7 April ':9J2 De heer Endendijk blijft bij zijn meening, reeds vroeger naar voren gebracht, dat E.S.V.A.C.een zekere concurrente is van de werkelijke turnclubs, die de werkelijke athletiek be oefenen. Deze veroó: 'ging beoefent een ander sc.ort athletiek dan de turnclubs. Wanneer men nu aan deze voetbalvereeniging subsidie toekent, zullen er meerdere soortgelijke vereend- gingen om subsidie aankloppen. Indien de gemeente de athletiek wil bevorderen, dan dient naar Sprekers oordeel alleen aan de turnclubs subsidie verstrekt te worden, en mogen andere ver— eenigingen, welke deze clubs concurrentie aandoen,niet gesubsi dieerd worden. De heer Grootewal zegt het niet met den heer Endendijk eens te zijn. Spreker, die een buitengewoon voorstander van de beoefening der athletiek is, meent dat de lijn niet te strak moet worden aangehaald. Deze vereeniging wil wel degelijk de athletiek beoefenen, zoodat het in het algemeen belang kan worden geacht een subsidie toe te kennen. De heer Endendijk wil de beoefening der athletiek niet benadeelen, doch waar er in de gemeente voldoende gelegenheid is de athletiek te beoefenen, wil Spreker deze vereeniging niet subsidieeren. De heer Grootewal stelt tenslotte voor aan de Vereeniging E.S.V.A.C.voor dit jaar de reeds toegekende subsidie te ver leenen, onder speciale contröle van Burgemeester en Wethou ders dat de gelden inderdaad bestemd worden voor de beoefening der athletiek. Naar aanleiding van een opmerking van eenige leden, geeft de Voorzitter in overweging nog te bepalen, dat de beoefening moet plaats hebben onder leiding van een betaald leider. De heer Grootewal neemt deze bepaling in zijn voorstel over. De heer van Klooster zal vóór dit voorstel stemmen, aan nemende dat de Raad het er mee eens is, dat de subsidie inge trokken kan worden, indien afgeweken wordt van de bedoeling van het besluit. Het voorstel van den heer Grootewal hierna in stemming gebracht, wordt aangenomen met 12 tegen 3 stemmen. Tegen stem den de heeren de Bruijn, Endendijk, en Gasille. .WATERLEIDING 1e afd,nr1260 Behandeling van een adres van H.Kleijn, verzoekende terug gave van een gedeelte der indertijd door hem betaalde kosten terzake waterleidinguitbreiding. Onder verwijzing naar overgelegde bescheiden vermeenen B. en W. dat de Raad niet moet besluiten tot teruggave van het door den heer Kleijn gevraagde bedrag ad 33,= en wel op grond, dat door hem niet is bewezen, dat door hem onder voor wendsel van "verkapte straatbelasting", voor de gelegde hoofd- buisleiding aan de gemeente meer zou zijn betaald dan inderdaad voor het totstandbrengen der waterleiding in de Middelwijk straat zoowel van hem (adressant) als van andere belanghebben den naar billijkheid is gevorderd geworden. Mitsdien stellen - B. en Wa conform ,hun voordracht van 8 Sept.1931 voor,hun Col lege te machtigen aan adressant te berichten, dat geen terug betaling kan geschieden van door hem wegens uitbreiding der waterleiding in de gemeentekas gestorte gelden.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1932 | | pagina 62