25 Januari 1935 11. gelen kunnen berusten, wanneer steeds toezicht werd gehouden op gemeenten waar er maar op losgeleefd is. Vvij krijgen een zeer geringe uitkeering uit het werkloozenfondsDat de op centen op de personeele belasting verhoogd moeten worden,komt omdat er geen andere bronnen aangeboord kunnen worden. Verhoc- ging van inkomstenbelasting zou het meest zuiver zijn, omdat dan naar draagkracht zou worden betaald, doch dat kan nu niet. Spreker weet uit zijn Indische loopbaan hoe moeilijk het is om datgene wat men in slechte tijden afbreekt, in betere tijden weer op te bouwen. Afbreken is dus thans wel gemakkelijker dan later weer opbouwen. Het wegennet kan wel goedkooper onderhou den en verbeterd worden, doch is dat wel in het belang der gemeente? Later zal men dan wellicht voor grootere uitgaven komen te staan. De subsidies zijn inderdaad verlaagd, doch B# en W. hebben rekening gehouden met de opmerkingen der afdee- lingen. Spreker kan niet toegeven dat de salarissen te hoog zij en hij heeft nooit gezegd dat de salarissen met 10% verlaagd zijn. De salarissen zijn getoetst aan die van het Rijk. Meent de Raad nog meer korting te moeten toepassen, dan wil Spreker opmerken dat de salarissen nimmer als sluitpost der begrooting mogen dienen. Voorts zegt Spreker naar aanleiding van de gemaak te opmerkingen dat de steunnormen zullen worden verhoogd zoodra deze begrooting behandeld is. De badmeester is niet door den Raad benoemd. Hij werd aanvankelijk tijdelijk benoemd door B.en W. en daarna definitief benoemd door het Stichtingsbestuur. Diens bezoldiging is reeds nader behandeld door dit bestuur. Voorts zegt Spreker dot de gemeente niet te vergelijken is met een particulier bedrijf. De uitgaven kunnen niet gerangschikt worden naar de inkomsten. Er zijn vaste uitgaafposten, die de Wet oplegt, terwijl de gemeente ook sociale plichten heeft, zoo dat zij de inkomsten moet zien te krijgen, welke zij voor de vervulling dier plichten noodig heeft. Alaoo moeten eerst de uitgaafposten behandeld worden. Spreker is het er volkomen mee eens dat een Directeur van Openbare Werken moet worden benoemd. Men moet iemand hebben van kracht, tact en wijsheid. Doordat die hooge eischen gesteld worden, is het zeer moeilijk een on derzoek te doen naar de sollicitanten. Spreker hoopt echter dat B. en W. nu binnenkort met een voordracht kunnen komen. Naar aanleiding van de opmerking van den heer Gosille omtrent het door dezen genoemde verschil in de berekening, wijst Spre ker naar blz.2 onderaan in den aanbiedingsbrief van B. en W. Bedragen voor aflossing en rente betreffende kosten aanleg Ban- ningstraat moeten op deze begrooting voorkomen. De Raad heeft toch zelf tot die verbetering besloten. Ten aanzien van het standpunt van den heer Gasille betreffende het thans nog niet overboeken naar den algemeenen dienst der niet tot bouwterrein bestemde gronden van het grondbedrijf, zegt Spreker dat hij het daarmede volkomen eens is, doch Ged.Staten zullen bij niet-vol- doening hieraan de goedkeuring aan de begrooting onthouden. Al- zoo zal een conflict met Ged.Staten ontstaan. Voorts zegt Spre ker dat men nog niet aan de reserve mag komen. Spreker is het er volkomen mee eens dat elke luxe overbodig is, en hij is zeer zeker bereid tot samenwerking, doch deze mag geen afbraak zijn. Het spijt Spreker dat de subsidies gekort moeten worden. Op de subsidies van liefdadigheldsvereenigingen is 25% gekort omdat het voor B. en W. een vraag is of het particulier initiatief

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1935 | | pagina 22