5 December 1954 26J.
te zullen beschamen.
278. PERSONEEL (4e af cl. no.5504).
Voorstel tot intrekking van het raadsbesluit van 22 Juni
1954, 4e afd. no.5504 houdende toekenning van een tijdelijke toe
lage aan het in pensioengerechtigden dienst der gemeente zijnde
personeel.
Dit punt wordt van de agenda afgevoerd, aangezien dit voor
stel eerst nog moet worden behandeld in het georganiseerd over
leg.
279.SUBSIDIES (4e afd.no.785 en 21/568).
Voorstel tot toekenning van een subsidie groot 90,= aan
den Aartsdiocesanen boeren- en tuindersbond ten behoeve van het
houden van een landbcuwwintercursus.
Deze subsidie-verleening wordt voorgesteld voor het cur
susjaar 1954/1955. Een ontwerp-besluit tot begrootingswijziging
wordt ter vaststelling aangeboden.
De heer Mulder wijst erop dat alle andere subsidies met
werden verminderd, zoodat Spreker ook deze subsidie wil vermin
deren.
De Voorzitter merkt op dat die 10al van deze subsidie is
afgetrokken.
De heer Gasille zegt dat aanvankelijk besloten was deze
aanvrage te behandelen bij de nieuwe begrooting. Waarom komen
B. en W» nu weer met een ander voorstel? Spreker vindt het niet
noodig om nu reeds subsidie te verleenen en wil voor de eerlijk
heid deze aanvrage behandelen bij de begrooting, tegelijk met
alle subsidies. De adresseerende vereeniging heeft van de gemeen
te reeds een verwarmd en verlicht lokaal, zoodat de provinciale
subsidie aan de Vereeniging niet in gevaar kan komen.
De heer Grootewal kan zich met het voorstel van den heer
Gasille vereenigen.
De heer Nooder vraagt of het een regelmatige subsidie is.
De Voorzitter geeft hierop een ontkennend antwoord. Het is
geen aanvrage om subsidie voor 1955, doch voor een cuisusjaaren
wel voor een gedeelte van 1954 en een gedeelte van 1955, terwijl
de andere subsidies voor 1955 zijn.
De heer de Bruijn wijst erop dat zeer weinig is uitgetrokken
op het hoofdstuk "Landbouw" der begrooting. Het is dringend noodig
dat de jonge boeren onderwijs krijgen.Waar er zoo weinig door de
gemeente wordt gedaan voor de landbouwers onder de bevolking de
zer gemeente, bepleit Spreker met aandrang toekenning der ge
vraagde subsidie voor het doorgaan van den cursus.
De heer Nooder vraagt of de subsidie-aanvrage afhankelijk
is van het aantal deelnemers. Zoo ja, dan zou deze aanvrage niet
ten onrechte zijn.
De heer Endendijk zegt dat deze aanvrage wel degelijk afhan
kelijk is van het aantal deelnemers. De vereeniging kan eerst
een aanvrage indienen wanneer er voldoende leerlingen voor een
nieuwen cursus zijn. Spreker zou het onrechtvaardig vinden indien
de aanvrage niet werd toegestaan.
De heer Grootewal zegt dat hij na deze toelichtingen anders
over de zaak gaat denken.
De heer Gasille vindt het juister dat nu de helft der sub
sidie