30 Juni 1952 52. Het door de heer R.Hilhorst naar voren gebracht onderwerp heeft meermalen een punt van bespreking in het College uit gemaakt. Hierin beslist echter niet alleen de Raad, maar misschien nog meer het Ministerie van Y/ederopbouwdat zich steeds meer stelt op het standpunt van het tegengaan van de noodwoningenbouwIn een onlangs uitgezonden circu laire is dat wel positief naar voren gebracht. Niettemin leeft ook bij het College de gedachte, of het niet mogelijk zou zijn op een terrein, waar het verder niet hindert, gedurende een bepaald aantal jaren een aan tal mensen, die het graag willen, in de gelegenheid te stel len zich daar althans een paar jaar te redden met een houten noodwoning. Het zou echter nooit kunnen in het natuurre servaat Het College beseft zeer goed, dat het veel beter en aangenamer zou zijn te zeggen: Het huis moet weg en het terrein wordt weer bij het-natuurreservaat getrokken. Maar het heeft tijdelijk de nood van het ogenblik het zwaarst la ten wegen. Aangezien de nieuwe huurder is gezegd, dat hij er beslist niet op moet rekenen, dat hij het over vijf jaar weer kan huren, zodat hij er met zijn afschrijving rekening mede kan houden, kan het de Raad nooit worden verweten, als hij daal met een duur huis zit. In dat opzicht staat de Raad tegenover deze huurder iets anders dan tegenover de vorige, omdat tegen deze laatste nooit is gezegd, dat er na vijf jaar een einde aan moest komen. De heer KRIÏÏJFD zegt, dat men de vroegere bewoners in het huis heeft laten zitten, omdat men hen er niet uit kon zetten. Men schept echter een gevaarlijk precedent door het perceel voor vijf jaar te verhuren, want ook daarna is de woningnood nog niet opgelost en dan staat de gemeente voor de moeilijkheid, w aar zij het gezin moet laten. Spreker heeft respect voor het motief van B.& W. om van de nood een deugd te maken, maar hij vindt dit gevaarlijk, ook tegenover andere mensen, en is er daarom tegen. De wethouder VAN ZADELHOFF zegt, dat het niet de eerste keer is, dat van het principe wordt afgeweken, want de gemeente heeft ook terrein voor een militaire woning in het natuurreservaat verhuurd. Naar sprekers oordeel zouden B.& W. de vraag onder het oog kunnen zien, of het mogelijk is de bouw van houten woningen toe te laten op het gedeelte van "Braamhage", grenzende aan het terrein van de Heuvel- weg, waar gemakkelijk gas en water is te krijgen en een aantal houten huizen weinig afbreuk zouden doen langs het daar lopende laantje. De heer BURGV/AL waarschuwt ernstig tegen het bouwen van houten woningen, niet alleen met het oog op de volks gezondheid, maar ook wat de financiële consequenties be treft. De practijk heeft bewezen, dat het bouwen van houten woningen grote financiële consequenties medebrengt. Het is de vraag, of verantwoorde houten woningen goedkoper zijn dan stenen wat de onderhoudskosten betreft. Bovendien vreest spreker voor daling van het woningpeil.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen B&W Soest | 1952 | | pagina 146