- 22 maart 1957 - 59-
te overwegen voor de nog" resterende wedstrijden van de
lopende competitie. De commissie is algemeen van mening
dat hier een taak ligt voor de Sportfederatie om bij een
en ander te bemiddelen.11
Spreker stemt de heer Yan ïïely toe, dat in het voor
stel ten onrechte over van gemeentewege aangelegde sport
velden wordt gesproken, omdat alleen het tweede veld door
de gemeente is aangelegd.
De heer YAN WELY: Het was geëgaliseerd door die parti
culier
De wethouder VAN ZADELHOEE; Maar ook niet meer dan
dat
De gemeente had alleen te maken met het contract tus
sen de heer Bergers en S.E.C. Zij heeft voorgesteld dit
contract te ontbinden, waarmede de beide partijen onmid
dellijk akkoord zijn gegaan. De gemeente heeft gepoogd de
velden in bezit te krijgen, maar daar zaten familiemoeilijk
heden tussen. Met hetgeen de hoer Yan Wely heeft aange
voerd heeft de gemeente echter niet te maken» S.E.C» blijft
de terreinen huren, maar de huur is van 200,op 350,
gebracht, omdat het onderhoud van de beide velden erin is
begrepen.
De heer YAN WELY zegt, dat het contract van S.E.C.
met de particulier nog altijd bestaat.
De wethouder YAN ZADELHOF!1 zegt, dat de gemeente met
dit contract niets heeft te maken. De opstallen zijn in de
huur niet begrepen; de gemeente verhuurt en onderhoudt
alleen de sportvelden.
De heer V^N WELY maakt bezwaar tegen de clausule vol
gens welke de heer Bergers de kleedkamers moet onderhouden
daar deze aan een particulier behoren. Dat klopt z.i. óók
niet.
De wethouder YAN ZADELHOFF ziet niet in, waarom niet.
De heer YAN WSLY wijst er op, dat S.E.C. haar finan
ciële verplichtingen niet is nagekomen.
De wethouder YAN ZADELHOEP merkt op, dat de gemeente,
wanneer zij met een vereniging een contract sluit, niets
heeft te maken met contracten tussen deze vereniging en
derden.
De heer YAN WELY zegt, dat de particulier een oprol
bare grasmat heeft gelegd.
De wethouder YAN ZADELHOEE: Men kan een grasmat
toch niet oprollen?
De heer YAN WELY: Dat weet ik niet: Spreker vraagt
of de contracten tussen S.E.C. en bedoelde particulier
zijn geannuleerd.
De wethouder VAN ZADELHOEE zegt nogmaals, dat de
gemeente met die particuliere contracten niets heeft te
maken.
De VOORZITTER onderstreept dit. Een "oprolbare"
grasmat kent spreker niet en men kan het gras niet weg
halen zonder een deel van de grond mee te nemen, die in
ieder geval geen eigendom van bedoelde particulier is.
De heer KLARENBEEK vraagt of B.D.C. schriftelijk
bevestiging kan krijgen.
De wethouder YAN ZADELHOEE leest nog eens voor, dat
S.E.C. heeft moeten antwoorden, dat het niet kon in het
seizoen. Er is een beperkende "bepaling die er niet bij
- stond -