r
17 juni 1957- 76.
van Gedeputeerde Staten. Voor uitgaven boven de 10.000,-- heeft
de gemeente een machtiging nodig van Gedeputeerde Staten en voor
investeringen van meer dan een ton ook nog een investeringsverklaring
van het rijk. Zelfs wanneer Den Haag de urgentie van het werk inziet,
blijft bestaan de vraags Hoe komen wij aan het geld? Het is misschien
mogelijk kasgeld te lenen, maar dan moet men dit weer aflossen, zodat
men van de ene moeilijkheid in de andere komt. Dit alles neemt niet
weg, dat de raad het besluit moet nemen. Afgewacht moet dan worden,
wat er uit de bus zal komen. Het college zal dezer dagen contact op
nemen met de Bank voor Nederlandsche Gemeenten om te trachten van
deze zijde steun voor dit project te ontvangen.
Ivlovrouwr LANDWEER-de Visser zegt, dat "wanneer alles in kannen en
kruiken is, maar wanneer alleen het geld niet aanwezig is, de bouw
dus niet doorgaat. Zij ziet dan de rioolwaterzuiveringsinstallatie
niet zo gauw verrijzen.
De wethouder VAN DEN AREND wijst er op, dat de gemeente op het
ogenblik de ministeriële goedkeuring voor de Maatweg heeft, terwijl
daarvoor geen geld beschikbaar is.
Mevrouw POLET-Musler meent, dat de voorzitter twee vergaderin
gen terug in antwoord op haar positieve desbetreffende vraag heeft
toegezegd een principiële bespreking over premieleningen in de volgen
de vergadering aan de orde te zullen stellen.
De VOORZITTER dankt mevrouw Polet voor het opfrissen van zijn
geheugen. De zaak is hem door het hoofd gegaan, maar van een gebrek
aan respect voor de wensen van de raad, als waarvan de heer Oranje
heeft gesproken, is geen sprake.
De heer ORANJE zegt allerminst de bedoeling te hebben in te
grijpen in de leiding van de voorzitter. Maar indien deze aanleiding
had om van een toezegging af te komen, zou hij het op prijs hebben
gesteld, indien daarvan mededeling ware gedaan.
De VOORZITTER zegt geen enkele aanleiding te hebben gehad om
van een toezegging af te komenf er is eenvoudig niet aan gedacht.
De heer ORANJE is bevredigd door de toelichtingen van wethouder
Van Zadelhoff. Hij vond het niet geheel juist, dat het voorstel aan
de raad is voorgelegd zonder er op te zinspelen, dat het slechts om
een formeel besluit gaat, teneinde te gelegener tijd paraat te kunnen
zijn. Voorkomen moet worden, dat naar buiten onjuiste verwachtingen
worden gewekt.
De heer Van Zadelhoff heeft gezegd, dat de vroegere ramingen
er geheel naast zijn geweest; spreker moet toch aannemen, dat zij niet
geheel uit de lucht gegrepen waren. Wanneer spreker moet aannemen,
dat de vroegere ramingen zonder kennis van zaken zijn opgezet, weet
hij niet, of hij de huidige begroting wel helemaal au sérieux kan
nemen, al is een begroting nog iets anders dan een raming.
De heer SCHAAFSMA wijst er op, dat een riolering voor de ge
meente Soest meer dan broodnodig is, zodat het de taak van de ge
meenteraad is tot het tot stand brengen daarvan te besluiten. Wordt
de uitvoering van een dergelijk besluit door hogere instanties niet
toegestaan, dan valt de verantwoording daarvoor op deze instanties.
Het verdient alle respect, wanneer de heer Oranje de zaak van twee
kanten bekijkt en in zijn binnenste doet ieder raadslid dat. Maar
naar buiten optredende moet de raad duidelijk stellen hetgeen hij
wenst te bereiken en de gehele bevolking dient daaraan mede te werken.
Alleen dan is slagen mogelijk, maar wanneer men zelf al bezwaren
naar voren brengt, is het een verloren zaak.
De wethouder VAN ZADELHOFF heeft de opmerkingen van de heer
Oranje niet als argumenten tegen het voorstel beschouwd. Voor die
opmerkingen was hij dankbaar, omdat zij hem gelegenheid hebben gegeven
- in -