- 18 Januari 1955 - - 14. water door het raam op straat te werpen, waarbij de lich telijk misleidende roep "Gare 1'eau" de voorbijganger moest waarschuwen. Dit gebeurde niet met de door de hof houding van de Zonnekoning geproduceerde afvalstoffen. Deze werden op trappen en portalen gedeponeerd en bleven daar rustig liggen tot de Revolutie hier letterlijk en figuurlijk "schoon schip" maakte. In 1810 werd het watercloset in practisch-bruikbare constructie ingevoerd. Al spoedig spoelde men met behulp hiervan de faecaliën in de open straatgoten, welke alleen bestemd waren voor regenwater. Deze wantoestand gaf de stoot tot het aanbrengen van ondergrondse leidingen voor afvoer van afvalwater naar het openbare water. Hiermee begon in dichtbevolkte streken de verontrei niging van kleine rivieren en beken. Nog ernstiger werd dit, toen na 1850 en vooral na 1900 de industrie een grote opbloei kreeg, dank zij de vele uitvindingen.Mede als gevolg daarvan breidden de grote steden zich sterk uit. Men kreeg zodoende plaatselijk grote ophoping van huis houdelijk afvalwater, naast industrieel afvalwater. In de loop der jaren zijn zo talloze oppervlaktewateren als sloten, beken en kleine rivieren in Nederland verworden tot open riolen. Voor de stijgende waterhoeveelheidbenodigd voor drinkwatervoorziening en als bedrijfswater voor de in dustrie, kan men niet altijd blijven putten uit de voor raad grondwater. Meer en meer zal men moeten overgaan tot gebruik van oppervlaktewater voor deze doeleinden. Dit is thans reeds het geval met de drinkwatervoorziening van Rotterdam en zal dit in de toekomst zijn met die van Amsterdam en Den Haag. Men heeft hiertoe gezond en zuiver oppervlaktewater nodig, d.w.z, water, dat een voldoende hoeveelheid opgeloste zuurstof bevat en zodoende zelf reinigende werking bezit. Want alleen gezond water kan zijn belangrijke taak in de samenleving blijven vervullen. De vraag, waarom afvalwater moet worden gezuiverd, dient dus als volgt te worden beantwoord.0 opdat het opper vlaktewater gezond blijve of wederom worde. De bestrijding van de waterverontreiniging werpt zijn nut op velerlei terrein af, als daar zijns 1. Belangen van de volksgezondheid, namelijks a. Het voorkomen van verspreiding van besmettelijke ziek ten voor mens, dier en plant door infectieus afvalwater; b. Het voorkomen en opheffen van stankhinder door rottend water; c. Bevordering van de watersport, zoals het zwemmen, het zeilen enz. 2. Drinkwatervoorziening van de mens. 3. Drinkwater voor het vee; gelukkig komt de boerenstand steeds meer tot het inzicht, dat het drinkwater voor het vee niet veel slechter mag zijn dan dat voor de mens. 4. Zuiver sproei- en gietwater voor land- en tuinbouw, ter voorkoming van verontreiniging van vruchten als tomaten ed 5. Visserijbelangen. Om te kunnen leven hebben de meeste vissen 5 mg.sommige 3 mg. zuurstof per liter - water -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen B&W Soest | 1955 | | pagina 76