- 17 april 195 8 -
niet of er van andere gemeenten verzet is gekomen, en dat
gaat hem ook niet aan. Als raadslid met eigen verantwoordelijk
heid is het zijn taak de belangen van de gemeente Soest te be
pleiten zoals hij die ziet en niet zoals het wordt gezien door
andere gemeenten. Ook wanneer het geen succes heeft, kan het
gebaar alleen zijn waarde hebben.
De wethouder VAN DEN AREND is van oordeel, dat de tegenstrij
digheid, die de heer Oranje tussen sprekers standpunt en dat
van de voorzitter meent te zien, er niet is. Spreker heeft wel
degelijk gezegd, dat bij het publiek de overtuiging heerste, dat
het gehele bedrag voor woningbouw zou dienen. In zoverre wil
hij toegeven, dat het misleidend was, maar hij wil dit niet de
minister van financiën in de schoenen schuiven. Het gehele be
drag is bestemd voor woningbouw; 40$ moet worden gebruikt voor
het aflossen van vlottende woningbouwschuldmaar gemeenten die
geen vlottende schuld hebben", mogen het gehele bedrag voor wo
ningbouw gebruiken. Wanneer echter kapitaalobjecten niet zijn
gedekt, moet dit in de allereerste plaats gebeuren.
Wat praten met de Bank voor Nederlandsche G-emeenten betreft,
wijst spreker er op, dat de lening onder bepaalde voorwaarden
wordt aangeboden en dat de gemeente ze zonder meer kan weigeren,
hetgeen spreker echter moet ontraden.
De heer ORANJEs kunt toch ook een tegenvoorstel doen?
De wethouder VAN DEN AREND zegt, dat het college met de
Bank voor Nederlandsche G-emeenten de prettigste ervaringen heeft.
Er is geen enkele reden te veronderstellen dat zij niet te goe
der trouw zou zijn, integendeel! Ook ten opzichte van de gemeente
Soest neemt de bank een zeer welwillende positie in. Door te
vragen of het gemeentebestuur wel aan kan op hetgeen in de cir
culaire staat, zou het college naar sprekers overtuiging op de
verkeerde weg zijn.
De VOORZITTER zegt het in eerste instantie met de heer
Oranje wel eens te zijn, dat de uitgifte van de rentespaarbrie-
ven enigermate misleidend is geweest, maar dat men de zaak toch
ook niet te theatraal moet opvatten. In het begin liep het he
lemaal niet erg goed tot mensen die financieel wat meer deskundig
waren, tot de conclusie zijn gekomen, dat het voor mensen met
een groot inkomen voordeliger was rentespaarbrieven te kopen
dan obligaties van 6$. Van het laatste moest men zoveel afstaan,
dat er van voordeel van die hoge rente weinig sprake was.
De 6$ van de rentespaarbrieven wordt echter geaccumuleerd uit
gekeerd en dat geldt geen 60 h 70, doch slechts 20 èi 40$. Op het
laatste ogenblik is er een vrij grote hausse in de rentespaar
brieven gekomen, die werden genomen, niet om de woningbouw te
doen slagen, maar omdat men er financieel voordeel in zag.
De heer ORANJEs Maar zij hebben van de voorkeursclausule
gebruik gemaakt.
De VOORZITTER voelt er voor het voorstel aan te nemen en
bij de Bank voor Nederlandsche G-emeenten te informeren of de
condities waaronder de bank heeft geleend en de condities voor
de gemeente gelijk kunnen worden getrokken.
De heer VAN ANDELs Dan moet het voorstel worden aangehouden.
De VOORZITTER acht dit niet nodig. Als de condities veran
deren, zal de zaak opnieuw in de raad moeten komen en kan het
nu aan te nemen voorstel worden ingetrokken.
De heer VAN ANDEL vindt het dan toch beter het voorstel nu
aan te houden.
De VOORZITTER vindt dit niet tactisch en is het met de heer
Van Andel eens, dat de gemeente niet veel kans maakt.
De heer ORANJE kan zich hierbij aansluiten.
- Hierna. -