bij verordening te
regelen, hebben wij toch gemeend nog
Historisch romantisch verhaal.
Gelukkig voor hem, anders zou hij waarlijk niet vroolijk ge
stemd zijn. Ik ben nieuwsgierig hoe hij zich houden zal als hij
u ontmoet, prinses."
„Zou hij dan toch werkelijk komen?"
„O, ja, ik verwacht hem binnen een paar dagen."
Theudesinde schrikto.
„Gij hebt hem toch niet over mij geschreven?"
„Ik had in last hem onze ontvangst alhier in bijzonderheden
te melden. Ik moest hem schrijven hoe uw vader en uw broeder
ons behandelden. Natuurlij k kon ik hun niets dan lof toezwaaien. Hun
gastvrijheid en vriendelijkheid waren niet genoeg te prijzen."
„En sprak u in uw schrijven ook over mij?" vroeg Theude
sinde met fonkelende oogen.
„Ook over u," zei Dodo zacht. „En als ik Grimoald goed ken,
dan zou zich wel eens een geschiedenis kunnen herhalen, die
hier aan de monden van den Rijn moet voorgevallen zijn. Toen
betrof het een prins, thans zou het een prinses gelden. Kent u
de geschiedenis van prins Rhadigis en de prinses van Oost-
Anglia. Ik ken haar omdat een onzer koningen er bij betrokken
was. Zij is nog niet zoo heel lang geleden gebeurd. Mag ik u
haar vertellen?"
„Doe dat," zei Theudesinde, onwillekeurig den blik wendende
naar de bank, die een eindje achter hen stond. „Laten wij zoolang
op die bank gaan zitten."
„Als u het veroorlooft, heel gaarne," zei Dodo. De prinses stapte
naar de bank en nam plaats. Zij gaf Dodo een wenk en deze
zette zich op een bescheiden afstand van haar neder.
„Er was" zoo begon Dodo „in het land der Warners aan den
mond van den Rijn een jonge prins Rhadigis geheeten. Toen deze
prins nog een kind was, had hij als speelkameraadje een prinses
der Angelen, die hem op zijn zwerftochten in de bosschcn verge
zelde. De beide kinderen hielden veel van elkander en beloofden
elkaar, zooals dat meer gebeurt, dat zij, als zij groot waren, samen
zouden huwen.
Toen de prinses echter twaalf jaar was, stak haar vader met
zijn stam naar Brittanje over, zooals in dien tijd vele Warners
en Friezen naar Brittanje trokken. Haar vader stichtte daar een
eigen koninkrijk, Oost-Anglia. Een jaar of acht later vroeg
Theudebert, koning der Franken, of prins Rhadigis zijn zuster
wilde huwen. De koning had er belang bij aan den mond van
den Rijn een vorst te hebben, die met hem vermaagschapt was.
Rhadigis beloofde de Frankische prinses te zullen huwen. Intus-
schen herinnerde zich de prinses van Oost-Anglia dat in
het land der Warners de speelkameraad barer jeugd wellicht
verlangend naar het inlossen van haar woord uitzag. Zij zond
een boodschapper naar den mond van den Rijn, maar hoe ver
baasd en verontwaardigd was zij, toen zij vernam dat Rhadigis
haar niet meer als vrouw begeerde, daar hij zich verloofd had
met een Frankische prinses.
In toorn ontstoken, zond zij een groot aantal krijgers op een
menigte schepen naar den Rijnmond met bevel Rhadigis op te
zoeken en hem voor haar te brengen.
De krijgers kwamen in het land der Warners, verwoestten alle
plaatsen maar konden den prins niet vinden, die in de bosschcn
de wijk had genomen. Toen zij bij do prinses terugkwamen, werd
zij zeer toornig en beval hen weder naar den Rijn te gaan en
niet terug te keeren zonder den prins. Weer gingen de krijgers
heen en bevreesd voor den toorn der prinses, liepen zij het land
der Warners af en namen eindelijk Rhadigis gevangen. Hij
werd in het schip gesleept en in Brittanje aan land gezet. Op
het strand had de prinses een kamp opgeslagen. Rhadigis zou
voor haar gebracht worden. Daar zat zij in haar prachtige
tent. Een gouden haarband sierde haar lokken. Ringen blonken