- 30 Mei 1930 -
78.
De heer Grootewal meent dat mex de tramdirectie toch wel
iets te bereiken zal zijn; de plaatsing kan voor gezamenlijke
rekening geschieden.
De Voorzitter zou het beter vinden om dan het aanwezige
bord, waarop vermeld staat Pas op voor de tram te verlichten.
Spreker zegt in elk geval een onderzoek toe.
De heer Grootewal verzoekt voorts aan de Amersfoortschestraat
nu eindelijk eens borden te plaatsen met het opschrift Slipge
vaar"
De Voorzitter zegt dat voor een dergelijke plaatsing toe
stemming van het Rijk vereischt is.
De heer Grootewal meent dat het Rijk tegen deze plaatsing
toch geen bezwaren kan hebben. Spreker vestigt er voorts de aan
dacht op dat bij raadsbesluit van 10 Februari j.1. inzake ruiling
van grond met M.Scheffer is bepaald dat de kosten van verplaatsing
der afscheiding tusschen den weg en de desbetreffende peroeelen,
welke kosten worden begroot op ongeveer 75,= zullen komen
voor rekening der gemeente, terwijl de heer Scheffer de daarvoor
benoodigde materialen zal leveren. Spreker is van oordeel dat aan
1 arbeidsloon reeds een veel hooger bedrag uitgegeven zal zijn,
terwijl den Raad geen verhooging van crediet gevraagd is.
Wethouder Koenders belooft een onderzoek te zullen instellen.
De Voorzitter zegt dat een kostenberekening omtrent de ar-
[beidsloonen overgelegd zal worden.
De heer Grootewal is van oordeel dat de meerdere kosten door
Iden betrokkenedie opdracht tot uitvoering gaf
worden.
betaald moeten
De heer van Doorne vraagt waarom het noodig is telkens tegen
Iden heer Belt proces-verbaal op te maken in verband met het dansen
in zijn localiteit. Waar Belt eenmaal bekeurd is, is de zaak toch
principieel uitgemaakt.
De heer Busch vindt het onbillijk dat de eene caféhouder wel
nag laten dansen, terwijl aan een ander geen vergunning wordt
[verleend
De Voorzitter zegt een onderzoek toe.
De heer Doorman vraagt of hem al iets medegedeeld kan worden
de door hem in de vorige vergadering gestelde vraag omtrent de
zonder vergunning geplaatste ontsierende reclameborden in deze
gemeente. Voorts wijst Spreker er op dat dezer dagen weer een re
clamebord van een rozenkweekerij bij het station Soestdijk is ge
plaatst. 4e
De Voorzitter zegt dat hij een rapport omtrent --reclameborden
van de politie tegemoet ziet. Het bord bij het station is met
vergunning van B. en W. geplaatst.
De heer Doorman vraagt voorts of spoedige verwijdering van
de schutting aan de van VYeedestraat te verwachten is.
De Voorzitter zegt dat tot de eigenaren een aanschrijving
is gericht om die schutting te verwijderen. Aangezien aan deze
aanschrijving geen gevolg is gegeven, is proces-verbaal opgemaakt.
De heer Doorman zegt met verwijzing naar art.180 der Gemeen-
Jtewet, dat verwijdering der schutting van gemeentewege kan plaats
«hebben,en wel op kosten van den overtreder.
De Voorzitter zegt dat eerst op een rechterlijke uitspraak
gewacht wordt.
De
b-