29 September 1955 117 plan uitgevoerd. Het is te hopen, dat het College er in zal slagen, in der minne de grond voor de fiets- en wandelpaden te verkrijgen, omdat anders tot onteigening moet worden over- gegaan. Op 19 April j.1. is het besluit genomen, de verbreding van de rijweg Beukenlaan-NieuweWeg aan te brengen. De sinds dien verlopen tijd is gebruikt om te zien of er niet een beter procédé bestond dan waartoe toen werd. besloten. Dit is inder daad gevonden, waarbij uiteraard dient te worden afgegaan op het advies van de technici. De verbetering van de weg is daar door ook duurder geworden. Als de Raad er op 19 April gerust over v/as, dat de v/eg redelijk goed zou worden, dan kan thans worden aangenomen, dat de weg helemaal goed zal worden. Als er meer geld voor nodig is, dan is dit om de weg beter, niet slechter te maken. De ervaringen van Rijkswaterstaat met dit procédé zijn heel gunstig. Juist daarom heeft het College in afwijking van het eerste besluit de Raad een nieuw voorstel gedaan om dit procédé ook hier toe te passen. De aannemer is alleen aansprakelijk voor de uitvoering van het bestek. Wanneer later fouten zouden optreden als ge volg van een verkeerd bestek, is niet de aannemer doch de principaal zelf daarvoor verantwoordelijk. De wethouder VAR DEN AREND deelt mede, dat het gemeente bestuur inderdaad is uitgegaan van de grotere urgentie van de Nieuweweg en de Beukenlaan. De vernieuwing van de Beckeringh- straat en de Laanstraat zal het volgende jaar aan de orde komen. Volgens het onderhavige voorstel zal de wegbreedte 7~g m worden. Het is echter de bedoeling in de toekomst aan weers kanten van de weg een plantsoentje, een rijwielpad en een wandelpad toe te voegen. Daardoor zal de breedte worden ver groot tot 17ür m. Plet is echter niet zo gemakkelijk de daarvoor benodigde grond in handen te krijgen. Daarvoor zal veel over leg moeten worden gepleegd en misschien zelfs tot onteigening worden overgegaan. Hierop wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming- aangenomen. 137. Voorstel tot vaststelling van de uitgaven van het Openbaar Onderwijs over 1954 ingevolge art. 55 ter der Lager Onderwijs wet 1920 (1-693/3062). 138. Voorstel tot vaststelling van de vergoeding, als bedoeld in art. 101 bis der Lager Onderwijswet 1920 (vakonderwijs) over het jaar 1954 (1-699). 139. Voorstel tot beschikbaarstelling van een crediet voor de ver bouwing van de openbare u.l.o.school (1-707). 140. Voorstel tot beschikbaarstelling van een crediet voor aan schaffing van nieuwe leerboeken voor het vak handelsrekenen ten behoeve van de Openbare u.l.o. school (1-700). 141. Voorstel omtrent ingekomen verzoeken inzake toekenning van een tegemoetkoming in de reiskosten als bedoeld in art, 13 der Lager Onderwijswet 1920 (1-708). 142. Voorstel tot vaststelling van besluiten inzake het verlenen van medewerking ingevolge art. 72 der Lager Onderwijswet 1920 aans a. het R.K. Schoolbestuur te Soestdijk voor aanschaffing van banken, eventueel tafels en stoelen voor de Mariaschool (1-3049)5 - b -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen B&W Soest | 1955 | | pagina 286