31 Mei 1954 54.
Spreekster kan zich er mede verenigen de eigenaar-
hewoners rustig te laten zitten, maar ten aanzien van huur
ders acht zij het "beter de termijn van zes maanden te hand
haven. Wanneer het een keer extra in de Raad komt, is het
misschien mogelijk tot een einde te komen. Wanneer de tegen
woordige huurders mogen "blijven zitten tot er vanzelf een op
lossing komt, zal het misschien erg lang duren.
De heer VAN ANDEL deelt mede bezoek te hebben gehad van
een moeder, die met haar man en vier kinderen in een kamer
van 3 maal 4 meter woont. Hetgeen nu wordt voorgesteld, lijkt
spreker zeer ondoeltreffend. Het doet denken aan het weggooien
van oude schoenen voor men nieuwe heeft. Laat de gemeente
zuinig zijn met de "oude schoenen", want het wonen in een
krot is te verkiezen boven een situatie als door spreker ge
noemd, waarbij bovendien geen waterleiding was.
De heer ORANJE vraagt, of voor het bord "onbewoonbaar
verklaarde woning" bepaalde maten zijn voorgeschreven. Daar
het in de gegeven omstandigheden moeilijk zal zijn een andere
woning te vinden, zullen de borden lange tijd ook op de nog
bewoonde woningen blijven, zodat spreker gaarne zou zien, dat
de borden tot de kleinst toelaatbare maten worden terugge
bracht
De heer SCHAARSMA zegt, dat een huis bewoonbaar is of
onbewoonbaar. Indien het in het laatste geval niet mogelijk
is de bewoners eruit te krijgen, is dat geen motief om de
woning niet onbewoonbaar te verklaren. Wanneer een aantal
woningen onbewoonbaar is, moet dit duidelijk worden verklaard
en moet er naar worden gestreefd ze zo spoedig mogelijk te
doen verdwijnen. Natuurlijk staat er tegenover, dat er ander
zijds moet worden gebouwd, maar het is niet juist een woning
niet onbewoonbaar te verklaren, omdat men ze niet terstond
door een nieuwe kan vervangen. Die weg opgaande, raakt men
alle grond onder de voeten kwijt. Spreker heeft voldoende
vertrouwen in Bouw- en Woningtoezicht om het door deze dienst
uitgebracht rapport te accepteren. En dan moet het onbewoon
baar verklaren niet achterwege blijven, maar moet daaruit
blijken, hoe groot de woningnood is, op grond waarvan bij de
hogere instanties op voorziening kan worden aangedrongen.
Spreker is daarom voor het voorstel van B&W.
De heer A.P. HILHORSÏ zou het woord niet hebben ge
vraagd, wanneer de heer Schaafsma niet op het toneel was ver
schenen. De heer Schaafsma heeft zoeven gezegd niet altijd
over voldoende tijd te beschikken om de stukken te bestude
ren en dit schijnt ook te gelden ten aanzien van het besluit,
dat hij nu denkt te nemen. De Raad mpet wel bedenken, dat
hier wordt beslist over andermans goed en dat moet men zeer
voorzichtig doen.
Spreker heeft de tijd genomen enkele woningen te bekij
ken en hier en daar kennis genomen van de wijze, waarop op
het ogenblik inwoning plaats heeft. De heer Van Andel heeft
een geval genoemd, maar zo kunnen er vele genoemd worden.
Spreker zou een geval kunnen noemen van een gezin, waarin^
man en vrouw met jongens en meisjes boven de 18 jaar op een
kamer slapen. Het is niet mogelijk dit gezin van betere
woonruimte te voorzien, omdat het die niet kan betalen. Dit
geldt ook voor vele bewoners van de thans voorgedragen
- woningen -