29 April 1931 88. Wethouder Endendijk zegt van oordeel te zijn dat God»Staten wel geen goedkeuring zullen hechten aan de toekenning van een bedrag van 1000,= ineens. Spreker wil daarom een akere sub sidie geven zooals deze ook vroegere jaren lang werd gegeven als toeslag op de ziekte-verzekering der werklieden. De ar beiders der door Spreker bedoelde ziekenkas ontvingen een toeslag van 100$ op de te betalen premie. Spreker wil dan ook in dezelfde lijn blijven bij deze groep van menschen. Spreker gelooft dat het standpunt van B. en W. om een subsidie, toe te kennen gelijk aan 25$ der door de Vereeniging te ontvangen pre mies, zuiver is. De heer Doorman zegt dat de premie, welke betaald wordt door de betrokkenen, klaarblijkelijk veel te laag is.Spreker voelt er wel iets voor om die groep van menschen eenigszins te helpen, doch onder voorwaarde dat de deelnemers in het fonds ook hun premie met 25$ verhoogen. Spreker kan dan met het voorstel van B. en W. meegaan. De heer Busch vreest, dat wanneer men een subsidie ver leent, men een permanente ondersteuning zal verkrijgen, omdat de premie te laag is. Spreker blijft voorts van oordeel, dat de groote boeren niet geholpen hebben. Wanneer men een gift ineens geeft, worden ook de rijke boeren geholpen, en dat is Sprekers bedoeling niet. Waar de premie veel te laag is, en zelfs de groote man met de voorgestelde regeling gebaat is, wil Spreker een andere, en een zoodanige regeling treffen, dat alleen de kleinere boeren worden geholpen. Spreker gelooft dan ook dat de beste oplossing is, dat de Vereeniging liquideert, en dat de kleine man gesteund wordt. Duidelijk is toch gebleken, dat de premie minstens verdubbeld moest zijn. De heer Pronk wil er even op wijzen, dat de heer Busch er vierkant naast is. De groote boeren helpen zeer zeker de kleine boeren, door lid van die Vereeniging te blijven. De Voorzitter licht het voorstel van B. en W. nog eens toe. Er zijn nu omstandigheden, dat de vereeniging, die reeds 26 jaren bestaat, moet worden geholpen, en zulks kan het beste geschieden doof het verleenen van een toeslag op de premie van 25$. Hier moet uitgeschakeld worden of men rijk of arm is. Voor de kleine boeren is het van belang, dat de Vereeniging in stand blijft. De heer de Bruijn meent dat het particulier initiatief gesteund moet worden. Spreker voelt veel voor het voorstel van den heer Doorman, nl. toekenning van een subsidie van 25$ op de premie, mits de betrokkenen ook hun premie met 25$ verhoogen, terwijl de subsidie-verleening zal moeten ophouden, zoodra de reserve 1000,= bedraagt. De Voorzitter merkt op, dat dus voorgesteld wordt aan alle verzekerden 25$ toeslag op de bestaande premie te geven, onder voorwaarde dat de verzekerden ook hun premie met 25$ verhoogen. De heer Grootewal stelt voor te besluiten dat de gemeente voor het eerstvolgend jaar 50$ zal betalen in de kosten voor het sluiten eener herverzekering bij een andere Maatschappij. Spreker wil te dezer zake echter eerst nadere voorstellen on der oogen ziaa Wethouder Endendijk vraagt of het niet gewenscht is. dat de Raad zich uitspreekt om de zaak te steunen. De Vereeniging weet dan waar ze aan toe is. Omtrent het voorstel van den heer Grootewal

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1931 | | pagina 212