-- 22 december 1955 -- 193* mogelijke tijd de rioolwaterzuiveringsinstallatie tot stand te bren gen. Dit is voor Soesterberg en ook voor Soest meer dan noodzakelijk, want er komen vaak gewoon mensonwaardige toestanden voor. Dit aandrin gen op een rioolwaterzuiveringsinstallatie betekent overigens niet, dat spreker het college in deze in gebreke stelt, omdat het niet vol doende actief zou zijn geweest. Hoewel industrialisatie door vele mensen in de gemeente met het oog op de rust liever niet wordt gezien, moet men toch in het oog vatten, dat men nu en vooral in de toekomst niet alleen kan leven van de landbouw, die overigens ook zo sterk mogelijk ontwikkeld moet wor den, maar dat de industrie de hoofdbron van bestaan zal moeten uitma ken. Als je in de politiek werkzaam bent, aldus spreker, krijg je wel eens de indruk, dat de politiek de grondslag van ons bestaan is! Die opvatting is er naast. Wij moeten allen leven van de arbeid die wordt verricht. Noch spaargelden, noch kapitaal, noch het besturen van stad of land kunnen het vergoeden, wanneer men achterblijft in het ontwikkelen van een sterke industriële kracht in de natie. Vanzelf sprekend zal de industrialisatie zich in andere plaatsen van het land sterker doorzetten dan in Soest, dat ook een taak heeft op het gebied van de recreatie. Ook hier moet echter de industrie worden uitgebreid Door de omvang, die de gemeente heeft gekregen, is het raadhuis veel te klein geworden. Er is reeds gesproken over het verkrijgen van meer ruimte door vernieuwing en uitbreiding van het gemeentehuis. Is daar reeds iets meer over mede te delen of moet men zich in dit op zicht blijven bepalen tot vrome wensen en afwachten wat de toekomst zal brengen? Spreker is dankbaar, dat ook aan Soesterberg alle aandacht is geschonken De gemeente gaat vooruit in zielental, in welvaart, industrie, onderwijs enz. Moge het het college gegeven zijn de gemeente in het komende jaar weer een stuk vooruit te brengen en moge, onder Gods zegen, 1956 een vruchtbaar jaar zijn, waarin de bevolking van Soest en Soesterberg in stoffelijk en geestelijk opzicht vooruit ga. (De bode brengt een taart binnen) De VOORZITTER onderbreekt de algemene beschouwingen om wet houder Van den Arend gelegenheid te geven, de raad omtrent dit "inge komen stuk" in te lichten. De wethouder VAN DEN AREND zegt dat, nadat het gasbedrijf in 1927 was opgericht, op 24 december 1938 de miljoenste kubieke meter gas van dat jaar werd afgeleverd. Dat is destijds onder leiding van burgemeester Visser herdacht in een feestelijke bijeenkomst waarin de heer Kerkhoff een nauwkeurig overzicht van de afgelopen periode heeft gegeven. Op de raad heeft dit destijds een buitengewoon prettige in druk gemaakt. Op 20 december 1948 werd een afzet van twee miljoen kubieke meter geconstateerd en juist hedenmorgen ontving spreker bericht, dat de drie miljoenste was doorgedraaid. Zonder ruggespraak met het college en zonder advies te hebben ingewonnen van de Gascommissie heeft spreker in overleg met het be drijf toen gemeend, aan deze raadsvergadering een feestelijk tintje te moeten geven. Daarom heeft hij deze taart laten aanrukken, waarop twee gashouders zijn aangebracht. Spreker hoopt, dat de raad dit op zijn waarde zal weten te schatten. Hij wil zijn toespraak niet beëindigen zonder een woord te hebben gericht tot de werkers van het bedrijf, die dit, onder leiding van hun energieke directeur, de heer Breedeveld, hebben gepresteerd. Daar de afzet voor dit jaar was geraamd op 2.800.000 mjis de raming - nu -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen B&W Soest | 1955 | | pagina 438