25 Maart 1951 51 vallen voor de andere ambtenaren stootend kan zijn, zegt Spreker van oordeel te zijn, dat voldoende blijkt, dat een verhooging van salaris voor de hier bedoelde personen ge wettigd is. De heer Gasille zegt dat hij in 't algemeen kan instem men met hetgeen door den heer Doorman gezegd is. Spreker geeft in overweging deze zaak in handen te stellen van de vroegere commissie, die destijds de salarisregeling heeft voorbereid. Dan kan die Commissie nagaan welke salarissen naar haar oor deel verandering moeten ondergaan- De Voorzitter wijst er op dat het hier alleen de kwes tie betreft inzake het toekennen van twee periodieke ver hoogingen aan deze ambtenaren, en het in uitzichtstellen eener salarisherziening. Spreker heeft echter geen bezwaren om een verdere salarisherziening in handen te geven *nn de- Commissie, door den heer Gasille bedoeld. De heer Gasille acht het niet gewenscht nu reeds een be slissing te nemen op eene salarisherziening der beide ambte naren, daar het dan een vooruitloopen zou zijn op de beslis singen van later. Spreker geift daarom in overweging nu reeds de zaak in handen der Commissne te geven. De Voorzitter zegt dat het er nu om gaat of de Raad het werk der beide ambtenaren apprecieert door toekenning der periodieke verhoogingen. Een nadere regeling kan door de Commissie onder oogen worden gezien; wellicht behoeft dan alleen het maximum verhoogd te worden. Wanneer men thans pe riodieke verhoogingen toekent, behoeft de maximum-wedde op dit oogenblik niet verhoogd te worden. Wethouder Endendijk meent dat het bezwaar van den heer Gasille niet opgaat. Zooals de Voorzitter heeft te kennen gegeven, zal in de toekomst het maximum verhoogd moeten worden; B.en W. hebben thans de bevoegdheid periodieke ver- hoogingen toe te kennen. Ten opzichte van de salarieering van den Technisch-ambtenaar bij het Gasbedrijf, merkt Spre ker op, dat men aanvankelijk aan een ander ambtenaar heeft gedacht, n.1. aan een flinkem werkman. Thans heeft men aan het hoofd een ambtenaar, die het bedrijf tot ontwikkeling heeft gebracht, en die .speciale geestesarbeid verricht, welke het bedrijf ten goede komt. De Gascommissie was eenpa rig van oordeel^ dat een salarisherziening voor dien ambte naar op billijke gronden in uitzicht gesteld moest worden. De heer van Klooster zegt dat hij gedacht had, dat de Raad het gewaardeerd zou hebben, dat B. en W. met deze voor stellen kwamen. Wanneer de beide ambtenaren de gemeente zou den gaan verlaten, zou B. en Ween verwijt gemaakt kunnen worden, dat geen pogingen waren gedaan om hen hier te houden.' Spreker kan zich vereenigen met het uit den Raad gekomen voor stel om de zaak opnieuw te laten behandelen door de desbe treffende commissie. De heer Grootewal meent dat het een eigenaardige indruk zou geven voor B. en V/. en den Raad als gewacht werd met de appreciatie voor het werk tot deze ambtenaren de gemeente zouden verlaten. Spreker wil dan ook de voorgestelde vc-rhoo— gingen toestaan, en de geheele salarisherziening in handen geven der Commissie. De Voorzitter wil nu in stemming brengen het voorstel van B. en W. om twee extra periodieke verhoogingen toe te kennen

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1931 | | pagina 138