23 Mei 1952 33. gelijke kernen, maar ongetwijfeld dient ook de Van Weedestraat als zodanig te gelden. Mevrouw POLBT-ïlusler vraagt, waar de rooilijn zou komen, indien de Raad het voorstel van B.& W. zou verwerpen. In h t adres wordt gezegd, dat nog nimmer, aan wie dan ook, enige schade is uitgekeerd. Dit klinkt alarmerend en gaarne zal spreekster vernemen, in hoevele gevallen schade vergoeding is aangevraagd op :orond van een uitbreidings plan, in hoevele gevallen deze vergoeding is geweigerd en hoe groot de totale schade is geweest. De heer SCHAAFSliA vraagt, of nu reeds het voorstel zelf aan de orde is of de vraag van de heer Burgwal om de behandeling van het voorstel uit te stellen. De VOORZITTER zegt, dat het voorstel zelf aan de orde is De heer SCHAAFSMA zegt voor het voorstel van B.& W. te zullen stemmen, waarbij hij in aanmerking heeft genomen de mededeling, dat de zaak op betrekkelijk korte termgn voor elkander moet zijn. De behandelin0 kan toch niet altijd du ren, vooral niet waar het een zaak van deze betekenis be treft Men kan spreken over de belangen van de eigenaren der desbetreffende percelen, maar spreker zit zeer hoog, dat er op de weg in kwestie nogal veel ongelukken gebeuren. Er moet naar worden gestreefd de weg zo te maken, dat het risi co voor ongelukken vermindert. Er zijn meer kwesties aan de orde dan alleen de rooi lijn en de schaderegeling. Het voornaamste bezwaar, dat te berde kan worden gebracht is de absolute heerschappij van de gemeentelijke autoriteiten als het voorstel wordt aange nomen en de rechteloosheid van degenen, die percelen aan de rooilijn hebben. Men moet voorzichtig zijn met het aanvaarden van dit voorstel zonder meer. Enige jaren geleden heeft de gemeente een aantal eigenaren gevraagd afstand te doen van een gedeelte van hun terreinen. De gemeente zou het in orde maken. De waarde van de "percelen zou daardoor stijgen. Een gedeelte van de eigenaren heeft afstand gedaan van de grond, een andere groep deed het niet; het gehele plan is gestrand en er zijn geen vergoedingen gevraagd. Spreker leidt hieruit af een zekere mentaliteit bij de eigenaren. Hij heeft alle respect voor de personen, maar niet voor de medewerking, die hunnerzijds geboden wordt. Mede deze ervaring heeft "bij hem de gedachte doen postvatten, dat er vaste normen moe ten komen, waarnaar gehandeld wordt, welke normen op dit moment moeten worden vastgesteld. Het is duidelijk, dat men, om de bestaande verkeerdheden zo spoedig mogelijk te verbe teren, onmogelijk zonder een plan kan. In het hedenochtend aan de raadsleden toegezonden stuk wordt verzocht het plan niet aan te nemen, maar een weg om tot verbetering van de toestand te komen, wordt niet aangegeven. Toch moet er ver betering in de toestand komen, niet alleen omdat de weg onveilig is, maar ook omdat de toestand met de bestaande rooilijn onhoudbaar is. De rooilijn loopt zig-zag. Er zal niet onmiddellijk verbetering kunnen komen, maar daarop moet toch worden aangestuurd, opdat het bestaande kwaad niet groter wordt. De percelen, waaraan iets te doen is,

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen B&W Soest | 1952 | | pagina 108