- 22 oktober 1957 - 125.
schoonheidscommissie niet voldoende waarborg heeft, dat er
op esthetische wijze zal worden gebouwd. Anders zou de
raad moeten vastleggen, voor welke categorieën de eis
"onder architectuur" wel geldt en voor welke categorieën
nie t
De wethouder VAN ZADELHOF!1 acht deze eis alleen nodig
voor de categorieën VII en VIII van het uitbreidingsplan.
De dienst bouw- en woningtoezicht kan er, zonder te worden
uitgebreid, geen toezicht op houden, of de eisen van de
architect worden nagekomen, maar wanneer onder architectuur
wordt gebouwd, ziet de architect er zelf op toe, hetgeen
voor Vredehof e.d. zeker gewenst is, maar voor andere
categorieën niet noodzakelijk.
De heer ORANJE meent, dat iemand die grond kan kopen
en een architect opdracht kan geven, zelf wel kan beoorde
len, of toezicht van de architect al dan niet noodzakelijk
is. Hij wil in deze de principaal vrij laten. Hij acht het
minder juist dat de gemeente, omdat zij de grond verkoopt,
eisen stelt betreffende toezicht door de architect. Iets
anders zou het zijn, indien het een algemene maatregel ware.
De wethouder VAN ZADELHOFF acht het van belang aan de
huizen op bepaalde terreinen hoge eisen te stellen, zowel
in het belang van de omliggende huizen als van de gemeente
als eigenaresse van de grond. Moeilijkheden hebben zich
nooit voorgedaanjiedereen is bereid geweest onder architec
tuur te bouwen. Maar zou grond in handen komen van een
eigenbouwer, dan zou deze van een architect een prent kun
nen vragen en kunnen bouwen zonder dat er verder een archi
tect aan te pas komt.
De heer ORANJE is er thans van overtuigd, dat het voor
bepaalde gronden wenselijk is de bepaling "onder architec
tuur" op te nemen, eb ar zou dan door de raad vastgelegd
willen zien, voor welke categorieën gronden deze bepaling
dan altijd zal gelden en voor welke categorieën niet.
De VOORZITTER zegt toe, dat B&W een nota zullen
opstellen, waarin vermeld worden de gronden, waarbij B&W
voornemens zijn aan de raad voor te stellen in de verkoopvoor
waarden de bepaling "onder architectuur" op te nemen. De
raad kan dan in ieder geval afzonderlijk beslissen of hij
ermede akkoord gaat. Het zal dus zijn een nota, waarin het
beleid van het college ten aanzien van te verkopen gronden
wordt vastgelegd. Het is beter het niet te omschrijven in
categorieën van bebouwing en het gaat alleen om gronden die
eigendom van de gemeente zijn.
Het onder volgnr.184c vermelde voorstel wordt in deze
zin gewijzigd, dat daarin wordt opgenomen de bepaling,
"dat op de te verkopen grond/binnen twee jaar na het passeren
van de definitieve akte een woning moet worden gebouwd,
zulks op straffe van een boote van 8.000,--", maar niet
de woorden "en onder architectuur".
Het aldus gewijzigde voorstel wordt zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
d. voorstel tot verkoop van grond gelegen aan de Foekenlaan
aan JDonkersloot (1-4885)
Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofde
lijke stemming aangenomen.
185. Voorstel tot oninbaarverklaring van posten over het dienst
jaar 1957.
Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofde
lijke stemming aangenomen.
- 186. -