-- 28 oktober 1955 -- 136. kant het reactievermogen vermindert, terwijl aan de andere kant het verantwoordelijkheidsgevoel er door wordt verkleind. Dit vindt spreekster het grote gevaar van vermeerdering van het aantal ver gunningen. Het gaat voor haar in het geheel niet om de vraag, of er in het ene dan wel in het andere deel der gemeente meer vergunnin gen komen. Zij zal tegen deze voordracht stemmen omdat daardoor de kans wordt vergroot, dat er meer ongelukken gebeuren bij het steeds toene mende gemotoriseerde verkeer. De heer BUTZELAAR merkt naar aanleiding van het gesprokene door mevrouw Polet op, dat wanneer een bus met toeristen 'bij een restaurant of café stopt, de chauffeur geen alcohol, doch een kop koffie gebruikt terwijl de passagiers, die een dagje uit zijn, wel een borreltje willen drinken. Dat levert echter geen gevaar op voor het verkeer. Wanneer een bus bij een restaurant in Soest komt, dat geen ver gunning heeft, rijdt de chauffeur even door naar Laren, waar men wel vóór het diner alcohol kan gebruiken. Spreker vindt het dan ook het goede recht van de Horecabedrijven te Soest om voor deze uitbreiding van het aantal vergunningen op te komen. Hij zal voor het voorstel van B&W stemmen. De heer TAN WELY wil deze kwestie uit historisch oogpunt bezien. In 1920 waren er op de 8000 inwoners te Soest 18 vergunningen. In verhouding was de toestand toen dus geheel verschillend met die van op het ogenblik. De Drankwet bepaalt, dat er in gemeenten tussen de 20.000 en de 50.000 inwoners op elke 400 inwoners één vergunning mag zijn. Dit be tekent, dat er in Soest 64 vergunningen zouden mogen zijn. Er zijn er op het ogenblik slechts 22. In 1935 telde Soest 16.000 inwoners, dus tweemaal zoveel als in 1920. Het aantal vergunningen is in die jaren echter met slechts drie toegenomen en gestegen tot 21Thans is het aantal inwoners van Soest meer dan 25»000 en het aantal vergunningen is sinds 1935 gestegen met slechts één. Dit is in 1950 geschied. Toen heeft spreker reeds in verband met de groei van Soest er op aangedrongen het aantal vergun ningen met vijf te vermeerderen. Wanneer B&W thans waren gekomen met het voorstel om het aantal vergunningen met vijf te vermeerderen, was spreker daarmede ook akkoord gegaan op grond van de door het college zelf aangevoerde argumenten. Met het voorstel van B&W om het aantal vergunningen met drie te vergroten, zal hij echter ook meegaan. Het blijkt, dat Soest zeer achter ligt bij andere plaatsen. Soest heeft één vergunning op 1164 inwoners. Er is geen plaats in Nederland, waar een dergelijke verhouding bestaat. In de provincie Groningen is 1 vergunning op 504 inwoners, in Soest daarentegen 1 op 1164. Alle provinciën blijven onder het getal 1164. Zelfs indien het aantal ver gunningen met vijf zou worden uitgebreid, zou in Soest slechts 1 vergun ning op 948 inwoners zijn en de gemeente nog bovenaan staat in den lande, uitgezonderd de Noordoostpolder. Het gemiddelde in de gehele provincie Utrecht is 934zodat Soest daar zelfs met vijf vergunningen meer nog boven zou blijven. Met drie vergunningen meer blijft Soest boven alle andere getallen van de verschillende provinciën staan. Spreker betuigt daarom zijn adhesie aan het voorstel van B&W, vooral ook omdat het aantal vreemdelingen in de gemeente zeer toe neemt, die hier wel een glaasje willen drinken. Deze mensen zijn uit en willen voor het eten vaak graag een glaasje voorgezet krijgen. Hier is dus niet sprake van drankmisbruik, maar van drankgebruik. Het laatste behoeft het eerste geenszins mee te brengen, al kan drankgebruik bij enkele mensen ongetwijfeld tot misbruik leiden. Gezien de omstandighe den van de tegenwoordige tijd is het aantal drankmisbruikers echter zeer afgenomen, ook in Soest. Waar vroeger heel veel werd gebruikt - Soest was toen zelfs berucht - neemt men nu het tegenovergestelde - waar

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen B&W Soest | 1955 | | pagina 324