Vergadering van Burgemeester en Wethouders met de
Raadscommissies voor Financiën en Werkverschaffing op
Vrijdag 8 Januari 1951des n.m. 5i uur.
Voorzitter: Mr. G.Deketh.
Secretaris: J.G.A.Batenburg.
Tegenwoordig de beide Wethouders, alsmede de leden der
Finar.ciëele commissie H.van Klooster, H.J.Gasille en G.J.Groo-
tewal en de leden der commissie voor de werkverschaffing de
heeren W.F.H.Busch, T.Bleeker, (de leden H.v.Klooster en H.J.
Gasille waren uit hoofde der Financiëele Commissie reeds aan
wezig)
De Voorzitter deelt den aanwezigen mede, dat B. en W.het
noodig hebben gevonden een bespreking te hebben met de beide
commissies, teneinde de financiëele consequenties onder het
oog te zien van de kosten, verbonden aan de werkverschaffing
in verband met de aanvrage credieten der begrooting voor 1952.
Spreker geeft een uiteenzetting van de posten waaruit de
werkverschaffing is te bekostigen n.1.
voor werkverschaffing 15.000,= loonen
post volgno. 586 8.515,= loonen
241 5.400,= loonen 1/5 van het over
schot 1951 ad
10.500,= voor teren
van wegen.
Totaal 26.715,=
Dit bedrag moet gehalveerd worden voor eerste en tweede
periode 1952 uitmakende 15*557,50. Met dit bedrag noodig voor
8 weken is per week disponibel 1.670,=.
Spreker deelt nog mede dat van Ged.Staten bericht is ont
vangen dat de kosten aan de uitvoering "boschplan" verbonden
niet op den kapitaaldienst van het Grondbedrijf worden gebracht.
Het College van B. en W. heeft nog een tusschenweg gezocht en
aan Ged.Staten gevraagd of de kosten ook voor de helft uit den
kapitaaldienst mag worden bestreden. Op deze vraag is nog geen
beslissing ontvangen, doch Spreker is van gevoelen dat Ged.Sta
ten er bij zullen blijven dat de kosten uit de gewone midde
len dienen te worden bestreden Ook in het geval dat wordt
goedgevonden, dat de kosten uit kapitaaldienst mogen worden
gedekt (voor de helft) dan blijft nog de vraag onbeantwoord
hoe B. en W. aan geld moeten komen.
De heer Bleeker vindt dat B. en W. het raadsbesluit,waarbij
de kosten geheel uit kapitaaldienst wordt gedekthebben gesabo
teerd door aan Ged.Staten te vragengoed te keuren, dat de kos
ten voor de helft uit den kapitaaldienst wordt bestreden.
De heer Busch wil het geen saboteeren noemenmaar acht
de handelwijze van B. en W. onvoorzichtig. Zij hadden reke
ning moeten houden met het raadsbesluit.
De Voorzitter accepteert de uitlating van den heer Blee
ker niet en antwoordt den heer Busch dat het College na ont
vangst van het schrijven van Ged.Staten, dat inmiddels door
hem wordt voorgelezen, tracht als voorbereiding voor den Raad
een gereede oplossing in de zaak te vinden.
De heeren Busch en Bleeker zien niet in dat de post 586 van
de begrooting 1952 moet gehalveerd worden voor deze periode en
op het einde van het jaar. Het betreft een post van openbare
werken en kan mitsdien geheel worden benut.
De overige heeren zijn het eens met B. en W. dat deze
post voor de helft gereserveerd moet worden. Langdurig wordt
over