9 Maart 1954 57.
48ONDERWIJS1eafd.no1 655
Voorstel tot verlenging van de met de gemeente Amersfoort
gesloten overeenkomst inzake de toelating van leerlingen uit
Soest tot de openbare scholen in Amersfoort.
Bedoelde overeenkomst zal met 1 September a.s. zijn be
ëindigd. In verband daarmede stellen B. en W.voor te beslui
ten tot verlenging dier overeenkomst voor drie jaren door
vaststelling van het desbetreffend ontwerp-besluit
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt
het voorstel van Burgemeester en Wethouders aangenomen en het
aangeboden ontwerp-besluit vastgesteld.
49.ONDERWIJS (1e afd.no.1715 en 4e afd.no.21/303)
Voorstel inzake verstrekking eener vergoeding aan het
Bestuur der Stichting Engendaalschool wegens reeds gemaakte
kosten voor schoolbouw.
Door het schoolbestuur wordt een bedrag van 12/-294,70
en rente vanaf 1 Januari 19J4 gedeclareerd, onder welk bedrag
is begrepen een som van 6288,= wegens aankoop van den voor
schoolbouw benoodigden grond. Aangezien, behoudens een onbe-
teekenend verschil ad 1,74 met betrekking tot de van de
koopsom gevraagde rente, op het gedeclareerde aanspraak kan
worden gemaakt, stellen B. en W. voor:
1e. de aangeboden begrootingswijziging vast te stellen;
2e. hun college te machtigen het desbetreffend raadsbesluit
inzake de in eigendom-overneming van den voor schoolbouw be
stemd geweest zijnden grond te foimuleeren.
De heer de Nies moet zijn bevreemding over dit geval uit
spreken. Door den architect Duinker is een declaratie inge
diend van 2700,= voor een ontworpen plan, hetwelk door de
Provinciale Welstandscommissie is geschetst als een onding.
Spreker had gedacht dat in dergelijke gevallen eerst een schets
werd ingediend, en dat daarna beoordeeld zou worden of een
uitgewerkt plan gewenscht was. Wanneer blijkt dat een schets
een zoodanig plan aangeeft, waarop niet kan worden ingegaan,
dan bespaart zulks de kosten, welke aan een nadere uitwerking
verbonden zijn. Spreker vraagt of de gemeente wel verplicht
is om de volle som, welke door den heer Duinker in rekening
wordt gebracht, te vergoeden. Het honorarium wordt toch ge
woonlijk berekend naar de aannemingssom, terwijl het thans
is berekend naar de begrootingskosten. De aannemingssom zou
zeer zeker lager zijn dan de begrootingssomdaar de materi
alen inmiddels veel goekooper waren geworden, zoodat Spreker
een lager honorarium wil uitkeeren. Ook voor het het 2e plan,
ontworpen door den heer Beekman, wordt naar Sprekers oordeel
een te hoog honorarium in rekening gebracht.
De heer Nooder vraagt waarom niet doorgegaan is met den
schoolbouw, als gevolg waarvan de gemeente een bedrag moet
uitbetalen aan het schoolbestuur van ruim 12.000,=.
De Voorzitter zegt dat de bouw niet door kon gaan op
grond van het bepaalde in de Wet van 4 Augustus 1955»
De heer van den Breemer zegt dat hij ook nog aanspraak
heeft op een bedrag van 6,= wegens reiskosten.
De heer Gasille protesteert ook tegen de hooge kosten,
welke in rekening gebracht worden, zoodat hij tegen het voor
stel van B. en W. zal stemmen.
De heer Gïootewal
