r
is zooals het er ligt verdedigbaar. Eventueel zou men er uit kun
nen lichten wat niet noodig is, maar de rest adviseert Spreker
tot vaststelling. Dit plan heeft wijzen van bebouwing aangegeven,
zelfs zoo dat hij een compliment heeft aan het adres van den heer
van Vliet.
De heer Doorman merkt op, dat er een Commissie voor het ge
westelijk uitbreidingsplan bestaat waardoor het voorloopig aan te
bevelen is de Wiekslooterweg met zijn verbinding Amersfoort van
het plan af te voeren. De Engbebouwing zal ernstig bezien moeten
worden vóór de vaststelling van het plan. Hij vindt het geval
Heemstede een slecht voorbeeld. Wij moeten volgens Spreker zien
een oplossing te vinden voor de Eng en wel om reden dat de Eng
bebouwd zal worden. Dit is niet tegen te gaan in de toekomst. Hij
wijst op het noodzakelijk sparen van het open terrein bij Trein
8.28 en de Lazarusberg. Het plan van den heer van Vliet ontmoet
bij hem wel gerieven. Wel de voornaamste grief is dat de Eng veel
te vol gebouwd zal worden. De wegen liggen te dicht bij elkaar,
zelfs zoodanig dat de bebouwing in strijd is met de thans fungeeren
de bouwerordening. De wegen zijn te smal. Wegen met een breedte
van 10 Meter zijn geen behoorlijke wegen. Vele wegen worden doode
wegen en hofjes. Hij acht deze uit den booze. Spreker wil spoed
betrachten en noemt een sprekend feit, waaruit blijkt dat uitstel
schaadt, door te wijzen op den uitweg bij station Soest, welke op
aanraden der Commissie is vervallen maar die nu wegens bebouwing
van het terrein naast de o.l.school bijna niet meer behoorlijk is
te redden. Hij wil het plan met spoed omwerken
De heer van Vliet zegt dat geen menschelijk werk volmaakt is.
Zoo ook dit plan. Dat er wijzigingen zouden moeten komen, was
reeds door hem aangenomen. Hij wil echter verklaren dat hij nimmer
het advies van den Heer Cuypers is voorbij geloopen. De laatste
afspraak met den Heer Cuypers was dat de Heer Wentink met den Heer
Cuypers samen het plan zouden beoordeelen. De Heer Wentink is
echter nimmer met den Heer Cuypers in verbinding gekomen.
Ten aanzien van de bezwaren over de Eng-bebouwing deelt spre
ker mede dat deze oplossing is gezocht om te voorkomen dat meer
dan een derde van den grond in beslag wordt genomen. Er moet vol
gens hem een plan voor de Eng gemaakt worden, zoodat wijziging dan
gewenacht is.
De Heer Endendijk stelt voor den Burgemeester en den Heer
Doorman te verzoeken een plan van wijziging in overleg met den Heer
van Vliet samen te stellen.
Dit voorstel wordt door de vergadering aangenomen. De drie
Heeren aanvaarden op verzoek van de vergadering de opdracht, waar
na sluiting.
De Secretaris,
De Burgemeester,