15 Juni 1954 97. denken wil men gunstige resultaten "bereiken, kan voldoende gespaard v/orden, mits voor het sparen propaganda wordt gemaakt en niet voor de vo lks ere die t "bank. Want de volkscre- dietbank is een prachtig propagandamiddel geworden voor de afbetalingsmagazijnen, die zeggen: Zelfs de gemeente heeft een volkscredietbank; daar ben 3e echter veel meer gebonden dan bij ons, want je moet er alles vertellen en zit er zo vast als een muur; bij ons is het veel gemakkelijker. Of andere vormen van credietverlening gevonden zullen worden weet spreker niet. Er zal ongetwijfeld naar worden ge zocht, want ook de felste voorstanders van volkscrediet vinden de volkscredietbank geen oplossing. Spreker kan zich verenigen met het voorstel van het College, in Soest geen volkscredietbank te stichten. Mevrouw POEET-Musler brengt in herinnering, dat toen het gasbedrijf 25 jaar bestond, het College voorstelde geen grote festiviteiten te beleggen, maar een bepaald bedrag uit te trekken voor extra propaganda voor het zogenaamde gasabonne- ment, waarbij de mensen zich verplichtten, een gasfornuis te kopen en een bepaald quantum gas af te nemen. Het gasfornuis zou dan na vijf jaar eigendom van de abonnent zijn. In plaats van een gasabonnement zou men echter ook kunnen spreken van het kopen van een gasfornuis op afbetaling met een looptijd van vijf jaar. Spreekster is het niet eens met de uitspraak van het College, dat zich overigens van alle morele afwijzing van credietverlening voor de aankoop van gebruiksgoederen ont houdt, maar is stom verbaasd over de woorden van de heren Schaafsma, Hilhorst en Zoetelief en mevrouw Landweer, die zich destijds con amore voor het propageren van het gasabonne ment hebben uitgesproken. Wat is het principiële verschil tussen het nemen van een gasabonnement en het kopen op af betaling of met volkscrediet? Ook hier kooptmen iets dat men tijdens het gebruik betaalt. Het essentiële van wat hier van avond wordt verdedigd is, dat deze mogelijkheid zoveel moge lijk in één hand moet worden gebracht. De wethouder DE HAAN zegt zich in zijn antwoord zeer te kunnen beperken, daar de leden elkaar onderling al hebben beantwoord en velen zich bij het College hebben aangesloten. Het uitvoerige betoog van de heer Pieren kan men be schouwen als een soort geloofbelijdenis van de minderheid van de Commissie. De heer Pieren heeft ook in de Commissie steeds op het standpunt gestaan, dat hij nu in de Raad heeft uiteen gezet. Daarbij zijn zeer instructieve dingen gezegd, die echter geen beantwoording behoeven. De heer Pieren heeft er op gewezen, dat velen te slap zijn om te sparen. Het stimuleren van de verkoop van massa goederen door credietverstrekking is echter nog niet direct een gewenst economisch, verschijnsel, daar door de al vrij hoge productie verder te stimuleren de markt wordt gefor ceerd. Het is dus zeer de vraag, of hierdoor een economisch belang wordt gediend. Dat de statistische gegevens zouden bewijzen, dat de meeste inkomens een zekere marge laten voor aankopen op afbetaling, is mogelijk, maar de statistiek toont altijd slechts een gemiddelde. Zij kan het percentage berekenen, maar nauw keurige gegevens ontbreken en de vraag, of het geld weggaat - aan -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen B&W Soest | 1954 | | pagina 254