22 Juni 1934 137. schreven en de thans geheven wordende percentages verhoogd worden hetgeen voor het gemeenteparsoneel een belangrijke salarisver laging beteekent. De Voorzitter deelt mede dat Georganiseerd Overleg voor stelt de tijdelijke korting te handhaven en het personeel door een tijdelijke toelage schadeloos te stellen voor de verminde ring, welke in het salaris en het loon ontstaat door de toe passing van het imperatief pensioenverhaal, een en ander tot het tijdstip, waarop de Raad de salarisregeling zal hebben voor zien. B. en W. handhaven evenwel hun voorstel, en wanneer de lager bezoldigden teveel nadeel zou worden berokkend, dan zullen B. en W. nog met nadere voorstellen in den Raad komen. Spreker zegt voorts dat de geheele salarisregeling toch zal moeten wor-x den herzien aan de hand van de salarisnormen van het Rijk. De heer Endendijk zegt dat door de toezegging aan het slot van het betoog van den Voorzitter dat nog nadere voorstellen zullen worden gedaan ten behoeve van hen, die teveel nadeel zouden ondervinden der regeling, het bezwaar van het Georgani seerd Overleg wel eenigszins wordt weggenomen. De hoogere sala rissen zullen weinig schade, nl. 7,= van de door B.en W. voor gestelde regeling ondervinden, dooh van de lagere salarissen zal ongeveer 37,= afgetrokken worden. Zulks is zeer onbillijk en daarom wilde het Georganiseerd overleg een vereffening tot dat de nieuwe salarisregeling tot stand zal komen. De door B. en W. voorgestelde regeling is zeer onbillijk voor de werk lieden en voor het personeel met lage salarissen, terwijl de ongehuwden weer in gunstiger positie komen te verkeeren. Spreker kan echter genoegen nemen met de door den Voorzitter afgelegde verklaring. De heer Grootewal zegt dat hij geen genoegen kan nemen met het voorstel van B. en W. Spreker heeft een staatje opgemaakt, waaruit blijkt dat iemand met een salaris van 1000,= aan pen sioen en korting moet betalen 80, welk bedrag verhoogd zal worden tot 100,= bijaldien het voorstel van B. en W. wordt aangenomen, en dus een nadeel beteekent van 2$. Dit nadeel geldt ook voor salarissen van 1500 en 2000,=, doch iemand met een salaris van 2500,= wordt benadeeld met 1en iemand met een salaris van 3000,= met 1$. De regeling wordt bij de ongehuw den nog scheever. Sommige ongehuwden zullen zelfs voordeel van de regeling hebben, terwijl ongehuwden over 't algemeen meer kunnen missen. Waar de salarissen toch vóór 1 September a.s. zullen worden herzien, stelt Spreker voor aan het personeel tot het tijdstip der nieuwe salarisregeling een tijdelijke toeslag te vefleenan en wel tot zoodanig bedrag dat het te ontvangen salaris niet achteruitgaat. De Voorzitter zegt dat het hier een zeer onduidelijk onder-* werp betreft. Er zijn gemeenten, alwaar geen of weinig verhaal van pensioensbijdragen plaats heeft, terwijl dit verhaal nu im peratief is voorgeschreven. Wanneer zulks tot onbillijkheden aanleiding geeft, kunnen de salarissen volgens den Minister ver hoogd worden. Men moet evenwel het pensioenverhaal afgescheiden houden van de salarisregeling. Indien er door de nieuwe regeling schrille contrasten mochten ontstaan, dan zal door B. en W. wer kelijk wel een voorstel tot opheffing daarvan worden gedaan. De heer Grootewal stelt dus voor het advies van het Geor ganiseerd Overleg op te volgen en de thans bestaande tijdelijke korting

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1934 | | pagina 274