19.
J.in overeenstemming met het advies der commissie van bijstand
Grondbedrijf de op )0 Nov. j.1. vastgestelde erfpachtscanons
voor de perceelen sectie H. no1604 en 1744, resp.in erfpacht
uitgegeven aan J.Beijer en S.Dijkstra, te handhaven, en B. en W
daarbij te machtigen adressanten te berichten, dat hun ter
voorkoming van voor hen nadeelige gevolgen in overweging wordt
gegeven den vastgestelden canon te aanvaarden.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt
het ontwerp-besluit tot het in schenking aanvaarden van een strook
grond vastgesteld, en het voorstel van B. en W. naar aanleiding
van het verzoek van H. de Ruijgt om aankoop van grondaangenomen.
Ten aanzien van de twee adressen, verzoekende herziening
van den vastgestelden erfpachtscanon, vraagt de heer Busch of de
taxatie dezer gronden binnenkort heeft plaats gehad.
De Voorzitter deelt mede dat deze erfpachtscanons in een der
laatste vergaderingen zijn vastgesteld. Deze perceelen behooren
niet tot het grondbedrijf.
De heer Busch acht de canons veel te hoog. Deze is n.1» voor
een perceel, gebracht van 2,J8 op 40,= welke sprong veel te
hoog is. Haar Sprekers meening is geen rekening gehouden met de
betrokkenen
De Voorzitter zegt dat de canon vroeger zoo laag is vastger-
steld .Thans wordt een canon voorgesteld van 4$ der boekwaarde
van den grond, hetgeen alleszins billijk is.
De heer Busch stelt voor de canons te herzien om tot een ver
laging te geraken.
De heer Gasille zegt dat deze zaak in de commidsie serieus
is bekeken, en dat het gewenscht is het genomen raadsbesluit niet
te herzien.
De heer Busch zegt dat de commissie deze zaak zeer zeker wel
zal hebben bezien, doch Spreker wil er het zijne van zeggen. De
Raad behoeft toch immers het advies der commissie niet te aanvaar
den. Spreker zegt dat de heer Gasille het doet voorkomen alsof
deze alleen op de hoogte is. Spreker, die zelf ook de zaak heeft
onderzocht, heeft het volle recht zijn meening naar voren te
brengen.
De heer Gasille zegt dat hij ook op de hoogte is.
De heer Busch wenscht niet te slikken wat men hem voorzet.
Spieker zegt dat de heer Gasille ook moet weten dat hij slechts
1/15 gedeelte van den Raad uitmaakt.
De heer Gasille zegt dat de heer Busch daaraan ook wel mag
d enken
De heer Busch wenscht de belangen der gemeente te bespreken,
zoodat hij evenwel recht tot spreken heeft als een ander lid.De
heer Gasille kon vroeger wel zoo tot hem spreken als generaal tot
een korporaal, doch aan deze tafel heeft ieder lid eenzelfde
recht tot spreken.
De heer Endendijk wijst erop dat het soms gewenscht is met
de omstandigheden van de betrokkenen rekening te houden. Gedepu
teerde Staten zouden een dergelijk laag bedrag niet goedkeuren,
zoodat het wel gewenscht is de voorgestelde canons te aanvaarden.
Doch een andere oplossing is wel mogelijk. Wanneer er menschen
zijn, die den verhoogden canon niet kunnen betalen, kan Maatschap
pelijk Hulpbetoon daarin een bijdrage verleenen. De zaak is dan
adminjist rat lef