22 Mei 1935 118
het geval was, wanneer de inrichting op den Zondagmorgen geopend
zoude zijn. Waar iets ideëels ligt in de geheele opzet en men
over en weer aan verschillende bezwaren is tegemoet gekomen,ook
ten opzichte van de gemengde baden, moet men niet alleen het mate-
rieele op den voorgrond zetten. Spreker wijst er ook nog op, dat
in de omgeving zooveel te genieten is, dat zij, die 's Zondags
willen baden dit s middags wel kunnen doen.
De heer van Klooster zou het jammer vinden wanneer het perso
neel bij het natuurbad niet in de gelegenheid werd gesteld om de
Godsdienstplichten te vervullen. Spreker, die het in dit opzicht
met de heeren Busch en Endendijk eens is, betuigt zijn sympathie
met het gesprokene door deze heeren. Het heeft Spreker werkelijk
aangenaam aangedaan dat deze heeren aldus gesproken hebben.
De heer de Nies vraagt of de pachter van het theehuis ook
Zondagsmorgens moet sluiten. Het is de vraag of deze zich daarmede
wel zal kunnen vere_enigen. Spreker wil desnoods in dit geval wel
van zijn principe afwijken, alhoewel hij het jammer vindt dat men
nu weer verandering brengt in het reeds door den Raad uitgespro
ken principe van opening op den Zondag, doch dan moet men ook
eens een tegemoetkomende houding aannemen wanneer er soms iets
wordt gevraagd of verlangd ten behoeve van niet-confessioneele
groepen.
De Voorzitter zegt dat de pachter wel genoegen zal moeten
nemen met de sluiting van het theehuis op den Zondagmorgen. De
uren van openstelling van het bad zullen hem bekend moeten zijn,
en wanneer het bad wordt gesloten, is het theehuis ook niet te be
reiken.
De heer Gasille, die zich met het voorstel van den heer Groo-
tewal kan vereenigen, meent dat het personeel wel zijn Godsdienst
plichten om beurten kan vervullen. Voor de exploitatie der in
richting zou het een groot verlies zijn wanneer de Zondagmorgen
bij de openstelling zou komen te vervallen. Het zou Spreker spij
ten wanneer het bad dan niet geopend was, zoodat hij vraagt of
met het oog op de vervulling der Kerkelijke plichten door het
personeel geen regeling is te treffen. Spreker meent dat dit zeer
wel mogelijk is door een rooster van vervanging te maken. In elk
geval is wel een zoodanige regeling te treffen dat men om beurten
dienst doet. Spreker zou het jammer vinden indien de inrichting
des Zondagsmorgens gesloten zou zijn, omdat dan toch tal van
menschen gebruik van het bad willen en kunnen maken.
De heer Grootewal meent dat de heer Endendijk niet over deze
zaken kan spreken daar deze destijds zelf heeft beweerd dat hij
nimmer van een zwembad gebruik heeft gemaakt. Spreker vindt het
wel opvallend dat de inrichting juist gesloten zal zijn op de
drukste bezoekuren. Spreker verzoekt stemming over zijn voorstel
om het Natuurbad ook open te stellen op den geheelen Zondag
morgen.
De heer Busch zegt dat hij zijn stem zal motiveeren. Spreker
is het in principe met den heer Grootewal eens, doch in aanmer
king nemende de prettige resultaten, welke in de Zwemhomissie
door onderling overleg bereikt zijn, zal Spreker tegen het voor
stel van den heer Grootewal stemmen.
Het voorstel van den heer Grootewal, hierna in stemming ge
bracht, wordt verworpen met 11 tegen 4 stemmen. Vóór het voor
stel