--- 23 Mei 1928 --- 119. lijst, de gronden dezer gemeente, kadastraal bekend als gemeente Soest,' onder de nummers, ter grootte van en tegen de prijzen, aange geven achter ieders naam en tot een gezamenlijk "bedrag van f 879,81t, 2uiks onder de voorwaarden genoemd onder a tot en met van het ont- lerp-hesluit Pe Voorzitter zegt dat B. en in de voorwaarde sub a alsnog een kleine wijziging voorstellen, en wel in dier voege dat de huurder verplicht is'grond af te staan voor eventueels wegverbreeding tegen vergoeding der waarde van de daarop staande veldgewassen "die nog niet geoogst kunnen worden". Pe heer Busoh kan zich hiermede niet vereenigen, aangezien de huurders toch ook kosten gemaakt kunnen hehhen voor "bemesting enz. De Voorzitter merkt op dat het hier. maar slechts een geringe atrook grond kan "betreffen, en verbreeding slechts zelden voorkomt. De heer Busch vindt de waardebepaling van den grond eigenaardig. Zoo zijn de huurprijzen van grond liggende aan de Bosstraat hooger dan die van grond liggende aan Laanstraat, Beetzlaan en Lange Brink- weg, terwijl laatstbedoelde gronden veel beter zijn. Spreker acht het gewenscht dat hiermede in den vervolge rekening gehouden wordt. Wethouder Koenders zegt dat de gronden door de betrokken commissie zijn geschat. De heer van den Breemer meent dat het verschil wellicht ontstaat tusschen pacht en huur. De Voorzitter zegt dat rekening gehouden kan worden met het door den heer Busch opgemerkte, en dat dit aan de schattingscommissie ter beoordeeling overgebracht zal worden. Het besluit wordt daarna zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. 84.BELASTINGEN(3e afd,nr. 15-2-29 Vaststelling van het volja.ars kohier Hondenbelasting 1928, Zonder beraadslaging en zondex* hoofdelijke stemming wordt het kohier vastgesteld tot een bedrag van f 4682,-. 85.EIGENDOMMEN. (3e afd. nr.5-1-67). Opnieuw behandeling van het adx-es van J.Vos, pensionhouder al hier, verzoekende hem een gedeelte der wegens aankoop van gemeente- grond betaalde registratiekosten terug te betalen. Be heer Grootewal zegt van Vos vernomen te hebben dat deze zijn licht had opgestoken bij den heer van Vliet. Als gevolg van deze inlichtingen had Vos geen verdere stappen gedaan. Het is gebleken dat de heer van Vliet onjuiste inlichtingen heeft gegeven hetzij te goeder trouw, hetzij dat hij niet voldoende met een en ander op de hoogte was. Het gaat niet aan dat een leek het slachtoffer moet worden door een onjuiste inlichting van een ambtenaar. Het ligt niet °P den weg van den Haad om Vos geheel aansprakelijk te stellen. Spreker meent dat de gemeente hier een fout moet erkennen en de con sequenties moet dragen. Be heer Busch meent dat deze zaak in de vorige vei-gadering werd aangehouden opdat een nader onderzoek zou worden ingesteld. Dezelfde [Stukken lagen thans ter inzage. Spreker had gedacht dat de betrokken personen gehoord zouden zijn, en dat B. en W. beter geprepareerd naar oren waren gekomen. Gezien de stukken kan Sprekei" niet van zienswijze eranderen. Spreker hoopt het oordeel van den heer Dammers te mogen ernemen, die als notaris wel de noodige inlichtingen zal willen er3trekken. Waar- in de vorige vergadering den heer van Vliet is be- w;^ Spreker gaarne nu eens weten of een bepaald persoon zn v ^ceft, Baarom had Spreker juist van B. en W. een ernstig onder— ek verwacht voor een dergelijke ernstige fout. De

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1928 | | pagina 274