NIEUWE Nieuws- en Advertentieblad voor do Provincie Utrecht. No. 39. Zaterdag 13 Mei 1916. 45e jaargang VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. RAADSSTUKKEN. BINNENLAND. FEUILLETON. ourant ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden met Zondagsblad 1.15; Franco per post door het geheele .Rijk 1.25. Afzonderlijke Nummers 3 Cent. Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag. Uitgever G. J. SLOTHOUWER Bureau: Langestraat 37. Telephoonn. 69. ADVERT ENTIËN: Van 16 regels 0.50; iedere regel meer 7'/j Cent. Groote letters en vignetten naar plaatsruimte. Personeel. Nu het geheele gebouw der voor malige Ambachtsschool, aan Davidshof, in gebruik is genomen, dienen maat regelen te worden getroffen voor de bewaking en het schoonhoud m daar van, alsmede om te voorzien in de behoefte aan een portier. In het gebouw zijn thans gevestigd de afdeeling Publieke Werken, de technische en financieele administratie daarvan, de afdeeling Bouw- en Wo ningtoezicht, de Arbeidsbeurs en de Brandweer, terwijl ook ons voornemen is, een voorstel te doen om daarin ook het Burgerlijk Armbestuur te huis vesten. Het komt ons, althans voorloopig, voldoende voor, indien éen concierge- portier wordt aangesteld. Aan hem zal de zorg kunnen worden opgedragen voor het geregeld schoon houden van de lokalen, het aanmaken der kachels, enz., terwijl hij tevens ten behoeve van de bovenlokalen, waar de afdeeling Publieke Werken is ge vestigd, als portier dienst kan doen. Ook zal hij kunnen worden belast met de bodediensten voor de in het gebouw gevestigde afdeelingen, welke diensten kunnen worden veriicbi als bet personeel het gebouw zal hebben verlaten. Het komt ons wenschelijk voor, dat aan dezen titularis de woning aao de Hellestraat als dienstwoning wordt aangewezen. Van zijn tegenwoordig heid kan dan tevens voordeel worden getrokken ten behoeve van de Brand weer, door hem te belasten met het openen der deuren, zoodra brand is gealarmeerd. Een belooning van f 800 per jaar, onder aftrek van f 150 voor het genot van vrije woning, komt ons voldoende voor. Het is de bedoeling, dat voor het schoonhouden van de lokalen de hulp I wordt verleend van éen of meer werk vrouwen. Voor de benedenlokalen komt ons de aanstelling van een portier niet gewerischt voor. De hem op te dragen werkzaamheden zouden niet den ge- heelen merisch eischen de beschikbare tijd zou zeer nuttig kunnen worden besteed aan schrijf- of teekenwerk. Daarom lijktons wenschelijk aanstelling van een ambtenaar, die, indien als zijn kantoor wordt aangewezen een der kleine lokalen, toezicht kan houden op het in- en uitgaande publiek. Een belooning van f600 komt ons voor zoodanigen titularis voldoende voor. Wij hebben derhalve de eer U voor te stellen, ons te machtigen, ten be hoeve van het dienstgebouwaanDavids hof aan te stellen een concierge-por- tier, op een wedde van f 800, onder aftrek van f 150 voor vrije woning, en als dienstwoning aan te wijzen het perceel gelegen aan de Heliestraat, bij het dienstgebouw behoorende, en tot aanstellen van een ambtenaar op een salaris van f600 ten behoeve van de in de benedenlokalen gevestigde diensten. Electriciteit-voorziening. Zooals U bekend is, werd bet contract met de H. E. M. betreffende stroom- levering gesloten voor den tijd van ruim drie jaren, eindigende op 31 December 1918, terwijl het geacht wordt telkens stilzwijgend voor éen jaar te zijn verlengd indien niet éen der partijen aan de wederpartij ten minste twee jaren te voren schrifte lijk opzegging heeft gedaan. Vóór 1 Januari 1917 zal dus een beslissing moeten worden genomen aangaande de vraag of de Gemeente het contract wenscht te verlengen, of na 31 December 1918 op andere wijze voor de voorziening van electri- schen stroom zal zorgen. Toen tot bet afnemen van stroom van de H. E. M. werd besloten, stond deze gedachte voorop, dat de moge lijkheid moest open blijven om des- gewenscht later een andere definitieve oplossing van het electriciteitsvraag- stuk te geven. Vandaar, dat het contract werd aangegaan op korten termijn. De heer Suringar, technisch advi seur der Gemeente, kwam in zijn destijds uitgebracht rapport tot de conclusie, dat een rendeerend electrisch bedrijf voor Amersfoort mogelijk zou zijn, zoowel voor het geval, dat de stroom in eigen beheer werd opge wekt, als bij stroomaankoop vao een naburige centrale. Ondanks het voor deel aan stroomopwekking in eigen beheer verbonden, dat de Gemeente dan het bedrijf in zijn geheel be- heerscht, dus grootere vrijheid van handelen bezit, dan als zij slechts de distribuite van den stroom in banden heeft, werd in 1914 de voorkeur ge geven aan het koopen van stroom omdat onder de toenmalige omstandig heden alleen op die wijze de electrici- teitsvoorziening met den gewenschten spoed tot stand zou kunnen komen, Thans echter moet worden gezorgd, zekerheid te verkrijgen, dat ook na 1918 de Gemeente stroom tot hare beschikking zal hebben. Zekerheid, dat de tegenwoordige regeling kan worden bestendigd, be staat niet, aangezien nog gedurende het geheele jaar 1916 de overeen komst met de H. E. M. kan wor den opgezegd. Het komt ons niet geraden voor, op een voortzetting te rekenen, te minder als men denkt aan de bij deProvincieütrechtaanbangige plannen om de electriciteitverzorging aan zich te trekken en aan de mogelijk heid, dat de Provincie NoordHolland de H. E. M. overneemt Aan den anderen kant kan de Ge meente er thans ook niet toe overgaan, te besluiten zich aan het op te richten Provinciaal bedrijf te verbinden. Bij de Proviucie is deze zaak nog niet ver genoeg gevorderd om voldoende waar borgen te vinden voor een regeling, waarbij de belangen der Gemeente geen gevaar zullen loopen. Onder deze omstandigheden schijnt ons aangewezen den weg te banen voor die oplossing, welke mogelijk de eenige goede zal zijn, namelijk het stichten van een eigen centrale. De toestand van het bedrijf is van dien aard, dat daartoe zal kunnen worden overgegaan. Wel is te ver wachten zooals in het eerder ge noemd rapport werd aangeduiddat de oprichting van een centrale ge durende de eerste jaren eenig verlies zal medebrengen, maar dit wordt in betrekkelijk korten tijd weder goed gemaakt, en wel te eerder omdat het bedrijf bij de in werking stelling der centrale reeds door den moeilijksten tijd heen zal zijn. In hoeverre de huidigetoestandenop industrieel gebied hierop van invloed zullen zijn, zal uit het nader in te winnen rapport moe ten blijken. Uit het bovenstaande blijkt, dat nu reeds een aanvang moet worden ge maakt met de voorbereiding der plannen, opdat de Gemeente ook voor bedoelde oplossing gereed zij Wij hebben daarom de eer U voor te stellen, ons tot het nemen van de vereischte voorbereidende maatregelen tot de oprichting eener Gemeentelijke centrale voor het electriciteitsbedrijf een crediet van f5000 te verleenen. Een ontwerp besluit tot aanvulling van de Begrooting gaat hierbij. Als maatregel van bezuiniging hoeft H. M. de Koningin besloteu lot opheffing van de bloemisterij in het binnenpark bij het Koninklijk Paleis Het Loo. De vele mooie en zeldzame gewassen, dij in de kassen aanwezig waren, worden van de hand gedaan eü zijn voor een deel reeds verkocht. De bedoeling is, de bloemisterij om te zetten in een tuinderij. Inplaats van bloemen en sierplanten zullen er vooitaan tuinbouwgewassen worden geteeld. Er is reeds een begin gemaakt met de uitvoering van dit plan. Een der kassen, voor de komkommerteelt bestemd, is reeds voor dit doel in gebruik genomen. De hooge kas zal worden aangewend voor de druiven- teelt. Het is nog niet bekend, of de tuin derij in het Koninklijk Park, behalve voor het dagelijksch gebruik der Hof houding, ook produceeren zal voor publieken afzet Naar alle'waarschijn- iijkbeid zal dit laatste wel het geval zijn. Voor den opkomenden Apeldoorn- schen tuinbouw is dit niet zonder belang. In Apeldoorn, dat tot dusver nog maar weinig tuinbouw had, hoe wel er beoosten het Apeldoornsche Kanaal voor dit bedrijf uitstekend geschikte grond ligt, begint in den laatsten tijd ook deze bestaanstak langzaam tot ontwikkeling te komen. Er vestigen zich steeds meer tuinders te Apeldoorn, waaronder ook West- landsche, die hun bedrijf inlichten op dezelfde wijze waarop de Westlandsche tuinderij gedreven wordt. Oostelijk van het Kanaal ziet men dan ook reeds van die hooge kassen, zg. Waren huizen, verrijzen, zooals men deze in het Westland bij menigte aantreit. Oud-Minister Treub over den oorlog. De Neue tZürcher Ztg.rt publiceert een persgesprek tusscben den oud- Minister Treub en een Hongaarschen journalist. Uit den inhoud blijkt, dat Treub de meening is toegedaan, dat het einde van den oorlog veel sneller nadert dan velen verwachten. Men verwacht nog één groot offen sief van de geallieerden en dit op zijn laatst tegen hel midden van den zomer. Een werkeloosheid van de legers van beide partijen, welke tot den herfst zou voortduren, en welke zich weer spiegelt in talrijke kleine gevechten Naar het Duitseh van Estella Schönberg. 26 Vooral liep hun gesprek over twee harer bloed verwanten de een, die al zijn have en goed aan zijne ondergeschikten had vermaakt, en den andere, den grootvader der freule, die de oprichter was ge weest van het weeshuis in hun stad „Ja, mijn waarde Strecker," sprak zij, „juist zoo als mijn edele voorganger zou ik ook willen han delen dat zou een waardig einde der familie Dorsen zijn. Wat dunkt u, als ik mijn vermogen aan het weeshuis naliet?" „Inderdaad, op meer verheven wijze kan de freule haar leven niet eindigen," antwoordde Philip met vereering in de stem„hoeveel zegen zal dat besluit niet op uw graf doen dalen!" „Nu," meende zij een weinig ongeduldig, „een besluit is het nog niet! En het is nog niet noodig, zoo'n haast te maken. Ge wilt me toch niet aan mijn dood herinneren, Strecker!" „Bewareriep Philip uit, spoedig een anderen toon aanslaande. „Wie zou bij uw gezondheid al aan sterven denkenMaar bijna allen uit uw ge slacht hebben langen tijd vóór hun dood een tes tament gemaakt!" Tevreden gesteld, knikte zij hem toe. „Ja, een testamentGe weet, ik heb er al eens een gemaakt, maar dat geldt toch nog niet en wie zal mij be letten, een nieuw te maken?" „Niemand," verzekerde Phihp, „niemand terwereld." „Goed," sprak zij, „schrijf nu eens alles op, wat ik op dit oogenblik denk 't is maar voor proef, weet geHet staat nog altijd in mijn macht, alles te vernietigen." Toen na een uur het ontwerp gereed was, en Philip zich wilde verwijderen, gaf zij hem de opdracht; „Zoo, nu schrijft ge thuis alles in het net over en brengt het mij morgen ter onderteekening dan is de heele zaak afgeloopen." Haar houding, en toon, gaven duidelijk te kennen, dat het testament, aanvankelijk half als gril be gonnen, onder het neerschrijven zelf en aange moedigd door de opmerkingen van Philip, inderdaad was te beschouwen als haar laatste wilsbeschikking. De vele herinneringen, wakker geroepen door het snuffelen in de oude papieren, zoomede de opwin ding door haar laatste daad veroorzaakt, gingen toch niet voorbij zonder invloed te oefenen op het gemoed der oude dame. Dien nacht sliep zij bijna niet en bevond zich in een koortsachtigen toestand. En ofschoon zij met geweld de gedachte aan ziekzijn van zich af zette, was het haar juist niet onaangenaam, toen Herman den volgenden morgen weer eens een visite bij haar maakte. De wijze, waarop hij naar haar gezondheid vroeg, was haar aangenaam en nog nooit was zij hem zoo welwillend gezind geweest als heden.

Historische kranten - Archief Eemland

Nieuwe Amersfoortsche Courant | 1916 | | pagina 1