12 April 1925 102. opmerken dat minstens 65 der grondeigenaren bereid is grond af te staan onder "nader te stellen voorwaarden", hetgeen wel een beswaar is. Deze aangelegenheid is destijds onmiddel lijk besproken met Ir.Bakker van den Rijkswaterstaat, die zijn welwillende medewerking heeft toegezegd. Spreker heeft het eerste projeot van Trier tot Nieuwerhoek gezien, en het Rijk denkt er niet aan om de verbreeding in de geheele ge meente Ineens uit te voeren. De heer de Bruijn zegt voorts nog dat hem gebleken is dat de Regeering rhododendrons en heesters ter beschikking van de gemeenten stelt en adviseert daartoe een aanvraag te doen. Het laten planten van heesters en rhododendrons geeft ook weer werk. Spreker zegt voorts dat er langs den weg ook wel werk te vinden is, als verwijdering van blik, papier, enz De heer Mulder, die er nog op wijst dat bij het voorstel tot ontginning een fout is gemaakt in de berekening, zegt dat hij een onderhoud heeft gehad met den heer van Dissel, Direc teur van het Staatsboschbeheerdie het zou betreuren indien in onze gemeente het natuurschoon zou worden geschaad. Ge noemde Directeur is bereid tegen geringe kosten plannen te ontwerpen. De Voorzitter vestigt er de aandacht op dat het Staats boschbeheer ook omtrent de thans in behandeling zijnde voor stellen een gunstig advies heeft uitgebracht. De ontginning is docr het Staatsboschbeheer zelf voorgesteld. Spreker is ook voor behoud van het natuurschoon, zoodat hij hieraan zeer zeker zijn aandacht zal wijden. De heer de Bruijn zegt dat hij nog geen antwoord heeft gekregen op zijn advies om een aanvraag aan het Rijk te doen ter bekoming van rhododendrons en heesters. De Voorzitter zegt dat de gemeente reeds een dergelijke aanvraag heeft gedaan. Men had aanvankelijk als plaats van beplanting aangewezen een terrein naast "Zonnegloren". Spre ker heeft nog tijdig gemerkt dat dit terrein volgens het ont- werp-uitbreidingsplan als bouwterrein aangewezen was, zoodat die beplanting niet door kon gaan. Daarna is nog plantgoed aangevraagd voor de Banningstraatdoch die aanvrage kon niet worden ingewilligd, daar men dan in concurrentie zou komen met de plaatselijke kweekers. De heer Mulder wil voor object a^, genoemd in het voor stel van B. en V/. het gevraagde crediet toestaan, verminderd met een bedrag van 1.000,=. Ba eenige discussies wenscht de Voorzitter een beslis sing omtrent de voorstellen van B. en W. Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorgestelde ob- .üi. (ontginning) goedgekeurd mits het natuurschoon zoo weinig mogelijk wordt geschonden. Het daarvoor benoodigde ere diet wordt toegestaan door vaststelling van het aangeboden besluit tot begrootingswijziging.- Het voorstel van B. en W. tot uitvoering van object b. (wandelplaats op den Soesterberg) geamendeerd door de Binan- oieele Commissie en de Commissie Openbare Werken wordt hier na zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd, zoodat de uitvoe ring zoo sober mogelijk zal zijn, terwijl een nieuw plan met kostenberekening zal worden voorbereid. Tenslotte wordt het voorstel van B. en W. tot uitvoering van object eveneens zonder hoofdelijke stemming goedge keurd

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1935 | | pagina 204