--18 Januari 1955 -
- 8.
administratieve, maar geen besturende functies hebben.
De heer ORANJE verheugt zich er over, dat de Voorzit
ter het met hem eens is, maar het leek hem gewenst, ook
vanuit de Raad dit geluid te doen horen.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan
genomen
10. Voorstel tot aankoop van grond
a, gelegen nabij de Birkstraat van J. de Ruig c.s.(V-2591).
De heer A.P. HILHORST zegt, dat men bij het doen van
aankopen voorzichtig moet zijn door aan degene die niet
direct medewerkt een hoger bedrag toe te kennen dan aan de
gene die wel onmiddellijk medewerkt. Hier is echter het
omgekeerde het geval. De prijs is gesteld op 5,— per m2
maar hier laat men de grond afstaan voor ƒ.0,25 per m2Dit
komt spreker niet juist voor. Of is hier een element, dat
het rechtvaardigt?
De wethouder VAN ZADELHOFF deelt mede, dat er een
bouwaanvrage is voor deze grond. Hierbij beroepen B&W zich
op het bepaalde in artikel 9 van de bouwverordening, name
lijk dat de weg moet voldoen aan de gestelde eisen. Hier
wordt het niet ten volle gedaan, omdat het meer een ver-
keers- dan een plaatselijk belang is.
De heer A.P. HILHORST is van oordeel, dat men één
lijn behoort te trekken. Men moet niet bij een bouwaanvra
ge de grond om niet laten afstaan en in een ander geval,
zoals bij Middelwijk, 5voor de grond betalen, om
dat daar vandaag niet, maar morgen misschien wel wordt ge
bouwd. Het is niet juist met twee maten te meten door ge
bruik te maken van de omstandigheid, dat men de gemeente
op een bepaald ogenblik nodig heeft.
De wethouder VAN ZADELHOFF zegt, dat B&W de bouwver
ordening hanteren, waarin staat, dat de weg moet voldoen
aan de eisen.
De heer A.P. HILHORST wil het voorstel aanhouden en
het aanpassen aan het vroeger door de Raad genomen besluit.
De wethouder VAN ZADELHOFF zegt, dat aanhouden zeer
moeilijk is, omdat de bouw reeds is gegund.
De heer A.P. HILHORST; Dan moet er een andere oplos
sing worden gevonden.
De wethouder VAN ZADELHOFF stelt voor het voorstel
aan te nemen. Mocht de gemeente bij de Rijksweg een ande
re gedragslijn ten aanzien van deze grond innemen, dan is
het niet onjuist op het thans aangenomen voorstel terug
te komen door een schadevergoeding toe te kennen.
De heer A.P. HILHORST gaat hiermede accoord.
Mevrouw LANDWEER-de Visser vraagt, waarom de heer
A.P. Hilhorst deze zaak niet in de G-rondbedrijfcommissie
heeft besproken.
De heer A.P. HILHORST zegt eerst de dag na de com
missievergadering tot zijn conclusie te zijn gekomen. Dit
doet echter aan de zaak weinig af.
De wethouder VAN ZADELHOFF zegt de vlotheid, waarmede
hij heeft toegezegd deze zaak te zullen bezien, nader te
willen verklaren. Hem zweeft een besluit voor ogen, dat dit
niet geheel juist is. Hij heeft opdracht gegeven het op te
zoeken, maar het is nergens te vinden. In het belang van
de bouwvergunning verzoekt spreker de Raad het voorstel aan
- te -