28 September 1952 158.
voornemen ligt om te bevorderen, dat in den vervolge de leer
lingen uit Soesterberg de U.L.O.Scholen te Soest zullen be
zoeken.
De heer Endendijk zegt zich met het voorstel te kunnen
vereenigen, daar het hier de uitvoering der Lager Onderwijs
wet betreft. Spreker wijst er voorts op, dat B. en W. mede-
deelen, dat het in hun voornemen ligt om te bevorderen, dat
in den vervolge de leerlingen uit Soesterberg de U.L.O.Scho
len te Soest zullen bezoeken. In dit verband zegt Spreker
dat er in Soest 1 openbare U.L.O. en 5 U.L.O.scholen van ver
schillende richtingen bestaan, en hij vraagt daarom speciaal
aan de Soesterbergsche raadsleden of ze hunne medewerking wil
len verleenen om te bevorderen dat de leerlingen van Soester-*
berg de U.L.O.scholen in Soest gaan bezoeken. De leerlingen
kunnen, voorzoover Spreker weet, de scholen te Soest zeer goed
door middel van de autobus bereiken. Zulks levert voor Soest
een belangrijk voordeel op. Men heeft wel de kosten van ver
voer te dragen, doch dan behoeft niet bijgedragen te worden in
de kosten van het onderwijs in de andere gemeente, zoodat de
gemeentekas door een dergelijke regeling ontlast zal worden.
De scholen in Soest behoeven niet meer onder te doen voor die
in omliggende gemeenten.
De heer Nooder vraagt of ieder ouder het recht heeft
zijne kinderen te sturen naar de school, welke gewenscht wordt
waarop de heer Endendijk een bevestigend antwoord geeft.
De heer Nooder merkt op, dat dus alleen een verzoek aan
de ouders kan worden gedaan om hunne kinderen naar Soest te
zenden Het is z.i.gewenscht dat niet aangedrongen wordt op
overplaatsing naar Soest van kinderen, die al eenigen tijd een
bepaalde school bezocht hebben. Spreker kan zich er wel mede
vereenigen, dat pogingen aangewend worden dat de nieuwe leer
lingen de U.L.O.Scholen in Soest gaan bezoeken.
De heer Grootewal meent dat het gemeentebestuur dan te
Soesterberg meerdere bekendheid moet geven aan de vier scholen
van diverse richtingen, welke te Soest bestaan, en voorts aan
de goede gelegenheid welke bestaat om die scholen te bezoe
ken.
De heer Busch merkt op, dat de advertenties van de U.L.O.
Scholen in de verschillende bladen toch ook onder de oogen ko
men Van de ingezetenen te Soesterberg. Spreker meent dat het
meer op den weg ligt van de Vereeniging voor Vreemdelingen
verkeer te Soesterberg om de ouders aan te sporen hunne kin
deren naar de U.L.O.Scholen in Soest te zenden.
De heer Gasille vestigt de aandacht op de kwestieswelke
zich met Baarn hebben voorgedaan ten aanzien van de kinderen
uit Soest, die destijds veelal de U.L.O.School in Baarn gingen
bezoeken» Hieraan werd een einde gemaakt, tenzij de kinderen
werkelijk in Baarn gingen wonen. Spreker vraagt of het ook niet
mogelijk is dat een bepaalde regeling getroffen wordt ten aan
zien van de kinderen te Soesterberg, waarbij dan voor toelating
in Zeist toestemming vereischt wordt van B. en W.van Soest.
De heer Endendijk deelt mede, dat met Baarn een overeen
komst is aangegaan, volgens welke alleen dan leerlingen uit
Soest in die gemeente op een openbare school mogen worden toe—
gelaten