~~~29 September 1927,--- 172. is.Volgens de Vet worden 40 leerlingen voreisaht, doch deze school zal wel zeer zeker door 70 a 80 leerlingen bezocht Y/orden. Er zijn vele ouders, die hunne kinderen van de school in de Spoor straat laten overplaatsen naar de nieuwe school. Spreker wijst voorts nog op de royale houding van een liberaal wethouder te 's Gravenhagein welke gemeente een crediet werd toegestaan voor een school, welke noodig bleek te zijn, hoewel echter slechts 60 kinderen aanwezig Y/aren van de vereischte 100. Spreker dringt er op aan in Soest geen schoolstrijd te voeren. De uitspraak van de Kroon zal ten slotte ten gunste van het schoolbestuur zijn. De heer Eusch verklaart nogmaals dat hij direct voor het voor stel zou zijn, indien de zaak safe was0 Men moet de zaak van de noreele zijde bekijken, en deze is van invloed op den juridischen kant.Hier moet erkend worden dat er niet gehandeld is zoo het moet zijn. Dat de Christelijken gebruik maken van de doopbelof te, keurt Spreker niet af, maar het werken op het gemoed van een persoon vindt hij onzedelijk .Spreker hecht meer waarde aan de verklaringen van de politie, welke ambtseedig opgemaakt zijn, dan aan die van den Wethouder van Onderwijs. In deze zaken treedt telkens broodvrees en geloofsvrees naar voren. Zelfs de grootste Godloochenaar zou de lismore el c wijze, die te baat genomen is om. de handteekeningen te verkrijgen, afkeuren. Dit is de vlag die de lading dekt, of het dool dat de middelen heiligt. ©preker wil de moreele zijde sterk bezien om de zaak te behandelen. Spre ker is het eens ziet den heer De Bruijn voorzoover betreft het pressen der politie. Indien Van Leeuwen een uitgesproken voor stander der openbare school is, dan wil Spreker verklaren, dat hij ook liever had gezien dat een ander mét het onderzoek was belast geweest, teneinde een zuiver oordèel te verkrijgen,Spre ker hecht thans echter Y/aarde aan het ambtseedig opgemaakt rap port. Daar Spreker nog niet overtuigd is door de rechterzijde, kan hij niet voorstemmen; Spreker dringt er op aan eenparig tegen het voorstel van Burgemeester en Wethouders te stemmen. De heer den Bliek geeft te kennen dat hij niet beschouwd wenscht te worden tegen het voorstel te ageeren. Spreker heeft alleen een vraag gesteld, die de juridische kant van de zaak be trof, en wijst er op dat door de heeren van de rechterzijde steeds gesproken wordt van links'; Spreker vraagt of men hem ook daaronder wenscht te rekenen. De heer van Doorne merkt op dat door den heer de Bruijn we1 gezegd is dat r/e niet in het bijkomstige moeten treden, maar de questie van de handteekening van De Man is wel van belang. Wanneer deze handteekening, die geldt voor 5 kinderen, immers zuiver objectief wordt beschouwd, dan komt men tot de overtui ging dat die handteekening van nul en geonerlei waarde is. Ver klaren wij die handteekening van onwaarde, dan kan de school niet tot stand komen, daar dan het vereischte aantal van 40 kinderen niet bereikt is. Spreker zegt dat het niet tegen het Christelijk of tegen eenig ander onderwijs gaat, daar hij het het onderwijs van groot belang achtSpreker vindt dat het schoolbestuur den Baad last veroorzaakt heeft door zijne hande lingen. Het v/are beter geweest dat het bestuur de aanvrage te ruggenomen had. Spreker meent reeds vernomen te hebben dat door den Voorzitter dien raad aan het bestuur gegeven was. Spreker kan niet aannemen dat Van -^eeuwen op de menschen pressie heeft uitgeoefend, doch zou het Y/el op prijsstellen, indien in deze door den Voorzitter een onderzoek werd ingesteld. Spreker zal niet in debat treden over het gezegde dat schooi en gezin éen moeten zijn. Er zijn, volgens Spreker, genoeg voorbeelden die anders zijn. Spreker kan heel goed begrijpen dat de ouders door de huisbezoekers aan hun dobpboj ofte worden herinnerd, maar daarbij moet het blijven. Spreker vindt hot echter meer dan er gerlijk dat de menschen aan het huilen gebracht v/oraen en dat ze daarna, verzocht worden te teekenen. Spreker, die het thans moeilijk vindt een beslissing te nemen, verzoekt den Voorzitter de verklaring van De Man, welke voor den Burgemeester is gedaan, voor

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1927 | | pagina 378