22 December 1952 133.
heeft, is niet terechtgekomen wat hij er van gehoopt had. Dit
is niet geheel te wijten aan het College. De omstandigheden
hebben het het College moeilijk gemaakt. De door spreker ge
noemde punten zouden met andere kunnen worden aangevuld, maar
zij mogen er het College blijk van geven, dat de Raad het werk
van het College niet alleen wil ondersteunen, maar ook sti
muleren en de stimulans is eigenlijk min of meer verloren ge
gaan in deze vier jaar.
De grootste nood in de gemeente is het enorme woningte
kort, dat in de afgelopen vier jaar steeds groter is geworden.
Wanneer op dezelfde basis wordt doorgewerkt, moet worden ge
zegd, dat er in Soest een noodtoestand heerst. Dit is beslist
geen verwijt aan het College. Het gemeentebestuur is volkomen
onmachtig geweest, doordat aan de gemeente een groot, een zeer,
zeer groot onrecht is gedaan. Om dit onrecht enigszins weer
goed te maken en te doen wat in de eerstkomende jaren dringend
noodzakelijk is om enigszins bij te komen, zou de gemeente over
een bouwvolume van 250 woningen per jaar moeten kunnen be
schikken. Dit is wel het maximum, dat de gemeente met het
huidige personeel van Gemeentewerken kan verwerken.
Om niet verder achteruit te gaan is dit aantal woningen
noodzakelijk. Daarom dringt spreker er op aan, dat het College
zich voor de eerstvolgende vier jaar inzet voor een bouwvolume
van tenminste 250 woningen per jaar, waarvoor zonodig tot in
hoogste instantie zal moeten worden gevochten om de nood van de
grootste slachtoffers zoveel mogelijk te lenigen. Deze kwestie
ligt moeilijk, omdat behalve bouwvolume nodig zijn kapitaal en
grond. Het College zal daarom vroegtijdig moeten overgaan niet
alleen tot het aankopen, maar ook tot het onteigenen van gron
den.
Spreker zegt nogmaals dank voor het door het College ver
richte werk. Hij hoopt, dat de door hem uitgeoefende lichte
critiek door het College zal worden beschouwd als het afbla
zen van een beetje stoom door een fractie, die bereid is het
College zoveel in haar vermogen ligt te steunen. Met de voor
liggende begroting als geheel kan zij zich verenigen en ook in
het komende jaar zal zij het College steunen en bijstaan, waar
haar dit gegeven is.
Mevrouw LANDWEER-de Visser zegt, dat reeds vele dingen
zijn gezegd, die zij volkomen kan onderschrijven en die zij niet
zal herhalen, omdat er reeds veel luisteren van de Raad is
gevergd. Eén punt wil zij echter herhalen: zij zegt het College
dank voor de wijze, waarop het in het afgelopen jaar de belangen
van de gemeente heeft behartigd en de Voorzitter voor de wijze,
waarop hij de raadsvergaderingen heeft gepresideerd, waarbij
hij de Raad steeds de volle honderd procent heeft gegeven, ter
wijl het College steeds bereid is geweest ook tussentijds de
leden van de Raad aan te horen en hun wensen zoveel mogelijk te
vervullen.
Dat het tekort op de begroting voor het volgende jaar
ƒ.150.000,hoger is dan dat op de begroting voor 1952 is
zeker geen v erblijdend teken, maar het is volkomen natuurlijk,
omdat Soest is een groeiende gemeente. Wanneer het onderwijs
meergeld vordert, is d-at slechts verblijdend, want deze uit
gaven geven in de toekomst revenuen.
- Het -