- 12 April 1954 59. benoemingen kunnen niet worden gedelegeerd. Hieruit blijkt de geest van de wet en de bedoeling van de wetgever om de benoeming van belangrijke functionarissen door de Raad te doen geschieden. Het door een aantal raadsleden ingediende verzoek houdt dezelfde gedachtengang in. De Dager Onderwijs wet 1920 draagt de benoeming van hoofden van scholen en onderwijzers nadrukkelijk op aan de Raad. Maar in artikel 179 van de Gemeentewet, waarin sprake is van andere ambte naren, staats "Hij" (de raad) "benoemt en ontslaat alle gemeente ambtenaren en bedienden, wier benoeming niet bij deze wet of de plaatselijke verordeningen aan anderen is opgedragen." Hiervan is delegatie dus mogelijk. In de brief van B&W staat, dat de benoeming van deze ambtenaren aan de Raad wordt overgelaten. Dit is niet juist. De wet draagt de benoeming aan de Raad op. Er staat impera tiefs de Raad benoemt en ontslaat en het is dus niet juist wanneer B&W schrijvens "Inderdaad laat art. 179 der gemeentewetzoals de ondertekenaars van de motie het terecht in de toelichting op hun voorstel doen uitkomen, het recht van benoeming en ont slag aan de Raad van alle gemeente-ambtenaren en bedienden, voorzover althans dit recht niet bij de gemeentewet of bij plaatselijke verordeningen aan anderen is opgedragen." Heen, hier is sprake van een opdracht aan de Raad. In vele gemeenten heeft de Raad de benoeming van ambte naren aan B&W gedelegeerd, maar er is geen sprake van, dat in alle gemeenten de benoeming van de hoofden van dienst aan B&W wordt gedelegeerd, want deze hoofden van dienst kan men op één lijn stellen met de secretaris, de ontvanger en de ambtenaar van de burgerlijke stand, die eveneens door de Raad worden benoemd. Zonder tekort te willen doen aan de be langrijkheid van de lagere ambtenaren, is het begrijpelijk, dat hun benoeming om utiliteitsredenen aan B&W wordt gede legeerd. Maar blijkens door spreker ingewonnen informaties gaan de meeste gemeenten, waar iets wordt gedelegeerd, nooit zover, dat de benoeming van diensthoofden, de belangrijkste functionarissen, wordt gedelegeerd. In andere gemeenten be noemt de Raad de hoofden van dienst zelf. In Heemstede, dat, naar spreker meent, een 30.000 of 35.000 inwoners heeft en waar de gemeenteraad groter is dan in Soest, geschiedt de benoeming van de hoofden van dienst ook door de Raad, zoals dezer dagen uit krantenberichten is gebleken. Het argument van B&Wdat een omvangrijk college als de Gemeenteraad niet het meest aangewezen lichaam is om benoemingen van personeel te doen, gaat dus niet op. Het geldt wel voor een vereniging, die log en traag werkt. Maar in een gemeenteraad zijn ver schillende politieke en geloofsrichtingen vertegenwoordigd. Daarin komt de machtiging van het volk tot uiting om invloed uit te oefenen bij het benoemen van belangrijke functionaris- sen, zoals de wet het voor bepaalde belangrijke functionaris- sen uitdrukkelijk heeft voorgeschreven. In 1938 heeft de Raad met 9 tegen 4 stemmen - er waren toen dus 13 raadsleden - tot delegatie besloten. Maar nu is het 1954. In 1938 heerste er een zekere rust. Het was een vlak bestaan. In de gemeente heerste een zekere kalmte. - De -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen B&W Soest | 1954 | | pagina 138