flüh Vergadering van het College van Burgemeester en 'Tethouders
met de Commissie tot reorganisatie enz. van Openbare Verken
op Dinsdag 10 Juli 1931.
Voorzitter: Hr. G. Deketh.
Secretaris: J.G.A.Batenburg.
Tegenwoordig de wethouders A.J.C.Hoenders en A.Emdendijk,
alsmede de Commissieleden G.J.GrootewalV.F.H.Busch, T.H.C.Door-
man en D.A.de Bruijn.
Commissielid, de heer H.van Hloester is met kennisgeving
ve Voorzitter deelt de vergadering mede, dat het College van
Burgemeester en Jethouders het gewenscht heeft gevonden het van
de Commissie onder dagteekening van 4 Juni 1931 (ingekomen 19 Juni
1931) ontvangen rapport aan een gezamenlijke bespreking te onder
werpen. Spreker zegt dat B. en V. de vraag hebben gesteld of het
wel billijk is dat de tegenwoordige Baad deze zaak nog in behan
deling neemt. De nieuwe Wethouder van Openbare verken wordt bij
aanneming van de voorstellen voor een voldongen feit gesteld er
het zou mogelijk kunnen zijn dat deze na inwerking in den gang
van zaken een andere regeling meer in het belang van het bedrijf
oordeelt. Spreker wijst er op hoe in 1923 de oude raad ten aanzien
van het Grondbedrijf een regeling trof die later zeer kwalijk ge
nomen werd.
De heeren Busch en Grootewal kunnen het standpunt van 3. en
W. niet deelen. De heeren vreezen dat de nieuwe raad zou kunnen
overgaan tot aanstelling van een Directeur, die alles te groot
steeds zal gaan opzetten en de gemeente voor groote kosten stelt.
De tegenwoordige ambtenaren hebben een prachtervaring opgedaan en
bewijzen de gang van zaken te beheerschen. Het is geenszins de be
doeling der Commissie om in de toekomst het aanstellen van den
Directeur te voorkomen. wanneer blijkt dat een Directeur aan het
hoofd van het bedrijf noodzakelijk is kan nog altijd daartoe wor
den overgegaan.
De Voorzitter vindt dat alsdan ie titulatuur van de ambte
naren een beletsel zal vormen voor een passende formatie van het
personeel werkzaam onder een Directeur. Vergelijk, zegt spreker,
de titulatuur bij het Rijkspersoneel, daih zal men zien dat een
Technisch-Hoofdambtenaar een hoofdbetrekking is. Soreker vraagt
een andere titulatuur.
De heeren Doorman en de Bruijn achten wijziging der titula
tuur geen bezwaar, doch blijven voorts het voorstel der Commissie
aanbevelen.
De Voorzitter zegt dat B. en met de Commissie ™'illen mede-
gaan wanneer wordt uitgesproken dat in de toekomst de mogelijkheid
blijft bestaan een Directeur aan te stellen en het College gemach
tigd wordt bij groote werken desgewenscht een advies buiten de
ambtenaren om in te winnen. Dit acht de commissie niefTaannemelijk
wanneer B. en V. met voorstellen komen.
De Voorzitter zegt, dat dan nog te regelen valt de titulatuur
en het salaris. Aan de hand van de titulatuur gevolgd bij den Pro
vincialen waterstaat stelt de Voorzitter voor eveneens de titel
van"'fechnisch Ambtenaar* te geven.
De heeren Grootewal en Busch blijven zich hiertegen verklaren
de overige heeren gaan met het voorstel mede zoodat besloten wordt
tot de volgende titulatuur:
le. Technisch Ambtenaar belast met de leiding van Openbare "^erken
2e. h m Bouw- en Woning
toezicht.
Omtrent
Het
aanwezig
Aanduiding van het