17 December 1931 304.
De Voorzitter zegt dat hierin geenszins opgesloten ligt
dat het definitieve salaris wordt voorgesteld op 1200,=.
De post wordt hierna vastgesteld.
Volgno» 34. Keur- en slachtloonen.
De heer Gasille informeert naar de verhooging van dezen
ontvangstpostDe werkelijke ontvangsten bedroegen volgens de
laatste rekening 5«928,55, terwijl nu geraamd wordt een be
drag van 7o 139,37, hetgeen een verschil maakt van 1.200,=-*
De Voorzitter zegt dat het geraamde bedrag werkelijk bin
nen zal komen» Deze verhooging komt te ontstaan door de hef
fing van keurloonen op ingevoerde vleeschwaren.
De post wordt vastgesteld.
Volgno. 40. Overbrenging van het vorige dienstjaar van op dien
dienst gereserveerde bedragen in verband met uitgaven, voort
vloeiende uit hef~gaandeeren door de gemeente van hei water-
Verbruik over waterTeiding-uLtbreidingen. 1
De heer Bleeker vraagt of ook een waterleiding-uitbreiding
tot stand zal komen in den Veldweg, daar hem zulks noodig voor
komt.
De Voorzitter antwoordt dat een onderzoek heeft uitgewezen,
dat te weinig aansluitingen op die leiding tot stand zullen
komen, zoodat vermoedelijk niet tot waterleiding-aanleg aldaar
zal worden overgegaan.
De heer Gasille informeert naar waterleidinguitbreiding in
den Eikenhorstwegv
De Voorzitter zegt aldaar geen waterleiding aanwezig is,en
dat tot dusver geen verzoek om waterleiding-aanleg is ingekomen.
De post wordt hierna vastgesteld.
Volgno. 41. Kosten terzake exploitatie gemeentelijke badin
richting?"
De heer Nooder wenscht naar aanleiding van dezen post no-g
iets te zeggen, doch de Voorzitter merkt op, dat bij de behan
deling der uitgaven zonder beraadslaging is besloten tot uit
stel van den bouw van een badhuis gedurende een jaar. In verband
daarmede wordt deze post op "memorie" uitgetrokken.
De post wordt vastgesteld.
Volgno. 61. Leges voor bouwvergunningen.
De heer Busch vraagt of ook voor bouwvergunningen z.g.
legeszegels zullen worden ingevoerd.
De Secretaris licht toe, dat zulks niet mogelijk is, daar
verschillende bedragen worden gestort. Het is echter wel de be
doeling hiervoor een andere werkwijze te volgen.
Hoofdstuk XII. Belastingen.
De heer Gasille meent dat wel een pluimpje gegeven mag
worden aan hen, die het vorig jaar medegewerkt hebben om de op
centen op de gemeentefondsbelasting van 55 op 45 te verlagen,
ondanks de bestrijding van B. en W. Door dit besluit zijn B. en
W» tot zuinigheid gekomen op deze begrooting.
Volgno. 116. Ri.iksuitkeering hoofdsom grondbelasting gebouwde
eigendommen.
De heer Grootewal wijst erop, dat de grondbelasting
5.817,= hooger is geraamd dan in 1930, terwijl daarentegen
dezelfde Inspecteur der Belastingen de personeele belasting
6.690,= lager geraamd heeft. Spreker vraagt hoe dit te rijmen
is, daar toch ook door de toename der woningen de opbrengst der
personeele belasting moet stijgen. Immers de grondbelasting