HIEVWE
Nieuws- en Advertentieblad jjf
voor de Provlacie Vtrockt. ||g
FEUILLETON.
GESCHIEDENIS EENER MOEDER.
No. 77.
Zaterdag 23 September 1310.
45e jaargang
VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG:
DE OORLOG.
BINNENLAND.
Amersfoortsche Courant.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 1.
Franco per post door het geheel© Rijk 1.15.
Afzonderlijke Nummers 5 Cent.
Ingezonden stukken in te zenden uiterlijk Dinsdag en Vrijdag.
Uitgever G. J. SLOTHOUWER
Bureau: Langestraat 17. Telephoonn. 69.
ADVER1 ENTIËN:
Van 16 regels 0.60; iedere regel meer 10 Cent.
Groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
De meening van Engelsohe Staats
lieden ever een officieele conferentie
vau onzijdigen in het belang vau
den vrede.
Baron Adelsward, de Zweedsche
oud-Minister en Bestuurslid der «Cen
trale Organisatie voor een Duurzamen
Vrede» heeft aan bet Stockholmsche
dagblad «Dagens Nyheter» zijn in
drukken medegedeeld betreffende een in
de vorige maand ondernomen reis naar
Engeland. Baron Adelsward beeft daar
gesproken met leden van de regeering,
parlementsleden, met leiders van groote
politieke bladen, zakenmannen en
andere personen die belang stellen in
de politiek, en met hen o. a. behandeld
het denkbeeld door, de Zweedscbe
Tweede Kamer, de Stockholmer Neu
tralen Conferentie en den «Nederland-
scbe Anti-Oorlog Raad» bepleit, dat
er een Conferentie zal tot stand komen
van officieele vertegenwoordigers van
onzijdige StatenAmerika, Denemar
ken, Nederland, Noorwegen, Spanje,
Zweden en Zwitserland. Vrijwel allen,
met wie baron Adelsward in Engeland
gesproken heeft sympathiseerden met
deze gedachten. Men verklaarde niet
té begrijpen, dat er in de onzijdige lan
den geen man tevinden is met een ver
reikende Staatsmansblik, die zijn kracht
wist te gebruiken om dit plan door
te voeren. Die Conferentie zou niet
tot onmiddellijke opgave moeten heb
ben gezamenlijk bemiddeling aan te
bieden, dit zou nu nog verloren moeite
zijn en zou meer kwaad dan goed
doen. De Conferentie zou voorloopig
de vraag moeten overwegen, hoe het
best de belaugen der onzijdigen te
beschermen zijn bij het toekomstig
sluiten van den vrede, waarbij de
neutrale Staten waarschijnlijk in ver
schillende opzichten even gewichtige
belangen hebben als de oorlogvoeren
den, en moeten beraadslagen over die
vredesvoorwaarden van algemeenen
aard, die noodzakelijk behandeld moe
ten worden bij het sluiten van een
vrede, wil men een duurzamen vrede
tot stand breogen. Zulk een arbeid
geschiedt reeds langer dan een jaar
dank zij particulier initiatief, maar een
officieele Conferentie zou zeker van
groote beteekenis zijn voor de toe
komst. Het tot stand komen van zulk
een Conferentie zou tocb een wel-
dadigen invloed hebben. Behalve dat
zou zij reeds van het begin af kunnen
optreden als een tusschenpersoon voor
het bespreken van bepaalde vraag
stukken tusscben de oorlogvoerenden
en bet opheffen van misverstand be
treffende de werkelijke beteekenis van
de besprekiogen die aan beide zijden
voorkomen en zij zou tenslotte een
volkomen geheel uitmaken, gereed, om
wanneer het oogenblik vroeger of
later aanbreekt, dadelijk den bemid-
delingsarbeid te ondernemen.
Zoowel Minister Asquit als Lord
Grey hebben verklaard, dat van
Engelsch standpunt uit het einddoel
is het verwezenlijken van een orga
nisatie tusschen de staten, waardoor
internationale geschillen op vreedza-
men weg opgelost zullen kunnen
worden en oorlog zoo mogelijk zal
kunnen worden voorkomen. Wat
Amerika betreft heeft President Wilson
zijn instemming met deze gedachten
reeds uitgesproken. Deze zelfde ge
dachte ligt, dit bracht Baron Adels
ward in herinnering, ook ten grondslag
aan het eerste reeds in bet begin 1915
genomen initiatief van den N. A. O. R.
dat nu uitgewerkt wordt door de
«Centrale Organisatie voor een Duur
zamen Vrede» mat medewerking van
personen uit de meest beschaafde
staten. Deze «Centrale Organisatie»
denkt zulk een organisatie tot stand
te doen komen door ontwikkeling van
het tot nu toe uiterst onvolkomen
Haagsche werk. Baron Adelsward's
indruk was, dat in invloedrijke Eugel-
sche kringen de overtuiging leeft, dat
de gevolgen van den oorlog in ver
schillende opzichten zoodanig zullen
zijn dat zij de uitvoering van een zoo
danig zullen vergemakkelijken.
Zooals bekend, was Baron Adelsward
Voorzitter der Conferentie te Stock
holm van de drie Scandinavische groe
pen der Interparlementaire Unie, waar
eveneens de wenscb werd uitgesproken
dat een Conferentie van officieele Ver
tegenwoordigers der onzijdige regee
ringen met bovenbesproken doel, zou
tot stand komen. Uit een door den
Heer Lochner, algemeen Secretaris
der (niet officieele) Neutralen Confe
rentie ontvangen telegram uit Stock
holm is thans gebleken, dal bet bijeen
roepen van eeD zoodanige Officieele
Neutralen Conferentie een uitdrukke
lijk onderwerp van bespreking zal
uitmaken van de dezer dagen te
Cbristiania plaats vindende Conferentie
der Scandinavische Ministers.
De Troonrede en de oorlog.
De Lokalanz. (Berlijn) trekt een
parallel tusscben de Koningin van
Roemenië en Koningin Wilhelmina
van Nederland, en zegt, dat waar de
koningin van Roemenië niets beeft
nagelaten om baar land in den oorlog
te drijven. Koningin Wilhelmina daar
entegen in de Troonrede voorzichtig
maar duidelijk en met beslistheid den
nadruk beeft gelegd op de zelfstandig
heid en de soetereiuiteitsrechten van
Haar land, zonder daarbij een uit-
dagenden toon aan te slaan.
Vastberadenheid, omzichtigheid en
kalme trots spreken uit deze woorden.
In groote lijnen toonon zij het
karakter van deze Vrouw en Koningin.
Het lot, dat beide landen in wellicht
niet al te verre toekomst zal beschoren
zijn, zal deze tegenstelling waarschijn
lijk Dog duidelijker doen uitkomen.
De Duitsche veldtocht in Frankrgk
niet naar wenscb.
Naar aanleiding van het in ongenade
vallen van generaal Vod Heeringen,
die van zijn commando aan het wes
telijk front ontheven is, herinnert het,
Journal er aan, dat het Duitscbeleger,
dat den inval in 1914 begon gecom
mandeerd werd door acht bevelvoerders,
waaronder de drie kroonprinsen en
vijf generaals. Alleen de drie kroon
prinsen, t.w.: de Duitsche kroonprins,
de kroonprins van Beieren en de kroon
prins van Wurtemberg, Bleven in func
tie. De vijf andere bevelhebbers de
generaals, Von Hausen, Von Billow,
Von Kloek, Von Deimling en Von
Heeringen, zijn allen in ongenade
gevalleD.
Wat de adviseurs van de drie
kroonprinsen aangaat, twee daarvan,
n.l. Von Haseler, de adviseur van den
Duitschen kroonprins, en Von Eioem,
adviseur van den kroonprins, vaD
Wurtemberg en daarna bevelhebber
van eeu legerkorps werden op non-
activiteit gesteld. Uit al deze gevallen
van het in ongenade vallen van deze
bevelhebbers blijkt, dat de veldtocht
in Frankrijk in bet geheel niet be
antwoord heeft aan de verwachtingen
die men er van had.
De Roeskoje Slowo weet te vertel
len dat Roemenië is toegetreden tot de
overeenkomst van Londen, waarbij de
geallieerden verklaard hebben, geen
afzonderlijken vrede te zullen sluiten.
Overwinnen met het zwaard en
met bet geld.
In bijna alle Duitsche bladen vinden
wij bet facsimile van een bandschrift
van den opperbevelhebber. Dit luidt:
«Het Duitsche volk zal d in vijand niet
alleen met bet zwaard, maar ook met
bet geld verslaan. Dat zal de oorlogs-
leening bewijzen.» Het stuk is ge-
teekend: Von Hindenburg, generaal-
veldmaarschalk in bet groote hoofd
kwartier, 11 September 1916. Daarop
volgt dan de opmerking: Een man,
die zich zulk een aanspraak op de
dankbaarheid en het vertrouwen van
het Duitsche volk beeft verworveD, als
onze Hindenburg, mag niet tevergeefs
gesproken hebben, leder Duitscber
moet het zijne doen, opdat de ver
wachting van den giooten veldheer in
vervulling gaat.
Zuid-Afrika en de oorlog.
Volgens een Tunes-bericht moet
generaal Botba in een redevoering te
Kokstad in de Kaapprovincie bet
volgende hebben gezegdWij moeten
niet ontmoedigd zijn, indien de oorlog
nog twee jaren voortduurt. Onze plicht
is ons hierop voor te bereiden.
Volgens een Reutor-bericht uit
Johannesburg wordt aldaar een mon
ster-petitie op touw gezet teo gunste
van de invoering van dienstplicht in
geheel Zuid-Afrika.
Vaderlandeliefde.
Er wordt een welsprekend staaltje
van bet nog immer vurig patriotisme
der Belgen meegedeeld. Onlangs is
aan het Russische front bij het de
tachement Belgische automitrailleurs,
tijdens het offensief van generaal
Broessilof, gesneuveld de soldaat De
Becker-Remy, zoon van den Leuven-
schen senator. De Russische generaal
beeft buide gebracht aan zijn helden
moed en de Belgische minister van
oorlog beeft order gegeven zijn naam
op de dagorder te brengen en hem
tevens te doen afroepen bij elke wapen
opneming van zijn corps. Zijn dood
beeft niet kunnen beletten dat de
nauwelijks 17 jaar oude broeder van
den te Tarnopol gesneuvelde diens
plaats wou innemen. Hij wilde zich
bij het Belgische leger aangeven, doch
toen bij uit het bezette België vluchtte,
is bij gevat aan de Hollandsche grens
en als krijgsgevangene naar Duitsch-
land vervoerd.
Uitoefening van kiesrecht door
gemachtigdent
Eindverslag is uitgebracht nopens
het wetsontwerp tot het in over
weging nemen van eeD voorstel van
DOOR JOHANNA STEKETEE.
11)
Magda heeft er nog 't meest, in ieder geval 't langst, door
geleden, hoewel Elize zich alles meer aantrok, heviger voelde.
Hoe dikwijls gebeurde 't, dat Magda's schoolvriendinnetjes,
tot haar aangetrokken door haar lief, zacht karakter, zich
plotseling terugtrokken, zonder dat er een reden voor te
bedenken was?
Magda begreep dat niet, peinsde daarover. Ik begreep wel,
maar kon het kind geen verklaringen geven, daar ik 't niet
goed vond, den tijd vooruit te loopen. Ik zocht haar dan op
indirecte wijze te troosten, namelijk door haar iets anders
in de plaats te geven. Maar een droeven glimlach om mijn
mond, die haar niet ontging, toonde voldoende, hoe het kin
derleed het moederleed was.
Zal ik van jullie kinderjaren verhalen De essence er van
is toch in jullie eigen zielen onuitwischbaar ingeprent. Mis
schien is het goed voor Helene, dat ik hier enkele herinne
ringen ophaal. Haar jeugd is toch in alle opzichten zoo ver
schillend van die van jullie. Jullie leed om je moeders ver
leden is nooit 't hare geweest. Immers, voor Helene's geboorte,
was het verleden voor het oog der menschen van allen smaad
gezuiverd.
Z<5<5 oppervlakkig, kinderen, is het oordeel der wereld, dat
in haar oog, één uiterlijke daad in staat is, vele innerlijke
daden, die alleen schuldig in schijn waren, te zuiveren en te
rechtvaardigen.
Maar het leed, mij door die smadelijke houding der wereld
aangedaan, is hoewel verlicht, nooit weggenomen kunnen
worden. Het gaat met mij in den dood.
Het is in dié jaren geweest, dat mijn groot verdriet troost
zocht in godsdienst en phylosophie.
De beoefening der filosophie deed mij me toeleggen op
zelfverbetering en stemde mijn oproerige gedachten telkens
weer rustig.
De godsdienst deed me zachtmoedig blijven en zonder zin
tot wraak, zelfs tegen hen, die mij 't diepst griefden.
En 't is ook uit liefde voor die orthodoxe, protestante
godsdienst, welke het bestaan van God en het voortleven na
den dood als bewezen beschouwt, welke mij er toe heeft ge
bracht, Magda en Elise op lateren leeftijd, dan dien, waarop
dat gewoonte is, te laten doopen.
Maar laat ik nu iets waarvoor ik jullie altijd waar
schuwde en waarvan ik jullie altijd trachtte tegen te houden,
zelf den tijd niet vooruit loopen.
Ik ga jullie nu rustig vertellen van jullie kinderjaren en
het moet klinken als een aardig verhaal, dat jullie zal ont
roeren en boeien tevens.
De Maartsche zon schijnt weer vroolijk door mijn kamer
en ik voel nyj beter en behagelijker, dan men zou verwach
ten, dat iemand zich moet voelen, die toch met gewisse en
vlugge schreden den dood tegemoet gaat.
Laat ik trachten geregeld te vertellen.
Yoor wij ons goed en wel inrichtten, verraste mij een aan-
geteekende brief van mijn vader, dien jullie nooit met den
lieven naam van grootpa of opa konden aanspreken.
In langen tijd had ik niet van hem gehoord. Nu zond hij
mjj een groote som gelds met de belofte mij geregeld elke
drie maanden zulk een som te zenden. Ik had hem nooit om
geld gevraagd, maar hij was gelukkig in zaken geweest en
zond; 't mij. Ikthad 't niet bepaald noodig, maar kon 't best
gebruiken.
Het is wonderlijk, dat er, zonder dat ik er ooit moeite
voor deed, altijd voor gezorgd is, dat ik ruim geld had. Ik
had ook altijd het gevoel rijk te zijn en rijk te blijven en
daarin ben ik nooit bedrogen. Mijn vaders brief bevatte noch
verwijten, noch vragen. Toch begreep ik, dat hij alles wist.
Zond hij mij geld, omdat hij vreesde, dat ik niet genoeg
hebben zou voor mijn heide kinderen Of deed hij het uit
stil verlangen, om aan mij goed te maken, wat zijn tweede
vrouw aan mij had misdaan? Of uit meelij, dat ik zoo jong
zonder moeder was geweest? Of aangedaan, dat mijn beide
kinderen geen vader hadden? Hij verklaarde zich niet. Hoe
het zij, wel berustte zijn voornemen mij te helpen op vaste
oorzaken. Iu zijn tweede brief meldde hij mij, dat hij licht
ongesteld was. Mocht de ziekte onverhoopt verergeren, zoo
schreef de goede man, dan zou hij er bijtijds voor zorgen,
dat geregeld aan mij werd uitgekeerd, wat bij mij had toe
gedacht.
Wordt vervolgd.)