28 September 1952 155*
gaat hier om de wijze, waarop de zaak behandeld is. Spreker
zal de hand nu nog eens over zijn hart sbrijken en nog eenmaal
met B. en W. meegaaio. wanneer zij zeggen en beloven, dat zulks
niet meer zal gebeuren. Het gaat niet langer aan de leden van
den Raad als stiefkinderen te bes ohouwen.
De heer Grootewax wal dan ook medelijden voor recht doen
gelden, doch dan ook alleen nog maar voor dit geval.
e heer Gasille zegt de dieren met genoegen die fontein te
gunnen, doch daar gaat het hier niet om. Ook in de vergadering
der Pinancieeie Commissie waar deze zaak besproken is, is ge
zegd dat B. en I. deze schenking niet hadden mogen aanvaarden.
De Raad moet besluiten, en in dit verband wil Spreker nog op
merken, dat een besluit van den Raad van de Bilt tot het aan
vaarden eener schenking niet is goedgekeurd door Gedeputeerde
Staten om de financieele gevolgen, welke uit die schenking
voortvloeiden. B. en W. hadden bij de aanbieding van het ont-
werp-besluit hun spijt moeten betuigen. Dit hebben ze nu nage
laten. Het is Spreker al meermalen gebleken dat B. en W. hier
niets om den Raad geven.
De Voorzitter zegt dat het. College van B. en W. er in geen
enkel geval aan denkt om iets te verbergen of te camoufleeren.
Spreker is steeds voor een eerlijke en openlijke behandeling var
alle zaken der gemeente. Spreker, die nogmaals beterschap be
looft, zegt dat in werkelijkheid eerst de schenking door B. en
W. werd aanvaard, en dat de plaatsing later zou geschieden. Vol
gens opgave zou deze plaatsing een kleinigheid moeten kosten.
Later is echter gebleken, dat de kosten belangrijk hooger waren
dan aanvankelijk werd gedacht. Een en ander was niet te voor
zien. Er was geen enkele reden om ook maar iets te verdoezelen
Spreker zegt andermaal dat hij rekening zal houden met de
wenschen van den Raad, en dat niets met opzet wordt verborgen.
Spreker, die er scherp cp zal letten dat iets dergelijks niet
meer zal plaats hebben, bevestigt ten slotte de mededeeling van
den heer van Klooster, dat zeer veel menschen en dieren van deze
fontein geprofiteerd hebben.
De heer Gasille zegt overtuigd te zijn dat de heer van
Duren de zaken openlijk wil behandelen. De Wethouder treft hier
z.i. geen schuld, doch de schuld is bij den Burgemeester en den
Secretaris. Deze behooren te zorgen dat zulks niet voorkomt,
aangezien zij routine behooren te hebben in de gemeentezaken.
Spreker verlangt stemming.
Overgaande tot stemming, wordt het aangeboden ontwerp-be-
sluit vastgesteld met 12 tegen 2 stemmen. Tegen stemden de heers
Nooder en Gasille.
126.COMPTABILITEIT (4e afd.no.21/214)
Vaststelling van een besluit tot begrootingswijziging,
dienst 1952.
De heer Gasille vraagt of volgnummer 5^5 nog op deze be
grootingswi jziging voorkomt.
De Voorzitter zegt dat B, en W- dezen post teruggenomen
hebben.
De heer Gasille zegt voorts dat op deze begrootingswijzi
ging nog een tweetal posten, nl. de volgnummers 248 en 255 voor
komen, waarop verhoogde bedragen worden gevraagd voor schrijf-
loonen