52.
ningtoename met het oog op de bevolkingstoename meer dan vol
doende geweest. Hierna zegt Spreker dat vanaf 28 Oct.1951»
toen het uitbreidingsplan nog in nevelen gehuld was, 224 bouw-
aanvragen werden toegestaan voor nieuwbouw, 8 aanvragen werden
geweigerd, 15 aanvragen werden aangehouden, terwijl 57 aanvra
gen voor verbouw werden ingewilligd. Sinds 28 October 1952
toen het uitbreidingsplan ter visie gelegd werd, kwamen 57 aan
vragen voor nieuwbouw binnen en 8 voor verbouw,dus in totaal
45 aanvragen. Hiervan werden er 42 ingewilligd, en 5 aangehou
den. Spreker zegt dat dit de officieele gegevens zijn. Men kan
nu wel zeggen dat er meer woningen zijn dan dat er aanvragen
ingediend zijn, en men kan ook wel zeggen dat er misschien aan
vragen zijn, welke in verband met het uitbreidingsplan niet wer
den ingediend, doch zulks is niet te controleeren. Waar de Com
missie dus nog niet gereed is gekomen met haar werk en binnen
kort een staat zal worden opgemaakt omtrent Ie kosten, welke
aan een directe uitvoering van het plan zullen zijn verbonden,
acht Spreker het geen bezwaar om nu een verlenging van den ter
mijn, binnen welken een beslissing moet worden genomen,toe te
staan. Spreker meent dat niet gecoquetteerd moet worden met de
werkloosheid. Het werkloozenvraagstuk wordt heusch niet opge
lost door den bouw van eenige huizen* In dit verband wijst Spre
ker er nog op, dat bij de laatste vorstperiode 155 personen
meer bij de arbeidsbeurs werden ingeschreven.Men gaat dus te ver
wanneer men bij het uitbreidingsplan de werkloosheid betrekt.
Spreker zegt dat de door den heer Gasille namens de Raadscom
missie ingediende motie het meest ver strekkende is, zoodat daar
over gestemd zal moeten worden. Spreker dringt erop aan dat men
aan de Commissie gelegenheid geeft haar onderzoek te voleindi
gen. Spreker vraagt zich af wat er moet gebeuren voor het ge
val de motie verworpen wordt. Het hierop te geven antwoord is
niet zoo eenvoudig, zoodat men wel moet bedenken wat men doet.
De heer Grootewal zegt dat, zoodra het plan ter visie ge
legd werd, hij niet wist of hij een voor-of tegenstander van het
plan zou zijn, daar hij zich oorspronkelijk niet tot oordeelen
bevoegd achtte. Spreker stelde zich voor de ingekomen bezwaar
schriften nauwkeurig onder de loupe te nemen. Zulks is dan ook
geschied. Het groote aantal bezwaarschriften is hoofdzakelijk
ontstaan door de gevoerde actie van den Soester Bouwkring. In
het streven van den Soester Bouwkring zit niet altijd het alge
meen belang, en het zou onrechtmatig zijn om het plan zoo maar
overboord te gooien. Van de 572 bezwaarschriften zijn er onge
veer 75 bezwaarschriften, welke ernstig overwogen moeten wor
den. De overige bezwaarschriften zijn feitelijk niet als bezwaar
schriften aan te merken. Er zijn zelfs bezwaren ingediend voor
perceelen, welke geen verandering zullen ondergaan door het uit
breidingsplan. Spreker, die de door den Soester Bouwkring naar
voren gebrachte wettelijke bezwaren thans buiten beschouwing
laat, zegt dat er voor hem redenen aanwezig zijn om met de verde
re behandeling door te gaan. Spreker zegt voorts dat door de
Commissie belangrijke wijzigingen zullen worden voorgesteld.
Spreker is thans nog niet in staat een uitspraak omtrent het
plan te doen. Daarom heeft hij erop aangedrongen dat een bere
kening zal worden opgemaakt omtrent de uitvoering van het plan
voor de meest bedreigde punten. Van de som, welke daarvoor be-
noodigd