Plaatselijk Nieuws.
Ingezonden.
BINNENLAND.
RECLAME.
wordt door 2MJÖ0 artsen erkend
als het beste versterkingsmiddel
voor Zenuwen en Lichaam.
Ditzelfde bericht legt er echter tevens
den nadruk op, dat de Entente in
zichzelf verdeold is over de vraag, of
Grieksche interventie nog wel ge-
wenscht is. Het eenige voordeel, dat
de Entente nog zou kunnen plukken
van een Grieksche tusschenkomst, zou
zijn, dat Sarrail de zekerheid zou
hebben, dat zijn leger niet in den
rug zou worden aangevallen en dat
men de zee om Griekenland van de
onderzeeërs der centralen, die er zich
scbuil houden, zou kunnen zuiveren.
Uit moreel oogpunt zou de Entente
aan Griekenland's meedoen geen waarde
hechten; 't eenige wat er nog betee-
kenis aan geven zou, ware, dat Bul
garije een vijand meer kreeg.
De mogelijkheid is intusschen niet
uitgesloten, dat het incident voor het
Fransche gezantschap, waarop uit een
volksmenigte schoten gelost zijn, oor
zaak is van het heengaan van den
minister-president.
De «Neue Freie Presses plaatst een
artikel van den Münchener professor
Heisenberg, die beweert, dat men uit
Griekenland alles kan verwachten. De
Duitsche pers acht zelfs gevangen-
name of verbanning van den koning
niet onmogelijk. Dat de koning echter
zwichten zal en afstand doen of dat
een van zijn broers hem zou willen
opvolgen, acht de professor uitgesloten.
De lieveling van het regiment.
Ieder regiment heeft zijn lievelings
dier, soms een heel gewoon huisdier,
soms hecht de genegenheid der man
nen zich aan oen of ander beest, dat
met de grootste zorgvuldigheid ver
pleegd en vertroeteld wordt en zich
dat laat welgevallen.
Meestal is de lieveling echter een
hond. De «Scotsman» publiceert een
brief van zijn correspondent bij het
Engelsche leger in Frankrijk, die bijna
uitsluitend aan Paddy, den terrier van
het Lancashire-regiment is gewijd.
n Paddy bad, toen ik aan hem voor
gesteld werd, juist zijn aangenomen
baas, kapitein-, die door een
vijandelijken granaat gedood werd
terwijl hij zijn plicht jegens zijn vader
land deed, verloren. De gehechtheid
tusschen den officier en den hond was
wederzijdsch geweest.
In een van de laatste gesprekken,
die hij met een anderen officier had
gehad, zeide hij: «Als er iets met mij
gebeuren mocht, zorg dan voor Paddy
en let er op, dat bij goed verzorgt
wordti. Deze opdracht is getrouw
uitgevoerd, maar toch kan men zien,
dat de hond om zijn gestorven meester
treurt.
Maar toch behoeft men maar
«Boches» of »Ratten« te roepen en
Paddy is weer vol leven, spitst de
ooren en schudt zijn stompje staart,
terwijl de haren op zjjn rug te berge
rijzen en zijn houding woest krijgs
lustig wordt. Iedere vezel van zijn
hondenlichaam trilt van strijdlust want
Paddy is mee geweest in de hevigste
gevechten tegen den Duitschen vijand
en heeft tallooze ratten in de loop
graven gedood.
Paddy is bijna de veteraan van het
regiment. H\j vertrok met de Lancas-
hires, toen zij in midden 1914 naar
Frankrijk overstaken. Hij heeft den
slag bij Mons meegemaakt en den
grooten strijd bij de Marne.
In Yperen is hij volkomen thuis en
hij heeft in het geheele saillant bij
die stad ratten gejaagd.
Zijn eerste baas was bij Yperen
gevallen en de hond liep naast hem
toen hij neerstortte en bleef bij hem
tot de brancardiers hem medenamen.
Bij iederen opmarsch was Paddy de
eerste die uit de loopgraven kwam en
ae soldaten verklaarden, dat zij dikwijls
aangemoedigd waren door zijn woest
vooruitrennen en zijn vroolijk geblaf.
Eens was b(j door de Duitschers
gevangen genomen, toen bij op een
oogenblik, dat zijn hondenverstand wat
beneveld was, per ongeluk naar hunne
loopgraven overstak.
Drie dagen later echter kwam hij
vanzelf weer terug.
H. M de Koningin-Moeder verlaat
in het begin van de volgende week
het Paleis Soestdijk, om naar 's Graven-
hage terug te keeren
Droogmaking der Zuiderzee.
Zaterdag is bij de Tweede Kamer
het wetsontwerp ingediend tot af
sluiting en droogmaking der Zuiderzee
Het is niet onmogelijk, dat bet reeds
hedenavond in druk zal worden rond
gedeeld.
Intusschen verneemt het Haagsche
Correspondentiebureau, dat het wets
ontwerp om vat deuitvoeringderwerken,
waai bij in de eerste plaats tot af
sluiting van de Zuiderzee door een
afsluitdijk, loopende van de Noord-
Hollandsche kust door het Amsteldiep
naar het eiland Wieringen, en van
dit eiland naar de Friesche kust bij
Piaanin de tweede plaats voor de
droogmaking van de afgesloten Zuider
zee, nl. een noordwestelijk en zuid
westelijk, een zuidoostelijk en een
noordoostelijk gedeelte.
Voorts wordt gerekend op de wetten
tot voorziening in do belangen van
waterkeering, afwatering en scheep
vaart, voor zooveel deze door de af
sluiting en droogmaking geschaad
worden.
Voorgesteld wordt maatregelen te
treffen en werken uit te voeren,
waarbij tot voorziening in de be
langen der landsverdediging in ver
band met vorenbedoelde werken. Die
maatregelen en werken voor de land-
verdediging zullen echter bij afzonder
lijke wet worden vastgesteld waarbij
dan tevens zal worden bepaald welke
van de daarvoor noodige uitgaven
zullen gebracht worden ten laste van
een nader bij de wet vast te stellen
fonds, dat zal worden gesticht ten
behoeve van de afsluilings-en droog-
makingswerken.
Omtrent dat fonds wordt nog
medegedeeld dat daarvoor gedurende
de eerste 14 jaren ten laste van de
Staatsbegrootingeenbijdragezal worden
toegekend van f 1 750,000.
Gerekend wordt bij het wetsontwerp
opeen tegemoetkoming aan de Zuider-
zeevisschersbevolking wegens de door
de afsluiting baar te berokkenen schade.
Verder wordt bepaald, dat door de
Kroon een commissie benoemd wordt
(aan welke de leiding der werken
onder de bevelen der betrokken
ministers geheel of gedeeltelijk kan
worden opgedragen), om de Regeering
van advies te dienen omtrent de
voorbereidingen uitvoeringder werken.
Het Correspondentiebureau vernam
nog dat met de uitvoering van den
afsluitings- en droogmakingswerken
niet zal worden begonnen vóórdat
zal zijn tot stand gekomen de af
zonderlijke wet betrekkelijk de maat
regelen der werken in het belang der
landsverdediging, terwijl het jaar,
waarin roet de uitvoering van de
werken voor de droogmaking van een
zuidoostelijk en een noordoostelijk
gedeelte wordt begonnen, nader bij
de wet zal worden bepaald.
De totale kosten van het beperkte
plan, ongerekend de kosten voor de
defensie, worden geraamd op 110
millioen, waarvan voor de afsluiting
66 millioen en voor de droogmaking
44 millioen gerekend wordt, en dat
de uitvoering van bet beperkte plan
zal kunnen geschieden in 15 jaren,
Handelsbl.
Distributiewet.
De Minister van Landbouw heeft,
overeenkomstig art. 1 Distributiewet
1916, aangewezen de volgende artikelen:
Levensmiddelen: Ongebuild tarwe
meel, voor zoover dit dient voor het
bakken van Regeeringsbruinbrood;
Rogge, voor zoover deze dient voor het
bakken van Regeeringsroggebrood
Aardappelen, t. w. Eigenheimers, Gro
ninger Kroonen, Roode Stars en daar
mede door den Minister gelijk te stellen
soortenGroenten, t. w. de volgende
stapelgroenten: roode kool, gele kool,
uien, Friesche peen, Flakkeesche of
Hilloomsche peen, knolrapen, en de
volgende vatgroenten;Pronksnijboonen,
enkele en dubbele sperzieboonen, zuur
kool, andijvie; Peulvruchten, t. w.
bruine boonen en groene Erwten
Rundvet; Spek, t. w. inlandsch en
AmerikaanscbVarkensvleesch; Rijst,
(t. w. Voorloop Rangoon of Bassein);
Gort (gewone soort). Havermout (In-
landsche of Amerikaansche); Margarino
(t. w. normaal-margarine); Boter;
Kaas, t. w. de soorten, genoemd in de
lijst van maximumprijzen voor de maand
September 1916; Eieren; Melk;Suiker;
Zeeviscb.
Brandstoffen: Turf.
Huishoudelijke artikelenZachte
zeep (groene of gele).
Naar aanleiding van deze beschik
king schrijft genoemde minister in een
circulaire tot de burgemeesters:
«Deze artikelen zullen verkrijgbaar
zijn voor gemeentebesturen die vóór
24 dezer aan rag zullen bebben op
gegeven, welke hoeveelheden zij be
hoeven.
Mocht voor uwe gemeente door den
burgemeester in antwoord op mijne
circulaire van 23 Mei 1.1. no. 687, afd.
A.S. opgave zijn verstrekt, dan zal u
kunnen volstaan met naar die opgave
te verwijzen, doch ik stel u hierbij in
de gelegenheid, deze opgave alsnog aan
te vullen of te wijzigen. Deze opgave
of verwijzing gelieve u te richten tot
het Rijks Centraal Administratiekan
toor voor de Distributie van Levens
middelen.
Ik herinner u er aan, dat teD gevolge
van art. 1 tweede lid, van de Distri
butiewet 1916, de gemeentebesturen
thans zorg hebben te dragen, dat van
de goederen genoemd in mijne hier
boven vermelde beschikking, steeds
voldoende hoeveelheden in de gemeen
ten aanwezig en verkrijgbaar zijn, tenzij
de gemeentebesturen tijdig aan mij
beschikbaarstelling hebben gevraagd en
aan deze aanvrage niet of niet geheel is
kunnen worden voldaan. «St. Ct.a
De coöperatieve slagerij zal ei
komen, er zijn althans genoeg deel
nemers. Wanneer deze zich nu maar
haasten het coöperatie register te
teekenen dan kan de zaak voortgang
hebben.
Volgens geruchten zullen de
H. IJ. S. M. en de Centraal Spoorweg-
Maatschappij op 1 Januari 1917 aan
den Staat overgaan.
Dezer dagen zal een proef-
mobilisatie gehouden worden, ten einde
te kunnen nagaan binnen welken lijd
de met klein verlof naar buis gezon
den lichtingen weder bij hun korpsen
kunnen zijn en tevens de door hen
medegenomen uitrustingsstukken te
inspecteeren.
Tot Commissarissen van de
R.K. bouwvereeniging «St. Bonifacius*
zijn gekozen de heeren Th. H. J.
Nieuwendijk en L. Gieling; tot Be
stuurslid, de heer J. Peperzaktot
Secretaris de heer J. A. Jagers.
Gewetensgeld.
De Minister van Finansiën deelt
mede, dat door den ontvanger der
directe belastingen alhier, ten behoeve
van 's Rijks schatkist, van een onbe
kende is ontvangen f60 ter voldoening
van te weinig betaalde Rijks-directe
belastingen.
De Federatie van geheel Onth.
Zangvereenigingenlhield Zondagmiddag
J.L een zangersfeest op het landgoed
Nimmerdor Medewerking werd vei-
leend door de zangkoren «Door Ont
houding Vereenigdï, Amersfoort;
«Abstinentia», Utrecht, «De Blauwe
Vaam, Baarn en «Strijd en Zanga,
Hilversum. Als spreekster trad op Mej.
A. v. d. Vries (Enka), die tot onder
werp had gekozenDrinken en zingen.
Voorafgegaan door de Amersfoortsche
Muziekvereeniging, welke ook op het
terrein eenige nummers uitvoerde,
trokken de deelnemende vereenigingen
in optocht naar het terrein.
Aan het plaatselijk telefoonnet
zijn aangesloten onder No. 438 de
heer T. H. Veenstra, Utrechtscheweg
22, No. 467 de heer E. Roodhuizen,
Prinses Marielaan 18, No. 468 de heer
M. Verrijn Stuart, Oldenbarneveldt-
laan 22.
e
Met ingang van 10 September
zijn bevorderd tot le luitenant de 2e
luitenants V. E. Nierslrasz, M. C. van
Dijk en J. G. M. van de Plassche,
allen van het 16e regiment infanterie,
en de 2e luitenant-kwartiermeester
W. E. van Keeken, van het 5e regi
ment.
Met ingang van 16 September is
bevorderd tot kapitein de le luitenant
W. J. Meijnema, van het 5e regiment
infanterie.
Tot reserve 2e luitenant bij hun
tegenwoordig korps zijn benoemd de
vaandrigs H. P. L. Lobeck, A. M. E.
Papenhagen en H. M. Planten, van
het 5e regiment, en L. Hart, van hel
16e regiment infanterie.
Tot kapitein-paardenarts is bevor
derd de le luitenant-paardenarts H.
W. Klerk de Reus.
Majoor jhr. W. H. J. van de Poll,
van het 2e regiment huzaren, is be
vorderd tot luitenant-kolonelritmees
ter jhr. H. F. van Kinschot, adjudant
van het 3e regiment, tot majoor.
In de vitrine van Slothouwer's
Boek- en Kunsthandel prijken dezer
dagen 3 stadsgezichten van den Am-
sterdamschenkunstschilder H. Baayens.-
Op de jl. Maandag alhier ge
houden kaasmarkt werden aangevoerd
13 wagens met 3825 KG. Prijzen
f 60 a f 64.50 per 50 KG.
Gest. f 66 50 per 50 KG.
Handel vlug.
Voor den inhoud dezer rubriek stelt de
redactie zich niet aansprakelijk.
Van ingezonden stukkengeplaatst of niet
geplaatst, wordt de kopy niet aan den
inzender teruggegeven.
Nederlandsche Vereeniging vnn
Ouders en Gezinshoofden (V.O.E.G.)
Amsterdam, Sept. 1916.
Tot u allen, zonder onderscheid in
stand, godsdienst of gezindte, onver
schillig of u particulieren of ambtena
ren, neringdoenden of werklieden zijt
komt deze oproep om u aan te sluiten
bij onze voor u zoo onmisbare ver
eeniging.
Moeilijk zijn voor u en ons de tijden,
zwaar is onze taak, zoowel waar zij
het gewone leven als de opvoeding
der kinderen betreft. De duurte neemt
toe en tal van gezinnen slaan aan
den rand van een gapenden afgrond.
Straks is er misschien voor honderden
en duizenden gezinnen geen voldoend
levensonderhoud meer en worden dien
tengevolge in elk opzicht gedeprimeerd,
wat groote schade zal doen aan de
toekomst onzer kinderen. Moet dit zoo
blijven, hebben wij ons afgevraagd. En
ons antwoord klonk: Ntenl
Schouder aan schouder wenschen
w(j onze gezinnen moreel en stoffelijk,
als de beste kern van het staats- en
gemeenschapsleven, te vei heffen;
schouder aan schouder strijden voor
de rechten der ouders en de toekomst
onzer kinderen. Dat is onze plicht en
ons rechtl
Vermeerdering van inkomsten naar
verhouding der gezinsgrootte, ver
mindering van den belastingdruk naar
dezelfde verhouding, zoowel wat directe
als indirecte belastingen, schoolgeld en
instellingen van openbaar nut en ver
voer betreft, vormen de eerste eischen
van ons program. En daarbij stellen
wij nog dezen belangrijken eisch, be
langrijk voor de toekomst onzer kin
deren, dat de ouders invloed erlangen
op bet onderwijs, dat bun kinderen
gegeven wordt.
U ziet dus welke belangen iiuui
worden nagestreefd en wij raden alle
Nederlandsche huisvaders of huismoe
ders aan zich aan te sluiten bij onze
vereeniging; u allen te voegen bij de
V.O.E.G., die uwe belangen in elk
opzicht wenscht te behartigen. De
contributie is geen bezwaar en be
draagt voor de gewone leden slechts
f2.per jaar of 50 cent per 3
maanden.
Zij, die bezwaar mochten hebben
tegen dit bedrag, kunnen zich toch
als lid aanmelden en tot een bedrag
van drie kwartalen contributie, naar
oordeel van het bestuur, jaarlijks wor
den vrijgesteld.
Het Bestuur:
Hendr. C. Diferee, voorzitter.
G. II. Meertens, secretaris,
De Clercqslraat 86.
J. P. van Blijenburgh, penningra.
A. Feberwee.
J. H. Musters.
J. H. Peper.
C. Hofhuizen.
W. H. Maassen.
Chr. Kemper Jr.
zoo voorkomend, vriendelijk en liefderijk mogelijk.
Wat waren zij dol op mijn aardig, zoet zwartkopje, mijn
kleine, lieve Magda. En hoe koesterden zij het kindje. Ik had
een gevoel, dat wij hier juist op de rechte plaats waren aan
geland. Immers, wanneer ik verhinderd was me met mijn kind
bezig te houden, dan had ik nu twee goede plaatsvervangers.
En ondanks al het verdriet, dat achter me lag, en de zorgen,
die dreigden, voelde ik me opgewekt. Het scheen me dikwijls,
alsof ik als balling was teruggekeerd in mijn land, waar ik
met vreugde werd ingehaald.
Het jaargeld werd mij steeds geregeld door Jens toegezonden
en al was 't niet ruim, ook nu bij de meerdere uitgaven kon
ik er mee toekomen.
Over mijn verleden sprak ik niet, maar als 't door den
dokter of zijne vrouw werd aangevoerd, zij polsden dik
wijls, zonder te durven vragen dan deed ik 't voorkomen,
zonder er op in te gaan echter, of ooit een rechtstreeksch
antwoord te geven, alsof dit tweede kind was van een man,
van wien ik gescheiden leefde en wiens naam ik niet meer
dragen kon.
Ik leefde toen onder mijn eigen naam, die jij, Elise, ook
moest dragen en hoewel Magda eigenlijk den naam toekwam,
dien ik haatte, omdat ik den man van dien naam haatte, liet
ik haar noemen, zooals men mij noemde: Doore.
Ik haatte den leugen, maar de leugen, dien ik nog voor
de geboorte om Elise moest weven, was noodzakelijk. Immers,
zoo ik mijne geschiedenis openlijk had verteld, dan zou men
mij liever nergens hebben ontvangendat begreep ik na de
ontvangst van Eduard's ouders, die mij zoo hevig had gegriefd.
En dit was wel mijn troost: Ik had dien leugen, waarvan ik
den schijn gaf, niet openlijk uitgesproken.
Het is eigenaardig, dat Elise zoo'n diep-ingewortelde
haat heeft tegen alle onoprechtheid.
Ach, die eerste leugen weefde een web van leugens, waaruit
het ontworstelen moeilijker en moeilijker werd
't Gebeurde in die dagen, dat Mevrouw van den dokter een
waarzegster bij zich had. Zeg er niets van aan mijn man,
fluisterde zij mij in, hij wil er niets van weten, maar ik hecht
er wel aan. En jij Marie?
Ik wist geen beslist antwoord te geven, maar wel had ik
lust eens te gaan hooren, wat zoo'n vrouw wel te vertellen had.
Eerst hoorde ik aan, wat zij Mevrouw van den dokter voor
spelde. Ik weet niet meer, wat 't was, maar ik weet wel, dat
er niets van is uitgekomen.
Daarna zeide zij mij, dat ik een flinken zoon zou krijgen.
Ik weet niet waarom, maar ik hechtte mij vast aan die woorden
en in mijn idee was ik reeds de moeder van een zoon, die
nooit is geboren en altijd wanneer ik aan je dacht, Elise, dan
was 't «hijen «hem».
Maar op den een en twinstigsten Mei van dat jaar werd mij
een dochter geboren. Teleurstelling, of verwondering, dat het
geen zoon was, voelde ik niet, want zware zenuwhoofdpijnen,
die weken en weken aanhielden, verduisterden mijn bewustzijn.
De dokter had een moeilijke patient aan mij en Mevrouw
verpleegde mij met de uiterste zorg. Daarvoor, ondanks de
grievende behandeling van later, zal ik ze altijd dankbaar
blijven. En jullie kinderen, wanneer je ooit later van die
menschen mocht hooren, of met ze in aanraking mocht komen,
oordeelt zacht over hen, vergeef hen de beleediging je moeder
en hare kinderen aangedaan. Waarlijk, zij wisten niet beter.
Je was ongeveer vier maand oud Elise, toen ons verleden
bekend was geworden in Padang. De dokter kwam er mee
thuis van de sociëteit als een nieuwtje, een schandaaltje. Sinds
dien dag verkoelde hun houding tegenover ons, alsof wij niet
deugden; beiden waren strak tegen ons, vooral zij. Ik wist
niet, wat er broeide, maar ik begreep, dat het tot een oplossing
komen moest. Eindelijk kwam zij er mee, niet openlijk, maar
bedekt: ze kregen familie uit Holland en daarom hadden
ze liever, dat wij een ander pension zochten. Ik vermoedde
dadelijk, wat er achter zat. Kinderen, toen beging ik een
groote fout, die ik eerst later heb ingezien. Toen op dat oogen
blik wist ik niet anders, of ik handelde best. Ik deed namelijk
even onoprecht als zij. Ik wendde voor, alsof ik geloofde, dat
zij werkelijk familie uit Holland over kregen en alsof zij
«werkelijk daaromliever hadden, dat wij een ander pension
zochten.
O kinderen, wat was dat dom en ontactisch I Immers door
die houding bekende ik schuld en gaf ik zelf het schandaal
voedsel. Hoeveel had ik later wel niet willen geven, om dat
te kunnen veranderen I Ach, gedane zaken nemen geen keer 1
Fier had ik 't hoofd op moeten richten en haar onderzoekend,
ja vernietigend aanziende, had ik moeten zeggen: Mevrouw
ik begrijp, dat u iets omtrent mij en mijne kinderen heeft
vernomen. Zóó en zóó staan de zaken. Openlijk had ik haar
mijne geschiedenis moeten vertellen, begrijpende, dat de wereld
haar verdraaid en vervalscht had.
Wordt vervolgd.)