-11 februari 1958 -
12.
de voorzitter gezegd, dat de Groen van Prinstererschool
aan de Groen van Prins tererstraat en de Willibrordusschool
aan de Sint Willibrordusstraat ligt, maar deze straten
zijn niet naar de scholen genoemd. De Sint Willibrordus-
straat was er reeds voor de oorlog en de Willibrordusschool
is na de oorlog gebouwd; de Groen van Prinstererstraat
heeft in 1950 haar naam gekregen en de Groen van Prinste-
rerschool is in 1951 gebouwd.
Door als beginsel te aanvaarden, dat de naam van de
straat bij die van de in zo'n straat gelegen school moet
passen, legt de raad zich voor de toekomst vast. Welke
naam een schoolbestuur ook voor een school zou kiezen,
het gemeentebestuur zou die naam voor de straat moeten over
nemen. Het schoolbestuur is dan in zijn keuze vrij, maar
het gemeentebestuur niet. Spreekster wil tegen een dergelijke
opvatting protesteren en zij wenst dit nu te doen, in het
algemeen, want wanneer zij ermede zou wachten tot zich een
concreet geval voor doe "t^zuZlm zi \h misschien enige volks
groepen miskend voelen.
De heer CLEMENS wil de verleiding weerstaan om op het
theologisch betoog van mevrouw Landweer-de Visser in te
gaan, al zou daarover wel een en ander zijn te zeggen. Hij
wil slechts de heer Van Andel er op wijzen, dat Sint Barbara
de patrones is van een vereniging van katholieke en ook
andersdenkende artillerieofficieren.
Spreker gaat akkoord met het voorstel van B&W.
De heer Brouwer verlaat de vergadering.
De heer 0RAWJE stelt er naar aanleiding van hetgeen
mevrouw Landweer aan het persoonlijk adres van de voorzit
ter heeft gezegd prijs op te verklaren, dat hij - en ver
moedelijk niet hij alleen - waardering heeft voor de wijze
waarop de voorzitter afstand heeft genomen van de verschil
lende inzichten in de raad en die - afgezien van zijn per
soonlijk inzicht, dat spreker niet aangaat - objectief
heeft bekeken.
De kwestie van de naamgeving heeft voor spreker als
liberaal niet de principiële zijde als zij bij voorbeeld
voor mevrouw Landweer-de Visser heeft.
De wethouder VAN DEH AREND is dankbaar, dat mevrouw
Landweer en de heer Van Andel een principieel geluid hebben
laten horen, temeer omdat een principieel geluid in de
raadsvergaderingen zo weinig wordt gehoord. Dit is overi
gens wel te verklaren. De gemeentepolitiek is in hoofdzaak
praktische politiek, terwijl de hogere regeringsorganen als
Eerste en Tweede hamer, die de landsbelangen in hun geheel
behartigen, veel meer in staat zijn ook principiële poli
tiek te voeren.
Haar sprekers overtuiging dienen de protestants-chris-
telijken een politiek te voeren, die wordt gedragen door
het beginsel, waarvoor zij de richtlijnen vinden in de
Bijbel. Het is naar sprekers overtuiging jammer, dat be
trekkelijk kleine, onbelangrijke dingen aan dit beginsel
worden geconfronteerd. Het betoog van mevrouw Landweer was
een betere zaak waardig en spreker meent zich van het door
haar en door de heer Van Andel verdedigde standpunt te moe
ten distanciërenDe naamgeving van een straat is voor
spreker geen principiële kwestie. Door zijn stem aan het
voorstel van het college te geven beweert hij niet enige
- waarde -