30 januari 1957 - 12. in de bomen. Het is een onhoudbare toestand. Men is bezig de weg te betegelen. Het is echter verschrikkelijk, zoals de jeugd zich beijvert de tegels te vernielen. In de tijd van de rioolaanleg zag men jongens van 12 tot 14 jaar met de rioolbuizen sjouwen, waarbij men verstomd stond over het feit, dat deze knapen in staat waren de dingen te verplaatsen. Spreker vindt het zeer dienstig, dat het desbetreffende stukje bos voor speelterrein bestemd wordt, waar de jeugd verantwoord zal \<vorden opgevangen. Men kan hier overi gens nauwelijks van een bos spreken, want het is vre selijk verwilderd. Natuurlijk zijn er wel enkele be woners, die hun terrein behoorlijk verzorgen. Daartoe behoort zeer zeker het mederaadslid, dat zoeven het woord voerde. De heer HILHORSTs Maar hij zit hier niet voor zichzelf De heer SCHAAFSMA zegt, dat alles met elkaar dit terrein echter een chaos is. Er woont bijvoorbeeld een dame, die ook in de stukken wordt genoemd., wier ter rein jammerlijk is om aan te zien. Spreker zal de dag prijzen, dat de zaak daar wordt afgebroken ten behoeve van het terrein, waar de kinderen enige orde en tucht zal worden bijgebracht. Het is bovendien niet in te zien, dat daardoor schade ontstaat. Degenen, die een stuk terrein moeten afstaan, krijgen daarvoor een behoorlijke vergoeding. Er heeft reeds iemand zich bereid verklaard vrijwillig zijn grond af te staan. Dat is een verstandig man. Wanneer men zou ingaan op het betoog van de heer Clemens, zou dat grote schade betekenen voor de opvoe ding van de jeugd in deze omgeving. Deze speelplaats is niet alleen van belang voor de kinderen van de Ge neraal Spoorstraat en Kampweg. Het is voor de gehele buurt van belang, dat het desbetreffende terrein tot een ordelijk geheel wordt gemaakt. Bovendien kan de speelplaats worden gebruikt door de kinderen die iets zuidelijker wonen. Met hot oog op het verantwoord op vangen van het toenemende aantal kinderen en gezien de groeiende baldadigheid, beveelt spreker net volle sympathie het voorstel van b&w aan. De heer VAN WELY zegt, dat de bezwaarschriften onder 95 10 en 14 afkomstig zijn van mensen wier bedrijf door het afstaan van grond voor de speelplaats ernstig wordt geschaad. B&W kunnen aan de bezwaren van deze mensen niet tegemoetkomen. Is de schadevergoedings regeling van dien aard, dat de betrokkenen in de gelegenheid worden gesteld op een ander terrein hun bedrijf voort te zetten? De heer PIEREN zegt naar aanleiding van het betoog van de heer Clemens, dat men zich moet realiseren, dat het Nederlandse volk in 1980 met 3.500.000 mensen zal zijn uitgebreid. Vooral in de randstad Holland, waar Soest vlak tegenaan ligt, zullen de mensen zich opeen- hopen. Uit diverse sociologische rapporten blijkt, dat men voor landen als België, Frankrijk en Luxemburg tot 1980 een toename verwacht van ongeveer 170.000 mensen. Over 25 jaar zullen Utrecht en Soesterberg aan - elkander -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen B&W Soest | 1957 | | pagina 24