-- 31 Mei 1954 59.
bestemd zijn voor mensen, die uit krotten komen en waarvoor
die financiering nodig is.
In antwoord aan de heer Oranje deelt spreker mede, dat de
afmetingen van de borden en de daarop aangebrachte letters
in de bouwverordening zijn voorgeschreven. De letters moeten
een hoogte van tenminste 4-ür cm hebben en het moeten zwarte
letters zijn op een witte ondergrond.
De wethouder VAN ZADELHOFF wijst er op, dat dit in een
raadsverordening staat, die dus door de Raad kan worden ge
wijzigd.
De VOORZITTER zegt, dat het dan de vraag is, of het door
Gedeputeerde Staten zou worden goedgekeurd, wanneer het een
zeer klein bord zou worden. Hij vermoedt, dat de maten ook wel
enigszins gestandaardiseerd zullen zijn.
In antwoord aan de heer Hilhorst zegt spreker het niet
juist te achten, dat de ambtenaren niet hebben gezegd, waarom
zij kwamen. Zij hadden althans kunnen zeggen, dat zij van het
Ministerie van Wederopbouw en Volkshuisvesting kwamen om de
toestand van de woning te controleren. Wanneer zij dit niet
hebben gedaan, lijkt dit spreker een fout van de ambtenaren.
Voorts zegt spreker, dat men niet uit de krant leest, dat
zijn woning onbewoonbaar is verklaard, maar slechts dat aan de
Raad wordt voorgesteld dit te doen. En zolang de Raad geen be
sluit heeft genomen, kunnen B&W de betrokkenen toch niets
mededelen
Mevr. POLET-Musler: Medegedeeld zou toch kunnen worden,
dat onbewoonbaarverklaring wordt voorgesteld.
De wethouder VAN ZADELHOFP wijst er op, dat deze zaak een
eigenaardig begin heeft gehad. Wederopbouw heeft gevraagd al
die woningen te controleren en een voorstel tot onbewoonbaar
verklaring in te dienen. B&W hadden de indruk, dat van uit
voering pas sprake zou zijn als de woningnood in zijn grote
hevigheid was opgelost. De Directeur van Gemeentewerken heeft
het College gevraagd hem dit werk te besparen, omdat hij werk
genoeg had en er niet voor voelde het gevraagde op het ogen
blik te doen. Dit is aan het Ministerie medegedeeld, waarop de
Directeur in Utrecht de Directeur van Gemeentewerken een lijst
van woningen heeft gevraagd onder mededeling, dat hij daarnaar
wel een onderzoek zou doen instellen. Dat is gebeurdT zonder
dat B&W hebben gedacht, dat het direct zulke gevolgai zou hebber
Spreker gelooft niet, dat de meest urgente gevallen zijn
gekozen, maar dat men slechts een deel van de lijst heeft
afgewerkt. Op grond van de wet kan de Raad nu niet anders doen
dan het voorstel aannemen. De enige, die het goed aanvoelt, is
de heer Schaafsma. De Raad kan niet anders. De wet schrijft
drie maanden voor. Daarbij geldt ook de tijd, die de Ingenieur
nodig heeft voor advies, wat gesteld wordt op één maand. De
Raad heeft dus twee maanden tijd om het besluit te nemen om al
dan niet tot onbewoonbaarverklaring over te gaan. Naar het
oordeel van de Raad wordt niet gevraagd, deze heeft het beslui"
uit te voeren. De Raad mag hierover zijn oordeel niet laten
gaan, want de huizen worden niet getoetst aan de bouwverorde
ning. De vraag is alleen: Is de woning geschikt of ongeschikt?
Vroeger gebeurde het niet door de inspecteur van de Volks
huisvesting, maar door de Gezondheidscommissie; toen lag het
op het terrein van het Ministerie van Sociale Zaken, afdeling
- Volksgezondheid -