25 Aug. 1953
111.
De heer CLEMENSDan moeten er -andere maatregelen
worden getroffen.
De wethouder VAN ZADELHOFF is het daarmede eens en
zegt, dat er in de tussentijd iets aan zal worden gedaan.
Inzake de hulpsecretarie is aan het einde van de
vorige maand een "brief uitgegaan. Er is een maand de tijd
gegeven, welke periode dezer dagen zal aflopen.
De heer CLEMENS vraagt, of de gemeente daarna on
middellijk optreedt, want de mensen kunnen er zo niet blij
ven wonen.
Mevrouw LANDWEER-de Visser vraagt hoe het staat met
het monument voor de gevallenen en of de plaats, waar
het zal komen, reeds bekend is.
De VOORZITTER heeft vernomen, dat het monument bijna
klaar is. Met betrekking tot de plaats is het College nog
niet tot een mening gekomen, die aan de Raad kan worden
voorgelegd
De heer VAN WELY is verheugd, dat sedert de vorige
vergadering reeds is begonnen aan het verbeteren van de
toestand achter het politiebureau en vraagt of de af
scheiding tussen het politiebureau en het te maken pleintje
ook een beurt krijgt. Het stuk tussen het grote hek en de
garage is niet in orde.
De wethouder VAN ZADELHOFF deelt mede, dat langs de
gehele door de heer Van Wely bedoelde zijde, ook langs het
gedeelte waar de garage staat, een beplanting komt.
Mevrouw BUNGENER-Odinot zegt, dat van het rijwielpad
aan de Stadhouderslaan bij regenval geen gebruik kan wor
den gemaakt.
De wethouder VAN ZADELHOFF deelt mede, dat dit pad
zijn beurt nog moet hebben, maar door de regenval niet ge
teerd kon worden.
De heer A.P. HILHORST: Men had het behoorlijk moeten
aanleggen.
De wethouder VAN ZADELHOFF protesteert tegen deze
opmerking. Het rijwielpad is door Gemeentewerken met een
teerlaag behandeld om het iets te verbeteren, maar er is
nooit een crediet voor gevraagd aan de Raad. Dat er water
op blijft staan, wordt ondervangen door het afsteken van
de berm.
De heer SCHAAFSMA merkt op, dat behalve de Kampweg
ook de Generaal Winkelmanstraat en de Moerbessenberg in
desolate toestand verkeren.
De wethouder VAN ZADELHOFF deelt mede, dat de bei
de straten tegelijk met de Kampweg zullen worden verbe
terd
124» Afscheid van de niet terugkerende Raadsleden.
De VOORZITTER wil, alvorens de vergadering te slui
ten, enige ogenblikken stilstaan bij het feit, dat deze
vergadering de laatste zitting is van de Raad in de
zittingsperiode die thans afloopt. Spreker zegt alle
leden van de Raad dank voor de prettige manier, waarop
zij met elkander hebben willen vergaderen. Zij hebben er
met behoud van eigen opinie steeds naar gestreefd de
vergaderingen in een goede sfeer te doen verlopen.
- Daardoor -